Roman Kreuziger, Peter Sagan, Julian Alaphilippe… Allemaal stonden ze bij de jeugd ooit op het podium van het WK veldrijden om dan later furore te maken op de weg. Jan Christen lijkt de volgende renner in dat mooie rijtje te kunnen worden. De Zwitser (17, Iko-Crelan) werd zondag wereldkampioen bij de junioren, maar de alleskunner kan zoveel meer. Schrijf zijn naam nu maar al ergens op.
Sensatie
Wie de voorbeschouwing voor het WK bij de junioren heeft gemaakt, zal zich nu wel even achter de oren krabben. De Zwitser won dit jaar wel in eigen land en ook een keertje in Luxemburg, maar bij de allerbesten had hij het lastig. Een 10e plaats op het EK op de Vam-berg is goed, maar daarmee word je geen topfavoriet voor het WK. En in de Wereldbekers eindigde hij nooit dichter dan een 9e plaats in Dendermonde, op bijna 3 minuten van de winnaar.
En toch hadden we hem mogen verwachten op het WK. Op andere terreinen is de Zwitser immers een ware sensatie. Hij beschikt dus duidelijk over de inhoud en de motor. Op een bijzonder snel parcours in de VS kon hij vervolgens al zijn kracht kwijt en zijn mindere techniek was dan weer geen struikelblok. Toen het trio gingen sprinten, was voor Christen het moeilijkste al achter de rug.
Internationale ereplaatsen
Het is moeilijk te achterhalen waar Christen voor het eerst indruk maakte, maar het is duidelijk dat hij al minstens sinds 2018 gepassioneerd op de fiets zit. In de winter van 2019 won hij een aantal Zwitserse crossen bij de nieuwelingen en ook in 2020 draaide hij een goede winter. Het is duidelijk dat hij graag het veld induikt, dit jaar startte hij 2 dagen na het WK op de weg bij de junioren al in de veldrit van Illnau, dan ben je een fanatiek crosser.
Zijn 1e jaar bij de junioren op de weg was op dat moment al een succes geweest. Hij was immers kampioen geworden van zijn land in het tijdrijden – veldrijders zijn heel vaak goede tijdrijders – en hij had de openingsetappe van de hoog aangeschreven Valromey Tour gewonnen. Op het EK werd hij 6e in de wegrit) en 12e in de tijdrit. En in de GP Rüebliland, nog zo’n internationale wedstrijd met een enorm palmares, eindigde hij als 8e in het eindklassement. Met een 7e plaats op het WK tijdrijden werd een prima campagne afgesloten.
Overal kampioen
Momenteel is Jan Christen Zwitsers kampioen op 4 terreinen. Naast het veldrijden en de weg floreert hij immers ook nog eens op de piste (in Gent maakte hij al indruk op de baan) en in het mountainbike. Het is duidelijk dat hij zich momenteel in een speeltuin bevindt en van discipline naar discipline schakelt zonder noemenswaardige aanpassingsproblemen.
IKO-Crelan en het WAC Team hadden door dat Christen een ruwe diamant is, maar helaas kunnen ze hem niet langer houden. Christen werd immers ook opgemerkt door UAE. Tadej Pogacar is immers in 2020 begonnen met zijn Pogi Team, een jongerenploeg die kansen biedt aan renners vanaf 13 tot en met 19 jaar. Zo kwam het dat Christen al mee op trainingskamp kon met de bende en hij een pre-contract tekende bij de formatie van de Sloveense Tourwinnaar. Die feliciteerde zijn poulain ook meteen na de wereldtitel. Pogacar is niet alleen goud op de fiets, hij heeft ook nog eens een kennersoog.
En het veldrijden? Christen is nu wel wereldkampioen en zal deze liefde wellicht nog niet meteen opgeven, maar de kans lijkt eerder klein dat hij er een prioriteit van maakt. In het beste geval volgt hij het voorbeeld van Tom Pidcock en Mathieu van der Poel en blijft hij alle disciplines netjes combineren. Helaas kan het ook zoals Ben Tulett, die 2 keer op een rij wereldkampioen werd bij de junioren maar vandaag totaal niet meer in het veldrijden is terug te zien. Al zit er ook een vleugje Van Aert in de mogelijkheden van Jan Christen, want dat tijdrijden gaat hem eveneens goed af. Kortom, de wereld ligt aan zijn voeten. Wie zondagavond naar zijn wedstrijd gekeken heeft, zal waarschijnlijk het begin van iets heel speciaals hebben gezien.