Ergens in Zoetermeer viel deze week een leuke brief in de bus. Bas van Belle mag immers naar het WK op de weg voor junioren in Innsbruck. Gezien zijn prestaties zeker verdiend, maar de selectie was geen evidentie. Van Belle had deze zomer immers hel wat fysiek leed te verwerken. En dus is de tevredenheid wel groot bij de jonge Zuid-Hollander.
Het jaar begon mooi voor Bas van Belle. “Ik begon mijn seizoen vrij goed. Zo reed ik in Nokere Koerse naar een mooie 3e plaats, waarna ik ook met de nationale selectie mee mocht naar Gent-Wevelgem (10e plaats) en Parijs-Roubaix (door lekke band en fietswissel 28e plaats). Dit waren hele mooie ervaringen die me erg hebben gemotiveerd. In mei heb ik het door m’n schoolexamens wat rustiger aan moeten doen. Begin juni mocht ik mee naar de Nations Cup Trofeo Saarland, maar na een zware val in de 2e etappe moest ik de wedstrijd verlaten. Een hersenschudding en gebroken tanden zorgden ervoor dat ik even niets mocht doen. Ik ben na 2 weken weer voorzichtig gaan trainen en dat ging goed. Helaas viel ik begin juli opnieuw. Tijdens een training viel ik door een oliespoor op de weg, waarbij ik m’n onderkaak op 2 plekken brak. Dat betekende dat ik zeker 6 weken vloeibaar moest eten.”
“Gelukkig kreeg ik van Peter Zijerveld (coördinator sportstimulering bij de KNWU, red) te horen dat ik naar het trainingskamp met de KNWU in Oostenrijk mocht eind juli, begin augustus. Daar heb ik goed kunnen trainen en me goed kunnen voorbereiden op de wedstrijden die nog kwamen. Zo reed ik een mooie openingsetappe in de Aubel-Thimester-Stavelot en reed ik naar een 8e plaats in het eindklassement van de Ronde des Vallées. Daarnaast kwam ik slechts 3 punten tekort om de bergtrui te winnen, wat zorgde voor een 3e plaats in het bergklassement van die laatste rittenkoers. De wedstrijden gingen dus steeds beter, maar geheel verwacht had ik de selectie dus niet.”
Nauwgezette voorbereiding
De 2e jaars junior maakte dit jaar zijn debuut voor Oranje. Het parcours in Innsbruck moet hem ook zeker liggen. “Ik vind klimwedstrijden en wedstrijden met een selectief parcours zeker het leukste. In dit type wedstrijden haal ik meestal ook mijn beste resultaten. Ik zou mezelf echter niet omschrijven als een pure klimmer, maar meer als een allround renner, omdat ik in het voorjaar, in de vlakkere wedstrijden, ook goed mee kan. Ik denk ook dat het in de junioren- en beloftencategorie erg belangrijk is om op alle vlakken mee te doen om je zo breed mogelijk te ontwikkelen.”
“In Innsbruck hoop ik een sterke wedstrijd te rijden. Ik ben niet bezig met een bepaalde uitslag en focus me liever op hoe ik de wedstrijd ga rijden. Het trainingskamp met de KNWU heeft ervoor gezorgd dat ik een goed beeld heb van het parcours. Daarnaast hebben we een aantal testen op de cols gedaan, waardoor ik een idee heb hoe ik de klimmen het beste kan indelen. Het grootste deel van de voorbereidingen zijn inmiddels al achter de rug. Aankomende weken worden de puntjes op de i gezet wat betreft intensiteit, waarna rust en afname van de omvang belangrijk is. Ik denk dat ik een goed plan heb gemaakt om mij voor te bereiden op het WK, samen met de begeleiding vanuit de KNWU. Komend weekend rijd ik nog een tijdrit en de klimomloop van Ulestraten. Bij die klimomloop van Ulestraten zou het mooi zijn om de leiderstrui van de KNWU klimmerstrofee te winnen. Ik heb de trui sinds de 1e wedstrijd dit seizoen na een overwinning in de Kleeberg Challenge, dus dat zou erg leuk zijn.”
Nieuw team zoeken
Na het WK volgt nog een belangrijke opdracht voor Van Belle, zij het extrasportief. “Helaas heb ik nog geen ploeg gevonden waar ik als 1e jaars belofte terecht kan”, bekent hij. “Ik heb contact gezocht met een aantal ploegen, maar vooralsnog is nog niets zeker en dus is het nog afwachten waar ik volgend jaar zal rijden. Ik heb er overigens alle vertrouwen in dat ik volgend jaar in een ploeg terecht kom waarin ik mijzelf verder kan ontdekken en ontwikkelen.”