Het vrouwenpeloton kwam 40 jaar geleden, in juni 1984, bij de grote familie van de Tour. 6 Nederlandse rensters lieten hun spierballen zien en eisten 6 van de top 8 plaatsen op in de openingsetappe, met Mieke Havik voorop. De onverzadigbare Oranje-pioniers zouden 15 etappezeges pakken in die historische editie. Terugkijkend op deze epische saga in de aanloop naar de Grand Départ van de Tour de France Femmes 2024 in Rotterdam, sprak de organisatie met een aantal sterren van vroeger, nu en de toekomst. Vandaag: Marianne Vos.
Al 2 decennia lang is Marianne Vos een uniek icoon, de belichaming van Nederlandse uitmuntendheid en wereldwijd stralend in alle kleuren. Op de weg, op de baan en dankzij haar veldritcapaciteiten heeft de Nederlandse ster 12 regenboogtruien bij de elite en ontelbare onderscheidingen op haar naam staan. De afgelopen weken blonk ze uit in rood, wit en groen in La Vuelta Femenina en de Volta a Catalunya Femenina, in lijn met een sterke klassieke campagne. Vos is een koningin, op en naast de fiets. Het was dan ook vanzelfsprekend voor de wielerwereld om haar te eren met de Maillot Jaune in de Tour de France Femmes 2022. Nadat ziekte haar ambities vorig jaar 2023 in de weg stond, keert ze terug voor meer glamour. Met een thuisstart in Nederland.
Je hebt een heel sterk eerste deel van het seizoen achter de rug. Hoe goed voel je je nu?
Marianne Vos: “Het 1e deel van het seizoen, met de voorjaarsklassiekers en de Vuelta, gaf me een aantal keer een goed gevoel. We hadden ook een paar echt mooie resultaten met de ploeg. Dat maakt me natuurlijk erg gelukkig en wil ik graag voortzetten in het 2e deel van het seizoen. En dan met name in de Tour de France Femmes!”
Hoe benader je je doelen in deze drukke zomer?
“Ik ben net geselecteerd voor de Olympische Spelen. Die bijzondere combinatie maakt een blok van wedstrijden waar ik me op focus. Ik zal proberen om op mijn best te zijn. Ik moet zeggen dat de Tour, waar en wanneer die ook begint, altijd een groot doel is voor elke renster die aan de start staat. Maar als Nederlandse in een Nederlandse ploeg en de Grand Départ in Nederland voelen we wat extra motivatie om het goed te doen.”
Hoe groot was de impact sinds 2022?
“Sinds het moment dat we begonnen met La Course, in 2014, hebben we een grote opkomst gezien in het vrouwenwielrennen. Onderdeel zijn van de Tour de France Femmes is heel belangrijk geweest in deze ontwikkeling. Nu gaat de groei van het vrouwenwielrennen door. 2 jaar geleden zagen we een wereldwijde belangstelling voor vrouwen in het wielrennen. De activiteiten van teams en sponsors waren enorm. Het is natuurlijk moeilijk te zeggen of de Tour belangrijker is dan de Spelen.”
“Zijn mensen geïnteresseerd vanwege de media-aandacht en de uitzendingen? Is het het koersen dat de aandacht heeft getrokken en tot deze groei heeft geleid? Hoe dan ook, het is ongelooflijk geweest de afgelopen jaren en het is duidelijk dat de Tour de France Femmes een grote impact heeft gemaakt. Ik ben erg benieuwd wat dit jaar zal brengen. Het is altijd moeilijk om wedstrijden te vergelijken, maar het is wel interessant om dit jaar de Olympische Spelen en de Tour in zo’n korte tijd op de kalender te hebben.”
En op persoonlijk vlak, hoe kijk je terug op de eerste 2 edities?
“Iedereen keek er echt naar uit om deze 1e Tour te rijden. De spanning was hoog en dat zorgde voor intense en spannende wedstrijddagen. Met het team wilden we voor een ritzege gaan. We waren erg blij toen dat lukte. Daarna was de voldoening nog groter met een 2e ritzege, het dragen van de gele trui en het mee naar huis nemen van de groene trui. Maar het gaat in de sport niet altijd zoals je wilt, zoals in 2023 voor mij. Maar het blijft een mooie wedstrijd en de Tour zal altijd een doel zijn om voor te gaan.”
Je bent een Nederlandse kopvrouw in een Nederlandse ploeg en we hebben al veel Nederlands succes gezien in de Tour Femmes. Hoe ver staa t het vrouwenwielrennen in Nederland volgens jou?
“Als je naar internationale wedstrijden kijkt, is het fantastisch om verschillende Nederlandse rensters en teams het goed te zien doen en op het hoogste niveau te zien presteren. Het helpt natuurlijk om de sport te laten groeien, want kleine jongens en meisjes zien de rensters het echt goed doen en de rensters stimuleren elkaar om echt op hun best te zijn. Het is dus echt gaaf om dit in verschillende wielerdisciplines te zien. Maar dat betekent niet dat dat altijd zo zal blijven, je moet blijven pushen en proberen om op dit niveau te blijven.”
Zijn jullie klaar om de Tour de France Femmes in Nederland te verwelkomen?
“Ik heb er echt zin in! Natuurlijk wordt het spannend, maar ook een beetje vreemd om de Tour de France in eigen land te hebben. Dus ik ben heel benieuwd wat we in augustus gaan zien. Maar ik hoop op veel Nederlandse fans langs het parcours. Laten we hopen dat het een groot feest wordt en dat we het Nederlandse wielrennen kunnen vieren.”
Hoe goed ken je de regio van de eerste paar etappes?
“Ik heb een verkenning gedaan met vrienden, dus we hebben het parcours gezien. Maar het is geen regio die ik goed ken. Het is niet mijn trainingsgebied of wat dan ook. De wielerwereld is meer bekend met Limburg, waar we ook heen gaan met de etappe Valkenburg-Luik. Dit zijn wegen die we allemaal kennen van de Amstel Gold Race en Luik-Bastenaken-Luik. De eerste 3 etappes zullen meer een showcase zijn van het Nederlandse rivierenlandschap, met de windmolens en zo. Het moet ook actie brengen. Ik hoop op goede wedstrijden.”
Je hebt de Tour de France als toeschouwer bijgewoond op Alpe d’Huez. Wat betekent het om daar de Tour de France Femmes te rijden?
“Alpe d’Huez is 1 van de beroemdste beklimmingen van de Tour de France. We gingen vroeger elk jaar met mijn familie kijken naar de mannenwedstrijd om de renners aan te moedigen. Het was toen geen droom m de Tour de France te rijden, er was ook geen mogelijkheid. Het voelt daarom als een voorrecht om de Tour de France te rijden. Ik weet niet hoe ik het zal vinden om Alpe d’Huez op te rijden in de laatste etappe. Maar het is zeker een fantastische finale en ik hoop ook veel toeschouwers Alpe d’Huez te zien oprijden.”