Weer geen medaille! Toms Skujinš, de 33-jarige Let van Lidl-Trek, legde in Zürich in de sprint om WK-brons de duimen voor titelverdediger Mathieu van der Poel. Daar leek hij, beter dan verwacht, vrede mee te kunnen nemen. In elk geval was Skujinš op dit WK 2024 1 van de meest opvallende figuren. Met de Ier Ben Healy joeg hij lang op de ongenaakbare Tadej Pogačar.
Remco ingedut
Als je met 4 renners aan de start verschijnt, wordt niet verwacht dat je een wereldkampioenschap in handen neemt. Toms Skujinš had slechts 3 landgenoten aan de start in Zürich. Dus was het voor hem wat afwachten wat toplanden als België, Slovenië, Nederland, Spanje, Italië, Denemarken, Frankrijk, Australië en zo meer zouden doen. De sterkste man van het Letse kwartet liet zich meer dan opmerken. Zo trok hij met Ben Healy op zoek naar Pogačar, de man die 100 km van de finish al in het offensief ging.
“Slovenië verloor al redelijk snel wat manschappen”, weet Skujinš. “Dan was het misschien wel de beste tactiek van Tadej om vroeg in de aanval te gaan. Slovenië had op dat ogenblik ook nog Jan Tratnik in de kopgroep. Supersterk van de Slovenen! Eigenlijk had ik bij de uitval van Tadej een reactie van Remco Evenepoel verwacht. Misschien had hij net op dat moment even nood aan een dutje.”
Niet makkelijk om de achtervolging georganiseerd te krijgen. “Dat is altijd lastig”, weet Skujinš. “Iedereen in de achtervolgende groep liet een sterke indruk na op mij. De organisatie had beter gekund. Dat is het tactische spelletje. Er kwamen wat uitvallen. Toen Ben Healy en een Brit voorsprong namen, sprong ik er solo naartoe.”
Beetje sterker
Dat was ongeveer 60 km van de aankomst. Healy en Oscar Onley sloegen de handen in elkaar. Skujinš reed het gaatje op die 2 tegenaanvallers dicht en bleef wat verder enkel met de Ier van EF Education-EasyPost aandringen. “Toen ik met Ben achtervolgde, dacht ik op geen enkel moment dat we Pogačar nog gingen pakken”, geeft de Let toe. “De andere achtervolgende groep op afstand houden en duelleren voor zilver en brons, dat zat wel in mijn achterhoofd.”
Vandaar dat Skujinš en Healy tijdens hun duorit enkele keren overleg pleegden. Op een bepaald moment stond hij zelfs z’n drinkbus af aan de Ier. “Ik was misschien een beetje sterker”, beweert de Let. “Ik had niet de indruk dat Ben gereserveerder in de tegenaanval ging. Ik reed misschien wel wat meer kilometers op kop. Ben deed wat hij kon. Over zijn engagement in die achtervolging ga ik niet klagen. Samen waren we gefocust om de achtervolgers af te houden. Of dat zilver of brons opleverde, dat kon mij geen barst schelen. Ik hoopte voorsprong te houden tot 10 km van het einde, maar op de laatste klim werden we bijgehaald.”
Enric Mas en Marc Hirschi sloten aan, daarna Remco Evenepoel, Mathieu van der Poel en Ben O’Connor. Ook voor Skujinš was het snel duidelijk dat het er niet meer inzat om Pogačar te bedreigen. “Toen we door enkele achtervolgers werden ingerekend, zaten we op 40 seconden van de Sloveen”, weet de Let. “Daar deden we eens 5 seconden af, meer niet.”
Geen spijt
Dus werd het strijden om zilver en brons. O’Connor kon zijn metgezellen nog afschudden. “Dat was een sterk manoeuvre van Ben”, aldus Skujinš. “Zelf heb ik ook enkele keren iets geprobeerd, maar afstand nemen lukte niet meer. En in de sprint Mathieu van der Poel kloppen, is niet evident. Dat ik net naast de medailles grijp, is misschien een beetje triest. Het is wat het is. Ik heb gedaan wat ik kon, dus moet ik geen spijt hebben. Ik ben blij met onze tactiek, blij ook met de benen die ik tijdens dit WK had.”
De Let streed deze zomer in Parijs ook al voor Olympisch brons, maar moest in de sprint zowel de Fransman Christophe Laporte als de Hongaar Attila Valter laten voorgaan. Met andere woorden: als het om de belangrijkste prijzen gaat, is Skujinš nooit ver af. Maar een veelwinnaar is hij niet. Zo botste hij begin dit seizoen 2024 in de Strade Bianche eveneens op de Sloveense maatstaf. Dat hij dit jaar zijn contract bij Lidl-Trek met 2 seizoenen kon verlengen, is geen verrassing. Hij is al sinds 2018 aan de slag bij het Amerikaanse WorldTour-team en blijft er minstens tot eind 2026.