De 3 vrouwen uit 2002 – Fem van Empel, Puck Pieterse en Shirin van Anrooij – domineren momenteel het veldrijden bij de vrouwen. Je zou haast vergeten dat Aniek van Alphen ook nog altijd maar 23 jaar is. Ze is dit jaar vaste klant in de top 10. Pas in haar 13e wedstrijd van het seizoen viel ze in Maasmechelen buiten die eerste 10. “Ik plan nu een beetje rust in, want het is een drukke periode geweest”, beseft ze.
Van korfbal naar het veld
Aniek van Alphen draait al jaren mee in het veld nadat ze op jonge leeftijd ook een tijdje aan korfbal deed. De veldrijdster uit Hapert reed haar 1e veldritwedstrijd in 2011 op de mountainbike van haar broer in Bladel en sindsdien is ze verliefd op de cross. De renster van 777 is dit jaar een zekerheid in de spits van de koers. Na onder meer 3 tweede plaatsen won ze 3 weken geleden met voorsprong in het Duitse Bad Salzdetfurth. In Ardooie deed ze daar nog een mooie podiumplaats bij. Pas in Maasmechelen viel ze voor het eerst naast de top 10.
“Het was niet mijn beste wedstrijd”, pufte de 23-jarige renster achteraf. “Ik voelde mijn benen nog na de wedstrijd van Ruddervoorde (waar Van Alphen 6e werd, red). Op zich was mijn prestatie zeker niet slecht. Het was een beetje jammer dat een groepje uit de achtergrond terugkwam en ik belandde achter Hélene Clauzel die af en toe een gaatje moest laten. Op die manier mistten we de aansluiting met de rensters voor ons en ik had niet meer de kracht om het gat te dichten. Toch denk ik dat ik wel tevreden mag zijn over dit weekend.”
De Noord-Brabantse is nog altijd volop progressie aan het boeken. Iets wat ze onder meer dankt aan haar trainingen in Alphen (what’s in a name!), waar bijzonder veel toppers naartoe komen. Vorig jaar eindigde ze vaak tussen plek 10 en 15, nu doet ze steevast een aantal plaatsjes beter. “Het is wel jammer dat ik nu een keer buiten de top 10 val, maar in de Wereldbeker starten alle toppers dus is dat normaal”, merkt ze op. “Ik voel dat ik een stap heb gezet en ik hoop dat ik deze vorm kan doortrekken. Als ik op een mindere dag nog 14e word, is dat een goed signaal.”
Dominantie aan de top
Wie 23 jaar is, weet dat haar beste jaren nog zullen komen. 2 jaar geleden werd Van Alphen nog vicewereldkampioene bij de beloften. Toen werd ze geklopt door Fem van Empel, die momenteel heerst bij de profs. “Ik verwacht geen terugval van die 3 jonge vrouwen”, klinkt het. “Vorig jaar reden ze ook het hele seizoen supergoed. Ze zullen ooit wel eens een mindere dag hebben natuurlijk, maar ik verwacht wel dat ze zullen blijven domineren. Ook Marianne Vos gaat nog wat beter worden en wanneer Annemarie Worst helemaal top is, gaat het gewoon tussen hen gaan.”
De Nederlandse 20’er kijkt dus in de 1e plaats naar zichzelf en probeert stap voor stap te groeien. Inmiddels werd ze ook geselecteerd voor het EK – naast Brand, Betsema, Van Empel, Worst, Alvarado, Van der Heijden en Vos. “Daar wil ik wel voor het hoogst haalbare gaan. Je werkt immers altijd toe naar een kampioenschap. Daarom dat ik nu een rustige week plan. Op die manier denk ik dat het wel goed moet komen. Ik ga zeker proberen om daar opnieuw een top 10-plaats te realiseren.”
Tijd voor de winter
Vorig jaar viel op dat Van Alphen aan het einde van het seizoen kwam opzetten. Ze stond op het podium in Maldegem en deed het ook uitstekend in Lille (5e), Gavere (5e), Brussel (6e), Sint-Niklaas (4e) en Oostmalle (6e). Een vrouw van het seizoenseinde? “De meeste rensters hebben moraal tot aan het WK en dan is het wat op. Ik vind die wedstrijden aan het einde van het seizoen supermooi en daarom rijd ik er graag en goed. Die motivatie maakt dan het verschil. Ik hoop wel dat ik nu mijn huidige vorm kan vasthouden.”
Opvallend afgelopen zondag waren de korte mouwtjes bij rensters en supporters. Achteraf moest niet de modder maar het zweet van de gezichten worden gewreven. “Van mij mag het wel eens gaan regenen”, lacht Van Alphen. “Ik vind deze zon niet heel lekker, het is net wat te warm. De afwisseling van een snel parcours met een nat parcours is voor mij beter, een beetje variatie is altijd leuk!”
