Het profbestaan van Joeri Calleeuw verliep niet van een leien dakje. In het regionale circuit behaalde de Bruggeling de ene overwinning na de andere: ontelbare kermiskoersen, meermaals Gent-Staden, zelfs 2 keer Belgisch kampioen bij de Elite zonder contract! Zo iemand verdient het toch gewoon om prof te zijn?! Toch duurde het tot 2015 vooraleer hij zijn 1e profcontract tekende: het continentale Veranda’s Willems gaf hem een kans. En zo mocht hij zich op zijn 29e eindelijk neoprof noemen. Nu krijgt hij een nieuwe kans bij Roubaix Lille Métropole.
Lang moeten wachten
Joeri Calleeuw: “Eigenlijk tekende ik in 2012 al mijn 1e profcontract, bij het Poolse continentale BDC Cycling Team. Een spookteam zou later blijken, maar eigenlijk had ik al van in het begin door dat er iets niet klopte. Je voelde gewoon dat er iets niet pluis was. Ik snap dan ook niet waarom ze de renners zo lang in de waan gelaten hebben dat ze prof konden worden. Ook Timothy Dupont had al getekend voor die ploeg. Nu goed, uiteindelijk was het dan ook geen al te grote ontgoocheling. Ik kon terugkeren naar mijn oude ploeg, Ventilair-Steria (de opvolger van Jong Vlaanderen). Niet als prof, want er was onvoldoende budget, maar ik had tenminste wel uitzicht op een mooi programma. Om louter kermiskoersen te rijden was ik te ambitieus. En er reden ook enkele sterke, jonge renners rond zoals Ruben Pols, Bert Van Lerberghe, Dylan Teuns, Dupont ook… toch een schoon ploegske.”
Dan toch nog prof
Joeri Calleeuw: “Eerlijk gezegd had ik mijn profdroom dan al opgegeven. Fietsen zie ik trouwens nog altijd als mijn hobby, al geniet ik nu wel extra hard van het profbestaan. Ik ben heel tevreden dat ik mocht tekenen bij Veranda’s Willems. In eerste instantie om te werken voor jongens als Gaetan Bille en Dimitri Claeys, en vorig jaar ook Timothy Dupont, met wie ik erg goed overeenkom. Ik heb dat altijd met veel plezier gedaan. Ik heb dan wel zelf niet veel gewonnen, maar het team wel. En dat is het belangrijkste.”
“Het is ergens wel jammer dat ik niet bij de ploeg kon blijven, ondanks aandringen van Timothy, met wie het echt wel goed klikt. Zo zie je maar hoe duur de plaatsjes zijn. En bij Roubaix Lille Métropole ben ik ook goed terechtgekomen. Ploegleider Fred Delcambre ken ik nog van vroeger en ook met de ploegmaten is er een klik. We hebben als ploeg al heel wat pistetrainingen achter de rug en er was ook een ministage in Roubaix. Met Seynaeve, Vereecken en Vermeulen rijden er nog 3 Vlamingen bij de ploeg, dat is ook altijd mooi meegenomen. Ik voel me goed en ik voel veel respect en waardering. Ook de rol die ik krijg, ligt me. Samen met Antomarchi, de andere ancien binnen ons team, moet ik de jonge gasten wat sturen in de koersen en een verlengstuk zijn van de ploegleiding. Ik heb bij Veranda’s Willems gehoord dat een hecht team beter presteert. Ik hoop bij Roubaix Lille Métropole hetzelfde te ervaren.”
Pieken naar GP Samyn
Joeri Calleeuw: “Ook voor ons is het seizoen al goed en wel begonnen. Ik ben gestart in de GP Marseillaise. Daarna ging normaal de Ronde van de Middellandse Zee volgen, maar die werd jammer genoeg geschrapt. Dus ben ik toch nog gestart in de Ster van Bessèges, maar na de 3e rit moest ik opgeven na een valpartij. Te veel last van heup en dij. Ook de Tour du Haut Var stond nog op mijn programma als voorbereiding. Ik wil dit voorjaar vooral goed zijn in de GP Samyn, die staat met stip genoteerd in mijn agenda.”
Al gekoerst in Afrika
Joeri Calleeuw: “In mijn carrière heb ik ook al enkele Afrikaanse rittenwedstrijden achter de rug. In 2010 de Ronde van Rwanda, in 2012 de Tour du Faso en 9 jaar geleden werd ik zelfs eindwinnaar van de Ronde van Senegal. Dat zijn ervaringen om nooit te vergeten. Ik houd van andere culturen en heb er vooral veel bijgeleerd. Dat je ook met minder gelukkig kunt zijn en moet genieten van de kleine dingen in het leven.”