De Belgische fietskledingsfabrikant DECCA was op sterven na dood, tot ondernemer Jan Vanpraet in 2016 alle aandelen overnam van de familie die het merk had gesticht. De Gentenaar heeft de voorbije 4 jaar met de borst vooruit tabula rasa gemaakt en nagenoeg alles vernieuwd wat er vernieuwd kon worden. DECCA als merk bestaat in 2020 precies een halve eeuw en dat zal op gepaste manier gevierd worden.
Vanpraet heeft een verleden in de ICT-sector bij Belgacom en Alcatel, waar hij geen onbelangrijke functie bekleedde. In 2009 kwam hij bij Eddy Merckx Cycles terecht, waar hij verantwoordelijk werd gesteld voor de mondiale markt buiten de Benelux. Vanaf 2015 ging hij als freelancer aan de slag bij DECCA en zetelde er in de Raad van Advies. “De bedoeling was dat ik op zoek ging naar externe investeerders die zich wilden inkopen in DECCA, maar dat is me niet gelukt”, legt Vanpraet uit. “In die tijd ben ik zelf wel verliefd geworden op DECCA als puur Belgisch merk. Ik heb de oprichters dan ook een voorstel overgemaakt tot overname van alle aandelen om kort daarna een paar complementaire vennoten aan boord te halen.”
Dat luidde het begin van een nieuw tijdperk in voor Vanpraet. “DECCA bevond zich op het moment van de overname in een comateuze toestand”, bekent hij. “De bedoeling was een defibrillatie door te voeren en DECCA weer de plaats in de markt te geven die het verdient als iconisch merk met grote periodes zoals Superconfex, Kwantum, Bückler en Panasonic. DECCA is immers het oudste Belgische merk van custom sportswear. Volgend jaar, in 2020, vieren we 50 jaar DECCA, 50 jaar productie van Belgische koerskledij. Dat is langer dan Bioracer en Vermarc. Frans Verbeek, de stichter van Vermarc, heeft zelf ooit nog in kleren van DECCA gekoerst – aan de zijde trouwens van onder meer Patrick Lefevere en Patrick Sercu. Daar heb ik zelfs zwart-witfoto’s van. Wij willen ons als performante challenger tussen Bioracer en Vermarc profileren, merken waar we veel respect voor hebben.”
Superconfex
Decca wil de komende jaren weer naam maken, en dat vooral bij een jonger publiek. “DECCA is goed gekend bij wielertoeristen, maar wel bij die van 55 jaar en ouder”, meent Vanpraet. “Die mensen herinneren zich hoe Edwig Van Hooydonck in 1989 de Ronde van Vlaanderen won en nadien huilend op het podium stond in een Superconfex-tenuetje van DECCA. De jongere generatie kende DECCA niet toen ik het bedrijf overnam. Maar intussen hebben we opnieuw een solide positie verworven in de markt op vlak onze kwaliteitserkenning, waar we nu al 50 jaar hard mee bezig zijn. Daarnaast werken we ook aan onze visibiliteit op events en bij wielertoeristenclubs.”
Sinds Vanpraet de touwtjes in handen heeft, is er véél veranderd. “We zijn begonnen met een kleine reorganisatie en vorig jaar hebben we een heel grote doorgevoerd. We hebben komaf gemaakt met de oude manier van werken en zijn ook van locatie veranderd (DECCA zit nu in Gavere, red). Zo goed als alles is vernieuwd: niet alleen de structuren en de processen, maar ook de manier waarop we designs ontwikkelen. Vroeger zat alle productie in België, maar intussen hebben we 80 tot 90% geoutsourcet in het buitenland. We hebben echter nog altijd een bepaalde capaciteit in België om hier te produceren, voor lastminute-opdrachten en voor klanten die een meerbedrag over hebben om hun stukken sneller te ontvangen. De klant heeft dus eigenlijk de keuze om zelf te kiezen waar zijn kledij wordt geproduceerd, afhankelijk van zijn timing en zijn budget. Dus als je je materiaal in 3 à 4 weken wilt, dan kan dat – al kost het wel tot 50% meer.”
Groeien
DECCA is om die reden ook het enige textielbedrijf in de fietssector met het label ‘Handmade in Belgium’ (HIB). “Dat label is toch belangrijk”, geeft Vanpraet aan. “Het benadrukt onze Belgische en Vlaamse roots. Bovendien hebben we stiksters die samen al 150 jaar ervaring hebben. Dat is van goudwaarde. Zij worden ook betrokken bij ons R&D-proces in het buitenland, zodat de juiste keuzes worden gemaakt wat betreft onder meer stoffen en naden.”
DECCA wil de komende jaren hard groeien. “Er is de B2B-markt die we opsplitsen in enerzijds de sportclubs in fietsen, triatlon en atletiek en anderzijds de bedrijven. We hebben in die corporate wereld al een aantal heel mooie namen aan ons gebonden, zoals Brussels Airlines, Moortgat en Becton Dickinson. Maar er ligt nog veel marge om daar nog een stap te zetten. Daarnaast willen we ook in de retailsector doorgroeien. Concreet betekent dat het volgende: wie in onze webshop een stuk bestelt, krijgt dat daags nadien via DPD thuis geleverd.”
Op langere termijn zijn er nieuwe markten waar DECCA in wil investeren, maar daar wil Vanpraet nog niet té veel over kwijt. “Maar we zijn nu al partnerships aan het bekijken tot in Australië”, toont de DECCA-man zich ambitieus.