Brem Deman (20) ziet zijn prima seizoen beloond met een mooie transfer naar EFC-L&R-AGS. De klassieke renner uit Opwijk maakte al in het voorjaar indruk op sportief verantwoordelijke Wim Feys en kan bij zijn nieuwe werkgever een stap hogerop zetten. “Ik heb nog 2 jaar bij de beloften, wat maakt dat ik in 2023 nog niet met een loden druk op de schouders moet rondrijden”, merkt hij op.
Pulso Preventielab
Brem Deman maakt deel uit van de generatie van Cian Uijtdebroeks en Arnaud De Lie, 2 renners die in 2020 nog samen met hem in de top 7 eindigden van Kuurne-Brussel-Kuurne voor junioren. De afgelopen jaren kwam Deman uit voor het respectabele VDM-Trawobo Cycling Team. Hij begon dit jaar goed aan het seizoen met een overwinning in Vollezele, wat ook de enige zege van het seizoen zou worden. “Ik reed er 2 rondes solo. Mogelijk heb ik daar voor een 1e keer een visitekaartje afgegeven en is mijn naam gevallen bij EFC-L&R-AGS”, bedenkt hij zich.
In het voorjaar bleef Deman de goede resultaten opstapelen. Hij werd 11e in Wemmel, 16e in de Wim Hendriks Trofee, 24e in de Arden Challenge, 15e in Rotselaar (Grote Prijs Vermarc Sport) en 6e in de Kersenronde Mierlo. Door zijn goede prestaties in de U23 Road Series kon hij de 3e plaats behalen in het eindklassement. “Ik won er eveneens de groene trui”, voegt hij toe. “Ook dat staat natuurlijk mooi op het CV van een renner.”
Het gevolg is dat de Vlaams-Brabander al aan het begin van de zomer in gesprek mocht gaan met Wim Feys. “We hebben Brem toen ook getest bij het Pulso Preventielab en daarbij werd zijn potentieel bevestigd”, vertelt de sportief verantwoordelijke. “Brem wordt als 3e jaars 1 van de topbeloften in 2023. Met zijn aanvallende koersstijl is hij een naam die we vaak op de wedstrijdradio horen. Hij is een hardrijder met een goeie solo in de benen en beschikt daarnaast over een portie koersdoorzicht om het af te maken. Met de ploegleiding waren wij al vroeg overtuigd dat hij een goeie aanwinst zou zijn.”
Ander peloton
Zelf kijkt Deman ook uit naar zijn nieuwe thuisomgeving. “Het gaat niet enkel om de ploeg op de koers, maar ook naar de omkadering rond de koers. Dat is 1 van de redenen waarom ik voor EFC-L&R-AGS kies. Hun programma is nu al heel mooi. Ik heb nog nooit een buitenlandse rittenwedstrijd gereden, dus ik kijk ernaar uit om eens in een nieuw peloton te kunnen koersen.”
Deman beschrijft zichzelf als een ‘klassiek type’. “Ik hou van een lastige koers over glooiende wegen. Het echte klimwerk is niet aan mij besteed, maar ik hou er wel van wanneer de wegen op en neer gaan. Mijn sprint is aan het einde van het seizoen verbeterd. Dat dank ik ook aan de pistetrainingen, iets waar ik in de toekomst nog meer van wil profiteren. In een klein groepje kan ik het dus wel afmaken, een pelotonsprint is moeilijker voor mij.”
De afgelopen weken zette Deman nog even de puntjes op de i met een resem straffe prestaties. Hij werd 6e op het BK, 4e in de Testtijdrit Igor Decraene en deed daar nog 4 top 5-resultaten bij in zijn laatste wedstrijden van het seizoen. “Mijn race in Stekene, waar ik 2e werd, was de laatste van het seizoen. Ik zit nu in een rustperiode van 10 dagen”, geeft hij aan.
Pistemeetings
Bedoeling is wel dat Brem Deman deze winter al snel weer in actie komt. “Ik ga immers opnieuw een aantal pistemeetings op mijn programma zetten. Vorig jaar deed ik dat voor het eerst en kon ik zowaar meteen winnen. Ik merk dat ik als renner beter word door deze beproevingen, dus het is een leuke toevoeging. Uiteraard staat er ook een winterstage in Spanje op mijn programma.”
Sowieso zal Deman altijd wel weten wat te doen. Hij volgt in Brugge immers de richting ‘Sport & Bewegen’. “Dat doe ik in een halftijds studietraject”, besluit hij. “Ik zit nu in mijn laatste jaar dat ik dus over 2 jaren spreid. Op die manier kan ik een diploma halen en toch voor een profcontract gaan de komende jaren. Hopelijk kan ik volgend jaar eens een interclub winnen. Elk jaar win ik wel ergens, maar die grote vis mis ik nog. Als ik dan een tussenstap kan maken via een continentale club, dan wil ik daar zeker ook voor gaan. Zorgen voor later, eerst maar eens richting 2023 werken!”