2002. Hij reed die ochtend naar de koers. Waar jongens van zijn leeftijd zouden strijden om een trofee die ook op het hoogste niveau tonnen aanzien had. Het Volk, maar dan voor de min 23-jarigen. Hoge ogen gooien, dat was het doel. Op een parcours dat ze in het noorden van Limburg niet kennen, maar dat wel zijn meug was. De vlakte van het grensland met de Kempen liet hij achter zich. Op weg naar de Paddestraat en de puisten van de Vlaamse Ardennen.
Minuten reed hij bij elkaar. Ze konden zijn hoog opgeschoten rug in de verte nergens bespeuren, laat staan dat ze zijn hielen konden likken. Domineren. Zottegem maakte kennis met een slanke knaap uit Lommel. Die sneller fietste dan hij sprak. En die daardoor de charme van het publiek helemaal voor zich wist te winnen. Zo erg zelfs, dat – volgens de mondelinge overlevering – zelfs een enkele seingever langs de kant van de weg een feestje begon te bouwen. En met een biertje te veel op, Johan de foute richting uit stuurde. Van die minuten bleef niet veel meer over. Maar wel voldoende om te komen, te zien en te overwinnen.
2011. Summie was hij ondertussen geworden. Over Johan sprak niemand. Summie was een emotioneel man. En had geen schrik om dat aan de buitenwereld te tonen. Hij had zonet zijn grootste droom werkelijkheid zien worden en vond dat de tijd gekomen was om zijn schone Jasmine voor de ogen van de wielerwereld ten huwelijk te vragen. Een ingeving van het moment? Misschien wel. Maar ze zei ‘ja’. Voor de camera. Waarvan ze zich ongetwijfeld niet meer bewust waren. De Lange van Lommel wist niet meer in welke richting de wereld tolde. Hij wist alleen dat het verdomd goed voelde.
Het stoort me dat sommige mensen zo af en toe aanhalen dat hij de wedstrijd won op geluk. Want vooruit in een kopgroep en geen toppers in de buurt. Het is wel de verdienste van Summie, dat Cancellara op 19″ bleef plakken. En oké, ook de verdienste van Hushovd, die in de achtergrond de ideale ploegmakker speelde, hoewel hij zelf de kopman was. Opnieuw: ook dat heeft Johan zelf afgedwongen. Door zich die dag zo sterk te tonen, dat zelfs zijn kopman voor hem een stap opzij zou zetten. In een koers die de Noor in zijn carrière trouwens nooit wist te winnen. Alsof dat niet genoeg zegt.
De begenadigde dag van Johan eindigde in tranen. Van geluk. De carrière van Johan eindigt in tranen. Van verdriet. En pijn. Het was al een tijdje windstil rond Summie. Té stil. Die oorverdovende geluidloosheid baart altijd zorgen. De renner en zijn gezondheid. Vaak wordt er lang gezwegen. En valt na die periode van droogte een plensbui waarin zwemmen enkel nog op spartelen lijkt. Totdat je zelf de kracht gevonden hebt om de oever te bereiken. Aan de andere kant. Een nieuwe toekomst. Een achtergelaten verleden.
Op de Vélodrome de Roubaix maakte de grote massa kennis met een jongen die kwetsbaar sterk is. Een karaktertrek waar je alleen maar van kan genieten. Een blok furie op de fiets. Sprekend met de benen. Een man om op te bouwen. Achteraf uitgelaten. Emotioneel. Helemaal zichzelf. Ongeremd. En enorm open. In de beperkte interviews die ik voor Sporza al mocht afnemen, staat Summie wel op mijn lijstje. Jammer dat je moet stoppen, Johan. Ik was zo voorbereid op die 2e keer. Mijn trapladdertje stond al klaar in de gang.
Fotomateriaal: Davy De Blieck.