De Ronde van Italië is bijna 2 weken ver en toch moet het echte werk nog beginnen. Na de rustdag van maandag gaat het elke dag bergop. Dan pas zullen we zien wie over de beste klimmersbenen beschikt. De rit van dinsdag belooft alvast voldoende spektakel. Tussen Rovetta en Bormio wachten 3 stevige beklimmingen op de renners, waaronder het hoogste punt van deze Giro: de mythische Passo dello Stelvio.
De Stelvio is 1 van de meest legendarische beklimmingen in de wielergeschiedenis. Een genot om naar te kijken vanuit je luie zetel, een verschrikking om te beklimmen vanuit het zadel. En toch heeft elke wielertoerist die graag de bergen intrekt hem op zijn to do-lijstje staan. Na meer dan 20km klimmen kom je eindelijk boven. Op eenzame hoogte. Met zijn 2.758 meter is hij niet alleen het hoogste punt van de Giro, maar ook het hoogste punt van Italië tout court. De eerste renner die bovenkomt krijgt de Cima Coppi, de prijs voor de coureur die als 1e het dak van de Giro bereikt. Maar elke wielrenner die de top bereikt, voelt zich voor heel even ‘on top of the world’.
Vanuit Prato…
De bekendste weg naar de top is die vanuit het dorpje Prato. Het begin van de klim nodigt nog uit tot genieten. Vanuit Prato gaat het nog gezapig bergop. De 1e kilometers hebben een stijgingspercentage van rond de 5%. Zonder overtollige kilo’s is dit zeker geen onoverkomelijk probleem. Bovendien rijd je hier nog in aangename temperaturen en kun je nog wat boslucht opsnuiven. Eens het bordje van de 48 voorbij kan het aftellen beginnen: nog 47 haarspeldbochten tot de top. En dit met een gemiddeld stijgingspercentage van om en bij de 8%… 22km lang.
De eerste 8km kun je nog beschouwen als opwarming. Wie dan al dorst heeft, kan stoppen bij 1 van de fonteintjes om zijn bidons bij te vullen. Wie energie over heeft, kan een oogje werpen op de Zuid-Tiroolse dorpjes. Pas voorbij hotel Sotto Stelvio begint het echte werk. Tegen dan ben je de tel van de haarspeldbochten al lang kwijt en wordt de weg nog steiler. De top kun je dan al zien liggen, ook al is het dan nog steeds 7km.
7 loodzware kilometers wel te verstaan. Mentaal bikkelhard. De lucht wordt steeds ijler. De kou wordt nu goed voelbaar. Ruw geschat mag je per km klimmen 1 graad Celsius aftrekken. En dan moet je nog geluk hebben dat het niet begint te sneeuwen. Zelfs in de zomermaanden kan er nog een wit tapijt op de weg liggen. Wie nog kan, enjoy the view. Bij wie het echt op is, nog even doorbijten.
Want op de top wacht de beloning. Je komt er van alles tegen: motorrijders, fietsers, supporters, winkeltjes, eettentjes, een podium waar je je kan laten fotograferen als een echte winnaar. Maar vooral: dat gevoel dat je de grootste Alpenreus van Italië hebt overwonnen. Dat je toch een beetje in de voetsporen treedt van je grote helden….
Of vanuit Bormio
Of je kan de berg beklimmen vanuit Bormio, zoals het Giro-peloton ook dinsdag zal doen. Ze zullen de 48 haarspeldbochten dus bergop mogen nemen. De weg naar de top is dan wel minder bekend, maar zeker niet minder mooi met enkele hoge rotswanden, prachtige watervallen en rustgevende Alpenweiden. Maar geen nood: hij is nog steeds lastig genoeg. 22km, gemiddeld 7,1%. Leef je maar uit!
Het is een behoorlijk drukke klim, met veel wielrenners. Eenzaam zul je je niet snel voelen. En geen opwarmertje deze keer, maar er meteen stevig invliegen. In de verte kan je het kale landschap van de top al zien. Iets om naar uit te kijken. Het zicht is ook zeker de moeite waard. En voor de afwisseling rijd je ook door enkele tunnels. Wie wil kan na 12km al eens halt houden voor een korte koffiestop.
Maar het blijft natuurlijk klimmen en ook hier krijg je af te rekenen met de ijle lucht en een behoorlijke temperatuurdaling. Overdreven stijgingspercentages kom je hier niet tegen, maximum 10,9%, maar de lengte begint wel door te wegen. Op 6km van de top vlakt het even wat af, ideaal om de benen nog wat te ontspannen voor de laatste steilere kilometers. Wie pech heeft, krijgt hier ook nog eens af te rekenen met een smerige tegenwind. Maar dan volgt weer dat ‘topmoment’ op 2.758m boven de zeespiegel. Eigenlijk: wie dan toch naar de Stelvio trekt, doe meteen beide kanten. Een betere tip kunnen we niet geven.
De Stelvio in de Giro
In 1953 werd de Stelvio voor het eerst beklommen in de Giro. Kwam toen als 1e boven: Fausto Coppi. Qua heroïek kan dat tellen. Daarna werd de mythische col nog 9 keer opgenomen in het parcours, waarvan 5 maal als finishplaats. Al moest hij ook enkele keren geschrapt worden wegens de hevige sneeuwval.
De laatste keer dat de Stelvio in het parcours lag, was in 2014. Dario Cataldo kwam toen als 1e boven, maar vooral de verschrikkelijke weersomstandigheden zorgden voor commotie. De Giro-organisatie had geen oren naar een parcourswijziging, maar liet via Twitter wel verstaan dat de afdaling geneutraliseerd werd. Tot even later een rechtzetting volgde. Wat volgde was veel verwarring: neutralisatie of geen neutralisatie? Uiteindelijk zou Quintana de grote winnaar worden. In de afdaling was hij er vanonder gemuisd en verzamelde hij een voorgift van meer dan 2 minuten. Hij won de rit, nam de roze trui over van Uran en zou die niet meer afstaan.
Voor ons Belgen is de mooiste passage natuurlijk die van 2012. Thomas De Gendt rijdt op de Mortirolo, de voorlaatste klim van de dag, weg uit de groep der favorieten en haalt de 7 koplopers bij. Tot 4 minuten loopt hij uit. Maar dan moet de Stelvio nog komen. Nieve en Cunego klampen in 1e instantie nog aan bij de oersterke Belg, maar moeten hem op 13km van de top laten gaan. In de laatste kilometers verliest hij nog wat tijd, maar wat geeft het. Na een indrukwekkende raid wint er nog eens een Belg de koninginnenrit in de Giro. Een huzarenstukje dat we ons nog lang zullen herinneren. Dankzij zijn stuntzege en een sterke slottijdrit eindigt De Gendt bovendien als 3e in het eindklassement, na Hesjedal en Rodriguez.
Dinsdag wacht de renners trouwens nog een leuk nagerechtje. Na de Mortirolo en de Stelvio vanuit Bormio volgt de Umbrailpas, een zijweg van de Stelvio. Pas sinds 2015 is de weg volledig geasfalteerd en 2 jaar later viert hij al zijn debuut in de Giro. Na 13,4km klimmen aan 8,4% komen de renners boven en vanaf dan gaat het razendsnel bergaf naar de finish. Hallo, Vincenzo Nibali?