De Limburgse Pijl is op zondag 11 augustus 2024 aan zijn 2e editie toe. Vorig jaar 2023 kreeg de wedstrijd met Jarno Widar al meteen een topper als winnaar. De organisatie van de klassieker-in-wording is in handen van onder meer Yannick Vanbrabant. De zoon van ex-prof Benny Vanbrabant zat ook vele jaren zelf op de fiets. Met succes bij nieuwelingen en juniores. “Maar bij de beloften boekte ik geen vooruitgang meer. Ik ben 15 jaar te vroeg geboren”, stelt Vanbrabant.
Jasper Stuyven
De fiets van de Zuid-Limburger hangt intussen al 11 jaar aan de haak. Hij had ook lange tijd niks met koers. Tot hij een paar jaar geleden wedstrijden voor miniemen en aspiranten ging organiseren. “Ik ben nog wel een jaar verzorger geweest bij de juniorenploeg van het toenmalige Davo Tongeren. Maar dat heeft niet lang geduurd. Daarna ben ik een hele periode weggebleven uit de koers. Waarom? Ik had het allemaal wel gezien. En er waren andere interesses. Ik ben zelfstandige geworden en ik heb een tijdje een café gehad”, vertelt de generatiegenoot van onder meer juniorenwereldkampioen Jasper Stuyven.
Vanbrabant was er bij toen Stuyven in 2010 Parijs-Roubaix voor junioren won. Hij pakte er zelf de 5e plaats. Zijn degelijke seizoen als 2e jaars bij de U19 leverde hem ook een ticket voor het EK in Turkije op. De toekomst lachte hem toe. Ook al omdat hij een goed pisterenner was. Met Belgische titels en deelnames aan het EK als resultaat. En toch zette hij in zijn 3e seizoen bij de beloften een punt achter zijn loopbaan. Wat is er misgelopen? “Niks”, zegt hij gedecideerd. “Het liep gewoon niet. Ik was in de jeugdcategorieën bij de betere renners. Maar daar koop je bij de beloften niks mee. Ik boekte geen vooruitgang meer. De goesting ebde weg.”
Geen professionele aanpak
In de tijd dat Vanbrabant koerste, was een campagne van 3 of 4 jaar bij de U23 geen uitzondering. Tegenwoordig staan heel wat renners al op jonge leeftijd op de radar van de profteams. Had Vanbrabant het liever op deze manier gezien? “Je kan de aanpak niet vergelijken. De juniors van nu zijn de beloften van toen. Het verschil zit vooral in de begeleiding. Ik heb ook bij grotere teams gereden. Maar wij hadden niet de professionele aanpak zoals die nu gekend is.”
Zou hij het wel tot prof geschopt hebben in de huidige aanpak? Uiteindelijk heeft hij toch de genen van papa Benny die 12 jaar deel uitmaakte van het profpeloton. “Geen idee. En dat zullen we nooit weten, hé. Ik ben blij dat ik gekoerst heb. Maar ook tevreden met de keuzes die ik gemaakt heb. Ik zie me behalve het organiseren van wedstrijden ook niet meteen weer in de koers terechtkomen”, klinkt het.
Ook niet bij de 3e generatie? Vanbrabant heeft een zoon en een dochter. Hebben zij interesse in de fiets? “Op dit moment niet. Ze hebben ook niks met wielrennen. Mijn zoon is een heel fervente voetballer. Maar je weet nooit natuurlijk”, lacht Yannick Vanbrabant, die de voorbije weken druk bezig was met de organisatie van de Limburgse Pijl.
Maastrichterallee
Zondag staat nog maar de 2e uitgave op het programma. Een jaar geleden zette winnaar Jarno Widar de wedstrijd alvast op de kaart. “We gaan op hetzelfde elan verder. Met start en aankomst in Tongeren. En dan weet je dat het snel op en af gaat. Net zoals in de Ronde van Limburg voor profs. Onze wedstrijd loopt trouwens over heel wat wegen die de profs ook aandoen.”
En die ook deel uitmaken van het parcours van het EK dat half september 2024 in Limburg doorgaat. Nieuw dit jaar is de passage door Alden Biesen. Met de licht oplopende kasseiweg van de Maastrichterallee. Op 25 km van de finish passeren de renners de kasseien van Manshoven. Die strook zou wel eens bepalend kunnen zijn in de koers.
De 2e editie van de Limburgse Pijl belooft met de sterkste Belgische ploegen en teams uit Nederland en Canada een interessante wedstrijd te worden. Nochtans zag het er lange tijd naar uit dat de koers niet georganiseerd zou worden. “We hebben dankzij verschillende sponsors toch voldoende middelen gevonden om te organiseren. Gelukkig kunnen we rekenen op een grote groep medewerkers. Zonder de seingevers, motards of andere vrijwilligers geen koers. Ook niet in Tongeren.”