Geen renner die van meer markten thuis is dan Fabio Felline. Dat de Italiaan een klimmetje over kan en een stevige sprint en tijdrit in de benen heeft, weten we al langer. Maar Felline toont zich dit voorjaar ook opvallend sterk op de Vlaamse wegen. “Ik ben het prototype van een allrounder”, vertelt hij. “Dat is de reden waarom ik nooit een groot kampioen zal zijn. Ik kan echt geen keuze maken.”
Renners die de kasseien met de Ardennen combineren, veel vind je er tegenwoordig niet meer. Felline waagt zich er dit voorjaar toch – voor het eerst – aan. “Of dat een goede keuze is, moet later blijken. Het is niet gemakkelijk om voor een lange periode je vorm aan te houden, daarom heb ik Parijs-Roubaix wel moeten laten schieten. Na de Ronde van Vlaanderen neem ik een paar dagen rust en dan ga ik op hoogte trainen. Op die manier moet het wel lukken om in de Ardennenklassiekers nog in vorm te zijn.”
Frustraties op de Vlaamse wegen
Hoe ervaart Felline zijn hereniging met de kasseien? In 2010 nam hij het Vlaamse voorjaar al eens voor zijn rekening. “Weinig mensen weten dat, en ook ikzelf herinner mij er nog maar weinig van. Dat komt omdat ik toen nog in een Spaanse ploeg zat. Ze snapten niets van de wielercultuur hier. Het enige wat ons werd verteld voor de start van de Vlaamse koersen was de afstand en de plaats van de aankomst. Daar moesten we het mee doen. Nu ervaar je pas echt hoe speciaal de wedstrijden hier zijn, echt leuk.”
“Maar ik moet wel zeggen, de wedstrijden hier frustreren mij een beetje”, aldus de vrolijke Felline. “Je mag nog zo goed zijn, uiteindelijk is er altijd wel een detail dat voor opschudding zorgt. Echt in elke voorjaarsklassieker die ik in België gereden heb, kreeg ik te maken met materiaalpech of een val. Mijn ploeggenoten zeggen dan wel: ‘Fabio, dat is normaal hier’, maar op den duur word je er wel een beetje gek van. Laten we hopen dat ik er zondag van gespaard blijf. Dan kan er eens een leuke uitslag inzitten.”
Geen groot kampioen
Felline is dus in de 1e plaats allrounder. Ziet hij dat als een voordeel of eerder een nadeel, omdat hij nergens écht in uitblinkt? “Het grote gevolg van mijn veelzijdigheid is dat ik nooit een groot kampioen zal zijn. Ik ben overal een goede renner, vooraf aan heel veel wedstrijden zal men zeggen: ‘Hier kan Fabio wel iets tonen’, maar de grote favoriet zal ik nooit zijn. Als ik eens een grote wedstrijd win, dan ga ik mij misschien wel meer op 1 terrein focussen. Maar nu kan ik niet kiezen.”
Als Felline dan toch een favoriet parcours moet kiezen, dan gaat hij voor de Ardennenklassiekers. “Ik heb er nog nooit echt uitgeblonken, maar op papier is dat ideaal voor mij. Te zwaar voor de sprinters, maar te licht voor de echte klimmers. Vooral de Amstel Gold Race dan”, aldus de man van Trek-Segafredo. “Nu de laatste beklimming van de Cauberg verder van de finish ligt, krijgen we daar een open wedstrijd. Dat wordt echt een belangrijke dag. Als ik er kan winnen, dan ben ik vertrokken.”
Te veel foutjes
Maar ook in de Ronde van Vlaanderen gaat hij niet zonder ambitie van start. “Het wordt moeilijk, omdat ik nog altijd foutjes maak die meer ervaren renners zoals John Degenkolb en Jasper Stuyven niet maken. Maar ik ga er wel met veel zin naar toe. Ik ben niet de leider van de ploeg, maar ik ga waarschijnlijk wel mijn moment kiezen om in de aanval te gaan. Dan weet je nooit hoe ver je komt.”