Met de slechtziende Milan Thomas werkte Jonas Goeman (29) eind vorige week de Wereldbeker Paracycling in Oostende af. Het duo pakte brons in het tijdrijden en viel net naast het podium in de wegrit. In de toekomst mikken deze Oost-Vlamingen op medailles op internationale kampioenschappen.
WK Portugal
Wetteraar Jonas Goeman kwam eind 2020, aan het slot van zijn 2e en laatste seizoen bij het continentale Tarteletto-Isorex, in contact met Milan Thomas. Deze Brakelaar reed in de lente van 2020, in volle coronacrisis, op 1 dag 51 keer de Muur van Geraardsbergen op. 1 keer meer dan ene Remco Evenepoel! Tandemfietsen deed hij in die tijd met ex-prof Bert Scheirlinckx. Samen werden ze in 2019 Belgisch kampioen.
“In oktober 2020 was er voor Milan een stage in het vooruitzicht van de Paralympics in Tokio”, weet Jonas Goeman. “Bert Scheirlinckx kon zich in die periode niet vrijmaken. Via mijn toenmalige trainer Koen Scheerlinck kreeg ik de vraag om met Milan te rijden. Ik ging daarop in. Mensen met een beperking zijn al geremd in wat ze kunnen doen. Ik had het heel jammer gevonden indien Milan die stage had moeten schrappen. Jawel, dat is altijd mijn ingesteldheid geweest. Als in de ploeg iets moest worden opgeknapt, deed ik dat ook altijd zonder morren. Na die stage was ik vertrokken. Ik ben met Milan blijven rijden en koersen en heb zelfs al een wereldkampioenschap in Portugal achter de rug.”
Sterk Nederland
In 2021 namen ze een 1e keer deel aan de Wereldbeker in Oostende. Het Oost-Vlaamse duo kan de prestaties van toen en die van vorige week perfect vergelijken. “We zetten al een flinke stap voorwaarts”, benadrukt Goeman. “Vorig jaar waren we in de tijdrit 10e, nu 3e. Met een sterkere chrono in dezelfde weersomstandigheden als 12 maanden geleden. Ik durf denken dat we nog progressiemarge hebben, want Milan koerst nog niet zo heel lang en zijn sterkste jaren zouden nog moeten komen.”
De Paralympiër is 24 en vond vanaf 2018 een uitlaatklep op de koersfiets. Met Jonas Goeman als piloot wil hij de komende jaren scoren op internationale kampioenschappen. “Ik denk dat ik in naam van Milan mag spreken: we mikken op medailles op de Europese en wereldkampioenschappen”, gaat de Volvo Trucks-werknemer verder. “En hopelijk bereiken we ooit de Paralympics. Onze eerstvolgende afspraak is het EK in Oostenrijk dat over 2 weken wordt gereden. Begin augustus trekken we naar een Wereldbeker in Canada en rijden we aansluitend ook het WK. In oktober zullen we in Parijs deelnemen aan de pistewereldkampioenschappen.”
Heel wat mooie afspraken voor het duo. “We weten dat Nederland met Patrick Bos en Tristan Bangma enorm sterk is”, aldus Goeman. “Wellicht zal aan hen niet veel te doen zijn. Wij proberen nog wat te groeien. Op de piste worden we in de sprint geconfronteerd met Robert Förstemann, de Duitser met de massieve dijen die bij de profs ooit een Olympische medaille haalde. Ook hij rijdt met een slechtziende Paralympiër. Aan deze spurtbom zal niet veel te doen zijn, maar misschien maken Milan en ik kans op de kilometer of op de 4 kilometer. Het zou kunnen dat we met Griet Hoet en Anneleen Monsieur onze kans gaan in de teamsprint, maar dat ligt nog niet vast.”
Canada
Zijn inzet voor Milan Thomas – om de 2 weken trainen ze 2 of 3 keer in het Vlaams Wielercentrum Eddy Merckx in Gent – betekent niet dat Jonas Goeman al zijn individuele ambities langs de kant schuift. Niet vergeten dat hij als eliterenner zonder contract in 2019 de Mosselkoers in Houtem-Vilvoorde, een profkermiskoers, won. En dat hij in 2018 zilver veroverde op het BK elite zonder contract in Stabroek. Enkel Rutger Wouters ging hem vooraf.
“Ik wil zelf ook nog altijd enkele overwinningen behalen”, besluit Goeman, die een maand geleden de kermiskoers in het West-Vlaamse Moorsele won. “Ooit Oost-Vlaams kampioen worden is een doel. Belgisch kampioen worden eveneens. Dit jaar gaat dat kampioenschap op 28 augustus in St-Lievens-Houtem door. Ook al zal ik in die periode over een goeie conditie beschikken omdat ik net terug zal zijn van de Wereldbeker en het WK Paracyling in Canada. Ik vrees dat het parcours voor mij net iets te lastig is. Ik moet het hebben van een vlakke omloop, liefst met wat wind. Inderdaad, zoals in Stabroek 4 jaar geleden.”