Wielrensters met een topsportstatuut bij Defensie. Je ziet ze niet vaak. Kaat Hannes is dan ook de uitzondering die de regel bevestigt. De 24-jarige Herentalse kroonde zich in 2014 tot Belgisch kampioen bij de militairen. In datzelfde jaar greep ze de nationale driekleur op de mountainbike. Twee seizoenen later is Hannes een vaste kracht binnen het ijzersterke Lensworld-Zannata-Etixx en richt de militaire in spe haar pijlen op het aanstaande BK.
Kaat, hoe ben je in het wielrennen terechtgekomen?
“Mijn vader en mijn broer, die beiden koersten, staken mij aan met het wielervirus. Vandaar dat ik op jonge leeftijd – ik denk dat ik een jaar of 11 moet geweest zijn – ben beginnen koersen. Tot en met mijn juniorentijd koerste ik voornamelijk bij de jongens. Daar heb ik nooit moeite mee gehad, ik voelde me er goed bij. Het rijden bij de jongens heeft zeker in de jeugd een positief effect gehad. Dat was duidelijk te merken.”
Had je vanaf het begin de wind in de rug? Want meisjes die koersen….
“Dat viel goed mee. In het begin kon ik nog wel enkele koersen winnen, maar met de jaren nam dat af. De jongens werden sterker, waardoor het verschil met de meisjes groter werd.”
Wanneer werd wielrennen serieus voor jou?
“Als 2e- of 3e jaars elite, toen ik fulltime profwielrenster werd. Dat ik van koersen mijn beroep heb kunnen maken, heb ik te danken aan het topsportstatuut dat ik bij Defensie heb gekregen. De kans dat ik na mijn professionele carrière bij Defensie aan de slag ga, is dan ook aanzienlijk. Ik denk niet dat ik in het wielrennen blijf.”
Wat zijn je hoogtepunten?
“Hoewel ik een paar mooie uitslagen bij de elite heb neergezet, heb ik vooral in de jeugdreeksen het best gepresteerd. Zo denk ik graag terug aan het Europees Kampioenschap voor beloften in 2012. Ikzelf eindigde als 7e, maar als België zijnde wonnen we goud met Evelyn Arys. Dat blijft natuurlijk een mooie herinnering.”
Zijn grote kampioenschappen speciale uitdagingen voor jou?
“Absoluut. Mijn focus ligt vooral op het komende BK in Les Lacs de l’Eau d’Heure. Maar natuurlijk hoop ik ook geselecteerd te worden voor het WK, dat ik dan in dienst van onze kopvrouw zal rijden.”
Waar droom je van als wielrenster?
“Om enkele mooie uitslagen bij elkaar te fietsen, om zodoende dichter bij de top van het vrouwenwielrennen te komen. Ik hoef niet per se altijd te winnen.” (lacht)
Wanneer zal jij je carrière geslaagd kunnen noemen?
“Als ik alles eruit heb gehaald wat erin zit. Ik ga daar sowieso zo hard mogelijk mijn best voor doen. Als het dan uiteindelijk niet lukt, hoef ik daar geen spijt over te hebben.”
Bedankt en veel succes, Kaat!