Beter kan niet, zoveel is duidelijk. Hoe de Nederlander Jens Dekker tekeer ging in zijn laatste seizoen als junior in het veld was buitengewoon. Fenomenaal, want de jongeman uit Drenthe werd Nederlands, Europees én wereldkampioen! Maar de komende maanden komt hij alweer onder druk te staan, want bevestigen in een nieuwe categorie is niet altijd evident, hoewel zijn sportief manager Christoph Roodhooft toch alweer 5 zeges voorspelt.
Hoe kwam jij in de crosswereld terecht, Jens?
Jens Dekker: “Ik begon als wegrenner maar na wat valpartijen was ik het beu en vroeg ik mijn vader een crossfiets. Ik ben aan mijn 1e seizoen in het veld begonnen met 2 fietsen met een goedkope Shimano-groep erop, een paar wielensets en wat basismateriaal om mezelf te behelpen. Ik ging een paar keer naar België om bij te leren en dat ging goed. Mijn eerste wedstrijden kon ik niet winnen, maar erna zette ik wel een reeks van 11 zeges op rij neer. Dan ben je wel vertrokken. (lacht) Al snel kwam ik op de radar van Adrie van der Poel.”
Hoe kijk je nu terug op je 1e jaar bij de junioren?
Jens Dekker: “Dat 1e jaar was niet geweldig. Het duurde lang eer ik goed voor de dag kwam en toen de vorm er was, net voor het EK, kwam ik op training ten val. Een rugblessure gooide roet in het eten, maar rond de kerstperiode stond ik er weer. Die 4e plaats in Namen en die 2e plaats in Heusden-Zolder waren heel mooi als 1e jaars. Vervolgens ontwikkelde ik gordelroos, een virus waar ik heel moe van werd. Presteren lukte niet meer. Ik reed het WK nog wel maar bakte er niks van. Dan heb ik maar een punt gezet achter dat seizoen.”
Dan was vorig jaar een fameus ander verhaal.
Jens Dekker: “Ik had alle wedstrijden kunnen winnen, maar dat was ook niet ideaal geweest. Het WK was perfect, maar eigenlijk had ik daar weinig tegenstand. Als wedstrijden makkelijk kunnen zijn, dan was het daar heel gemakkelijk. Ik reed snel weg en heb niemand meer teruggezien. Dat was natuurlijk hét hoogtepunt. Ook Nederlands kampioen worden was mooi, want dat lukte de jaren voordien niet. Verder zijn de Europese titel en alle klassementen ook leuk meegenomen.”
Hoe kijk je nu naar de beloftecategorie, waar je straks in aantreedt?
Jens Dekker: “Dit wordt een heel mooie uitdaging. Er zitten 4 leeftijdsjaren bij elkaar, dus dat wordt wat aanpassen. Tegen de meeste jongens in dit peloton heb ik nog nooit gekoerst, dus het is wat afwachten wat dat zal geven. Als Christoph Roodhooft zegt dat ik toch een keer of 5 zou moeten kunnen winnen, dan denk ik dat het wel los zal lopen. Mocht dat lukken, zal ik heel blij zijn.”
Wanneer zal je tevreden zijn na je 1e seizoen?
Jens Dekker: “Normaal zal ik de allerjongste zijn van het hele pak dat aan de start komt. Echte resultaten primeren daarom nog niet. Het wordt zaak inhoudelijk progressie te blijven boeken. Qua kracht behoor ik wel bij de beteren, maar op technisch vlak moet er toch nog behoorlijk wat aan geschaafd worden. Als dat lukt, zal ik tevreden zijn.”
Fotomateriaal: Davy De Blieck.