Al sinds 2009 steunt supportersclub ‘De Mollekens’ uit Mol Tom Boonen door dik en dun. Stichter Frans De Mol was zo gecharmeerd door de persoonlijkheid van Boonen dat hij besloot om een supportersclub op te richten. “Ik vind Boonen zo’n sympathiek man”, vertelt De Mol. “Daarom vroeg ik hem: U bent van Mol. Ik ben van Mol. Mag ik voor u een supportersclub oprichten?” Boonen was meteen akkoord!
Belgisch kampioen
De club telde al snel 200 leden. Allemaal hadden ze hetzelfde doel voor ogen: hun streekgenoot naar de overwinning stuwen. Dat gebeurde kort na de oprichting. “Met een supportersbus trokken we naar het BK in Aywaille”, zegt De Mol. “Tom Boonen werd daar voor onze neus voor het eerst Belgisch kampioen. Heel de bus was euforisch. Dat zijn momenten waar ik met heel veel plezier aan terugdenk. Andere memorabele trips zijn die naar Roubaix. We hebben Boonen daar zien winnen, maar vorig jaar ook heel pijnlijk zien verliezen. Die momenten vergeet je nooit.”
Gratis supportersbus
De Mollekens zijn Boonen dus blijven steunen in goede en kwade dagen. Ook nu zijn carrière ten einde loopt, staan ze nog even hard achter hem. Ze gaan volop genieten van de paar koersen die hij nog rijdt. “De Ronde van Vlaanderen doen we sowieso”, vertelt De Mol. “Enkele dagen later volgt dan de Scheldeprijs. Die start dit jaar uitzonderlijk in Mol omdat Boonen stopt. De koers passeert vlak voor de deur van ons supporterslokaal, dus dat wordt wel speciaal. Ten slotte gaan we naar Parijs-Roubaix. Daar zullen we Boonen voor de laatste keer aan het werk zien. We hebben geregeld dat er een gratis supportersbus wordt ingelegd om naar Roubaix te gaan. Daar nemen we afscheid.”
Frisse pint
In Roubaix loopt niet alleen de carrière van Boonen ten einde, maar ook de supportersclub houdt daar op met bestaan. “Het is met pijn in het hart”, vertelt De Mol. “Er is niets aan te doen. Als hij stopt, dan stopt hij. Daar kunnen we niets aan veranderen. We gaan geen nieuwe renner volgen, maar naar de koers zal ik altijd graag blijven kijken. En Tom Boonen, die mag na zijn carrière altijd een frisse pint komen drinken bij ons in het café.”
Een bijdrage van Jesse Oyen, De Kasseivreters