In 1959 werd in Antwerpen het 1e Belgisch kampioenschap gereden voor professionele wielrensters. Hoeveel vrouwen er precies aan de start stonden, wist ze ons niet meer te vertellen. Maar de winnares van toen – Victoire Van Nuffel (81) – is wel nog kranig te been en vist een paar sterke anekdotes op uit haar koersleven.
Victoire, met zo’n naam moet je de overwinningen bijna kunnen opstapelen. Dat deed Van Nuffel niet, maar ze werd in ’59 dus wel de 1e Belgisch kampioene op de weg. “Het was een koers in Antwerpen en er was immens veel volk”, herinnert ze zich nog levendig. “Maar vraag me niet hoeveel rensters er aan de start stonden. Sowieso niet veel, want veel Belgen waren er niet in het vrouwenpeloton. Als ik gewone koersen reed, kwamen er veel Franse en Nederlandse vrouwen op af, maar in eigen land was het toch eerder beperkt. Ik had trouwens al 3 Belgische wegtitels op mijn palmares staan, maar in de jaren ervoor was het gene organisatie van de Belgische Wielrijdersbond.”
Blanco WK
Het WK op de weg werd in die jaren liefst 4 keer gewonnen door een landgenote, ene Yvonne Reynders. Zoveel talent had de geboren Hombeekse niet. Toch stond ze fier op het 1e WK ooit – in het Franse Reims, al had dat wat voeten in de aarde. “Om te kunnen deelnemen, moest ik nog naar Parijs om een vergunning te gaan halen”, doet ze haar verhaal. “Ik weet niet waarom, maar de Belgische Wielrijdersbond wilde me er gene geven. Ik mocht zelfs geen trui in de Belgische kleuren of met een link naar de Belgische federatie dragen. Dat gebrek aan steun van mijn eigen land vond ik wel erg. Uiteindelijk stond ik – samen met nog 3 andere landgenotes – aan de start in een witte blanco wielertrui.”
Wielrenster worden was in die naoorlogse tijd geen evidentie, maar Victoire Van Nuffel werd het met de paplepel ingegeven. “Mijn vader was zelf coureur geweest, maar door de oorlog heeft hij zijn carrière niet kunnen opbouwen. Maar die microbe had ik zelf meteen te pakken.”
Anquetil
Van Nuffel koerste lange tijd onder Briek Schotte maar vertrok nadien naar Franrkijk, waar ze bij Helyett-Leroux-A.C.B.B. terechtkwam, de ploeg van onder meer Jacques Anquetil. Het Franse vrouwenwielrennen stond iets hoger aangeschreven dan in België. “De sportbestuurder van de ploeg had ene dochtertje en die heb ik helpen grootbrengen”, vertelt Van Nuffel. “Voor het koersen werd ik niet betaald, maar met mijn job als au pair verdiende ik er goed de kost, plus ik kreeg gratis kost en inwoon. Ik kon zo wel minder in België koersen, maar dat vond ik niet erg. In die 10 jaar dat ik in Frankrijk woonde, kwam ik toch geregeld naar hier om te koersen, dus heimwee heb ik zeker niet gekend.”
Haar carrière stopte abrupt door hevige kniepijn. “Toen ik besloot te stoppen met koersen, kreeg ik een brief uit Italië met de vraag om ginder sportbestuurster te worden van een team”, besluit Van Nuffel. “Maar ik heb dat toen geweigerd omdat ik vond dat mijn wielercarrière gedaan was. Ik had nochtans altijd graag in Italië gekoerst en ze wilden me ook goed betalen. Achteraf gezien is het misschien een verkeerde keuze geweest, maar het is niet anders. Het is niet dat ik er echt spijt van heb. Het leven heeft voor iedereen hoogtes en laagtes.”