Een oude rot in het vak maar in deze Tour zo blij als een klein kind in een snoepwinkel. Hilaire Van der Schueren (69) zit met zijn Wanty-Groupe Gobert eindelijk in de Tour de France en ziet zo zijn grote doel verwezenlijkt worden. Maar zenuwachtig wordt hij er niet meer van. “Er is de voorbije decennia veel veranderd, maar het is wel al mijn 20e Tour, hé!”, lacht hij.
Hoe is het gevoel na de eerste dagen, Hilaire?
Van der Schueren: “Goed, hé! We wisten dat de trijdrit geen spek voor onze bek zou zijn, maar zondag was een fantastische dag met Yoann Offredo mee in de aanval en maandag fietste Frederik Backaert meer dan 150 km voorop. Als je ziet dat Guillaume Martin in Longwy dan nog naar een 16e plaats rijdt, dat is schitterend voor ons.”
Eindelijk een droom die uitkomt, de Tour met Wanty?
Van der Schueren: “Zeker. Ik ben na Vacansoleil begonnen met Wanty. Het was een rampjaar geweest voor die mannen. Met veel ambitie heb ik vooropgesteld goeie renners te halen, en ons best te doen om naar de Tour te gaan. Dat is nu gelukt. Wij zijn máár Wanty, hé, met misschien het kleinste budget van alle Tourteams. Maar we gaan er het beste van maken.”
Is de Tour dan al geslaagd?
Van der Schueren: “Néé! De Tour is zeker nog niet geslaagd. De doelstelling is om met zoveel mogelijk renners Parijs te halen en voorts zoveel mogelijk in beeld rijden. Dat 2e lijkt aardig te lukken, maar zoals je weet: Parijs is nog ver. Ik heb alvast alle vertrouwen in de jongens. We zullen ook minder goede dagen hebben, dat is eigen aan de Tour. Daar zullen we rekening mee moeten houden.”
Is de Tour nog goed voor jouw hart?
Van der Schueren: “Jááát gij! Stress is iets dat aan mij voorbij gaat. Dat is verleden tijd. Maar ik heb ook al elke dag redenen gehad om tevreden te zijn. Of ik nog zenuwachtig ga worden? Ik denk het niet. Mijn doelstelling is gemaakt. Ik wil van Guillaume Martin (24, red) een klassementsrenner maken die binnen 4 of 5 jaar een goed klassement kan rijden in de Tour. Hij moet progressie maken in zijn tijdrit, een serieus werkpunt. Ook binnen het team is dat trouwens onze grote zwakte.”
Wat verwacht je nog van deze Tour?
Van der Schueren: “Dat we ons blijven laten zien. We stonden zondag op het podium omdat we het ploegenklassement wonnen. We hebben maandag weer 4 uur in beeld gereden en na de koers moest Backaert naar Eurosport en Vive le Vélo. Wat wil je nog meer?”
Hoe vul jij je avonden?
Van der Schueren: “Die zijn snel voorbij, hoor. Het is pas eten tussen 8 en 9 en er zitten ook altijd wel wat journalisten in het hotel. Daarna kruip ik al gauw onder de wol; dan is het al 11 of 12 uur. Als ik mijn wekker zet, stel ik vast dat ik 7 uur later al moet opstaan, dus zo lang slapen we niet, hé. (lacht)
Was je blij om gisteren Jan Raas te zien? (Van der Schueren begon zijn carrière als sportief directeur in 1985 bij Kwantum Hallen aan de zijde van Raas, red)
Van der Schueren: “Zeker. Ik zie hem wel regelmatig, maar het was eens leuk om samen een middag in de wagen te zitten. Ik ben blij dat ik hem heb kunnen overtuigen om naar hier te komen. We hebben het gehad over het volk langs de kant van de weg en het weer. (lacht) En over de koers van destijds. Dat er veel veranderd is. In onze beginjaren waren bijvoorbeeld die teambussen er zelfs nog niet, je kan je voorstellen.”
Fotomateriaal: WielerVerhaal.