Het is voor Sep Vanmarcke (28) dit seizoen als thuiskomen bij het Amerikaanse Cannondale-Drapac. Na 4 jaar Nederlandse loondienst bij LottoNL-Jumbo maakte hij afgelopen winter weer de overstap naar de formatie van Jonathan Vaughters. Het grote doel? “Eindelijk die klassieker binnenhalen, maar ik heb niet het gevoel dat het per se dit jaar moet gebeuren.”
De afgelopen 4 jaar heeft Vanmarcke zich bij de formatie van Richard Plugge ontpopt tot een van de absolute wereldtoppers in het kasseienwerk. Podiumplaatsen bij de vleet: 2 keer 3e in de Ronde van Vlaanderen, een keertje 2e in Parijs-Roubaix en datzelfde resultaat in Gent-Wevelgem, maar die grote vis ontbrak telkens. Tijd dus om nieuwe oorden op te zoeken, niet toevallig bij de ploeg waar het voor hem destijds allemaal is begonnen, met winst in de Omloop Het Nieuwsblad van 2012.
Extra steun in finales
Het is een publiek geheim dat het gebrek aan steun in de finale van sommige klassiekers aan de basis ligt van Vanmarckes vertrek. Toch wil hijzelf zijn transfer niet alleen daaraan toeschrijven. “Zoiets heeft diverse redenen. Het missen van bepaalde renners is daar 1 van. Ik heb een aantal keer aangegeven dat ik graag versterking wou, die is er niet gekomen. Ik begrijp dat wel, de ploegleiding moet natuurlijk rekening houden met het budget. Ofwel komt er versterking voor de klimmers, ofwel gaat het geld naar de sprinters, ofwel de klassieke kern. Spijtig voor mij werd er dus voor die andere zones gekozen.”
Bij Cannondale-Drapac heeft men wel aan Vanmarcke gedacht: hij krijgt Sebastian Langeveld en Dylan van Baarle in dienst. Ook Tom Van Asbroeck – mee overgekomen van LottoNL-Jumbo – kan uit de voeten op kasseien. Is dat naar de zin van Vanmarcke? “Zeker wel. Ik had enkele renners aanbevolen die goed bij de ploeg zouden passen op het vlak van het klassieke werk en Tom Van Asbroeck was daar bijvoorbeeld 1 van. Ik ben heel blij dat hij mee naar deze ploeg is gekomen. Bovendien is hij een goede sprinter, zoveel hebben ze er hier nog niet.”
Opvallend: wederom koos Vanmarcke – ondanks de nodige interesse – niet voor een Belgische ploeg, waar hij misschien zelfs meer steun zou krijgen. Bewust? “Een beetje wel eigenlijk, zeker vroeger hield ik de boot bewust af omdat ik wilde vermijden dat ik in een helpersrol zou terechtkomen. Vooral bij Quick-Step leek de kans groot dat ik voor Boonen zou moeten knechten. Nu ligt dat natuurlijk anders. Maar toen ik zag dat Cannondale-Drapac mij er echt heel graag bij wilde, terwijl de andere ploegen nog wat bedenktijd vroegen, was de keuze rap gemaakt. Je wilt toch liefst naar een team dat vertrouwen uitstraalt.”
Gewijzigd programma
Enkele dagen terug maakte Vanmarcke zijn wedstrijdprogramma bekend, waarbij meteen enkele zaken opvielen. Zo begint de kasseispecialist bijna 3 weken vroeger aan zijn seizoen dan de voorbije jaren. “Op zich speelde dat voor mij geen grote rol. De ploeg had mij in de selectie van de Ronde van Valencia gezet, en dat vond ik oké. Het is goed om eens iets anders te doen, al ben ik ervan overtuigd dat ik eigenlijk niet veel wedstrijdritme nodig heb. De Algarve was voldoende om goed te zijn in de Omloop, maar deze aanpak vind ik zeker ook perfect. Het is fijn om eens nieuwe koersen te rijden.”
En daar hebben we opvallendheidje nummer 2. Vorig jaar sloeg Vanmarcke het openingsweekend immers nog over. “Dat deed ik omdat ik wilde kijken hoe ik mij het beste kon klaarmaken voor de klassiekers die er toe doen. Nu volg ik hetzelfde traject, maar dan met de Omloop erbij.” Dat de Omloop, Strade Bianche en Dwars door Vlaanderen, alle 3 wedstrijden die Vanmarcke liggen, sinds dit jaar tot de WorldTour behoren, zal ook wel hebben meegespeeld om deze in zijn programma op te nemen? “Natuurlijk, dat maakt die wedstrijden extra belangrijk. Enerzijds nog meer een uitdaging om je vormpiek op het juiste moment van het voorjaar te leggen. Anderzijds, als je te vroeg in vorm bent, kan je nu ook vroeger scoren in de WorldTour dankzij de Omloop en de Strade Bianche. Dat is op zich beter, die grotere spreiding. Hoe meer kansen voor mij, hoe liever.”
Geduld uitoefenen
Kansen genoeg dus in het voorjaar, het is nu aan Vanmarcke om die te grijpen. “Elk jaar probeer ik om een klassieker te winnen, maar elke keer blijkt achteraf dat ik daar nog een beetje sterker voor moet worden. Ik doe wel telkens mee voor het podium en sta er meestal ook wel op, maar er mist altijd iets. Dat klein beetje extra sterkte, en natuurlijk een flinke dosis geluk. Als ik dat heb, dan denk ik dat het voor mij wel kan lukken. Al leg ik mezelf niet de druk op dat het per se dit jaar moet gebeuren dat ik er win.”
“2 jaar geleden heb ik dat wel gedaan. Ik zei tegen mezelf: ‘nu moet het gebeuren’, maar zo werkt dat natuurlijk niet. Je verliest het plezier ook in het koersen, als het per se moet. Het is volgens mij een kwestie van geduld. Je hebt supertalenten als Tom Boonen, Fabian Cancellara en Peter Sagan, die dat wel meteen kunnen. Maar er zijn ook uitzonderingen, zoals Mathew Hayman, die wel heel lang heeft moeten wachten. Misschien duurt het bij mij ook wel tot mijn 35e, maar ik jaag mij daar niet meer in op. Ik blijf gewoon heel hard werken en probeer vooral het plezier te behouden. Dat rendeert, denk ik.”
Fotomateriaal: Cannondale-Drapac Media.