Uiteenlopende emoties bij Mauro Cuylits nadat hij zondag in Brasschaat op het BK voor junioren brons veroverde. Blij omdat hij weer een resultaat kon rijden na een aantal tegenslagen. Blij omdat maatje Jarno Widar de 3-kleur veroverde. Een tikkeltje ontgoocheld omdat hij dacht zelf kans te maken, triest omdat z’n papa Gunter die niet meer kan meemaken.

Klotejaar
“Als ik koers, denk ik constant aan mijn papa”, geeft de 18-jarige junior toe. “Op mijn fiets kleeft een stickertje van hem. Daar kijk ik vaak naar, in wedstrijden is hij altijd bij mij. Heel spijtig dat hij er niet meer bij kan zijn.”
Gunter Cuylits overleed intussen al meer dan 10 jaar geleden kort nadat hij de Ronde van Burkina Faso tot een goed einde had gebracht. Hij was enkele jaren prof, onder meer bij Landbouwkrediet. Uiteraard hoopt Mauro zijn te vroeg gestorven papa te eren met een mooie wielercarrière. Voor hem verliepen de voorbije maanden alles behalve vlekkeloos. Vorige zomer zette hij als 1e jaars junior nog de 4-daagse van Kontich op zijn naam.
“Ik heb een klotejaar achter de rug”, laat de pion van Avia-Rudyco zich spontaan ontvallen. “In november kreeg ik klierkoorts. Luisteren naar mijn lichaam was de boodschap. Het ging op en af. In stijgende lijn, maar met golven, soms met een lichte terugval. Toch bleef de ploegleiding in mij geloven. Ik reed geen uitslagen, ik kon niets doen voor de ploegmaats, toch bleven ze achter mij staan en kansen geven.”
Hoofdrol
Zo mocht Cuylits eind april de E3 Saxo Classic U19 in Bavikhove, het kleine broertje van de Harelbeekse E3 Saxo Classic voor profs, rijden. Jammer genoeg ging het voor de jongeman uit Beerse ook in die UCI-wedstrijd verkeerd. Door een val haalde hij het einde niet. Bij die tuimelperte liep hij vooral verwondingen in het aangezicht op.
“Na die val heb ik bij manier van spreken een week als een plant geleefd”, beweert Cuylits. “Mijn gezicht lag helemaal open, ik was een tand kwijt en kon enkele dagen nauwelijks bewegen. Zware dagen, heel even zat ik bijzonder diep. Vooral omdat ik jongens van mijn niveau koersen zag winnen terwijl ik thuis in de zetel niets kon doen. In de Ronde van Vlaanderen was ik voor het eerst weer op niveau.”
Cuylits sloot deze klassieker als 13e af. Een dikke minuut na Jarno Widar mocht hij in Oudenaarde om de 7e plaats spurten. De Kempense junior bevestigde tijdens het nationaal kampioenschap. Op het vlakke parcours in Brasschaat speelde hij een hoofdrol. Duarte Marivoet gooide kort na de start de knuppel in het hoenderhok. Met Axel Van Den Broek, Stan Meeusen, Gilles Dockx en Sam Neerinckx reed Cuylits naar de vroege aanvaller.
Nog een ploeg vinden
“Ik twijfelde om mee te gaan”, geeft de student TSO Sport toe. “Want mijn benen voelden niet super aan. Nadat ik de sprong naar de spits waagde, heb ik niet te gek gedaan. Heb ik vooral naar mijn lichaam geluisterd. Plots sloot een groep met niets dan grote namen uit het juniorenpeloton aan. Dan dacht ik bij mezelf dat top 10 het hoogst haalbare was. Met 5 renners van Acrog-Tormans in de kopgroep was het niet aan mij om veel kopbeurten te doen.”
Niels Driesen, Jasper Schoofs, Gibbe Staes, Liam Van Bylen, Lars Vanden Heede en Jarno Widar waren de mannen die bij de 6 leiders kwamen. De kopgroep van 12 splitte tijdens het laatste wedstrijduur 2 keer. “Telkens nam ik de juiste beslissing, telkens was ik onmiddellijk mee”, glundert Cuylits. “De koers lezen kan ik wel. Dat kwam tijdens dit BK van pas. Ik heb vooral geluisterd naar mijn lichaam en heb me tijdens de ontsnapping niet gek laten maken. Ook al koers ik een beetje met stress. De meeste leeftijdsgenoten hebben voor volgend jaar al een ploeg, ik nog niet.”
In de slotronde raakte Cuylits voorop met Driesen. Widar kon in z’n eentje het gaatje dichten. Zij reden naar de streep terwijl het peloton de andere vluchters opraapte en in de nek van het leiderstrio hijgde. “De druk van achteruit vond ik vervelend”, geeft Cuylits toe. “In de laatste rechte lijn ging ik iets te vroeg naar de kop. Stond de wind daar in de rug was de titel voor mij geweest, denk ik. Op het laatste stuk met de wind op de neus had hij de kop genomen. Al gun ik het Jarno evenzeer. Ik kom goed overeen met hem. Zaterdag hadden we nog berichtjes naar elkaar gestuurd. Met hem meegaan naar het WK, daar durf ik niet aan denken. Al hoop ik dat bondscoach Carlo Bomans mij dit jaar 1 keer opneemt in een selectie.”