In de internationaal hoog aangeschreven Sint-Martinusprijs Kontich was het al Avia-Rudyco wat de klok sloeg. Na winst in de ploegentijdrit controleerden de renners de rittenwedstrijd en toen kopman Steffen De Schuyteneer zijn pols brak, bleek Mauro Cuylits (17) de perfecte wisselkopman. Zijn eindzege zette hij extra in de verf met winst in de tijdrit. “Eigenlijk ben ik nooit echt met mijn chrono bezig geweest”, straalt de eindwinnaar uit Beerse.
Wisselkopman
Het was een hectische week voor de 6-koppige formatie van de prestigieuze juniorenformatie. “Alles leek in orde voor de ploegentijdrit tot de fiets van onze kopman Steffen een technisch defect had”, vertelt Cuylits. “Hij is de motor van onze ploeg dus er was even paniek, maar gelukkig is alles goed gekomen. We wonnen vervolgens de tijdrit met meer dan 20 seconden voorsprong en stonden met 5 renners vooraan in het klassement.”
Op de 2e dag werd De Schuyteneer 2e en verzamelde hij wat bonusseconden. Zo kwam hij aan de leiding voor Cuylits, die zelf ook wat tijd sprokkelde. “Ik had me voorgenomen om me ook te mengen in de tussensprints als ik vooraan zou zitten. Dat is me gelukt, al was het altijd duidelijk dat Steffen de kopman was. Aan het einde van de 3e rit kwam hij echter ten val. Hij haalde wel nog de aankomst en kreeg dezelfde tijd, maar achteraf bleek hij zijn pols te hebben gebroken. Op die manier stond ik zondagochtend dus plots aan de leiding van het klassement.”
In Kontich stond een tijdrit geprogrammeerd in de voormiddag. “Er was wel even paniek door het voorval met Steffen, maar ik nam me voor om gewoon alles te geven over die 11 km. Zonder naar mijn wattages te kijken, reed ik naar de meet en daar vernam ik dat ik de beste tijd had gerealiseerd. Dat was een enorme verrassing, want ik heb me nog nooit lekker gevoeld in een tijdrit.”
Professionele werking
In de namiddagrit in Duffel werd het toch nog even spannend voor de wisselkopman en nieuwe leider. “We hadden als ploeg alles in handen. Op 30 km van de meet reed een trio weg met daarbij ploegmaat Milan Feys. Op een bepaald moment namen ze een minuut en werd het alsnog riskant voor de eindzege. Met de ploeg hebben we dan de kloof verkleind, terwijl Milan vooraan als waakhond fungeerde. Op die manier kon ik de eindzege binnenhalen, voor ploegmaten Yorick Slaets en Fredrik Fjærli.”
Met 3 stond Avia-Rudyco zondagavond te blinken op het podium. “Vorig jaar bij Team Kempen was ook alles in orde, maar deze ploeg werkt toch op een ander niveau”, vertelt Cuylits. “Alles is zo professioneel en perfect geregeld. Net als Steffen ben ik nog 1e jaars en we hebben nog goede renners van ons jaar in de ploeg. Met de goede generatie nieuwelingen op komst ziet onze toekomst er heel mooi uit. De ploeg heeft zich nu opgeofferd voor mij, ik wil dit jaar zeker nog eens iets terugdoen. We werken een beetje als ‘the wolfpack’ ja, Steffen was zondag ook op de koers om ons aan te moedigen.”
Hoewel Cuylits deze eindzege als internationale doorbraak kan beschouwen, is het niet zijn 1e kunststukje bij de junioren. De 17-jarige Antwerpenaar werd dit jaar ook al 6e in de Ronde van Vlaanderen. “Daar deed ik tot het einde mee voor de overwinning. Ik ben mezelf nog aan het ontdekken. Tot dusver dacht ik altijd dat ik een goede sprinter was, maar nu zie ik mezelf meer als een klassiek renner en iemand voor kortere rondjes.”
“Als tijdrijder voel ik me een beetje zoals Mathieu van der Poel, die zonder veel training toch goede resultaten realiseerde tegen de klok. Terwijl de rest met overschoenen en aerodynamische snufjes kwam opdagen, had ik mijn gewone koersschoenen aan. Ik ga er nu wel wat meer tijd in steken, al wil ik geen pure specialist worden. Het is echt een zware discipline, plezant vind ik dat niet”, lacht hij.
Nationale selectie
Met de examens achter de rug lijkt een mooie zomer voor Cuylits aan te breken. “Ik heb het in juni ook wat rustiger aan moeten doen. Dat voelde ik wel, want in de eerste ritten was ik echt niet goed en miste ik ritme. Optrekken na de bochten deed echt pijn. Dankzij deze eindzege kan ik nu mijn seizoen al als geslaagd beschouwen. Al zou ik er wel eens graag bij zijn in een nationale selectie. Andere jongens die ik vorig jaar kon kloppen, mochten dat mooie shirtje al eens aantrekken, dus ik hoop dat mijn beurt ook nog komt.”
Voor sommige wielervolgers doet de naam van Cuylits wel een belletje rinkelen. Zijn vader Gunter was 2 jaar prof bij Tonissteiner-Colnago en opvolger Landbouwkrediet. “Hij was bij de jeugd een beloftevolle renner. Helaas is hij niet meer onder ons”, vertelt zijn zoon. “In de Tour du Faso is hij overleden aan hartfalen. Door hem ben ik opgegroeid in het wielrennen en ken ik heel veel mensen. Zijn ouders, mijn grootouders dus, zijn me altijd blijven steunen in de koers. Op die manier kan ik nu de passie van mijn vader verderzetten. Elke overwinning is een eerbetoon aan hem.”
Gunter Cuylits overleed op 37-jarige leeftijd. “Heel lang was er twijfel over de precieze doodsoorzaak en dat is ook uitgebreid onderzocht. Op een bepaald moment vond men een bepaald gen dat de directe aanleiding was. Ik werd daarop onderzocht en blijk die aandoening niet te hebben. Dat was even heel spannend, want het had het einde van mijn carrière kunnen betekenen. Nu kan ik dat wel een beetje loslaten. Mensen vragen vaak of ik beter ben dan mijn vader, maar dat kan ik nu nog niet zeggen. Ik zal in elk geval proberen om me nu in de kijker van de beloftenploegen te rijden en daarna zien we wel.”