Het was schrikken toen het nieuws van de dood van Serge Baguet werd gedeeld. Dat de minzame renner een slepende ziekte had, was geweten. Maar hij hield er de moed in en gaf de laatste keer dat ik iets van hem hoorde ook aan dat het de goede kant uitging. En nu dit… Stil zijn en terugdenken aan wie hij was voor en in het peloton.
Een schone mens, Serge Baguet. Een renner waar je als supporter niets kon tegen hebben. Een harde werker, noest en eerlijk in woord en daad. Een knecht vooral, die tegelijkertijd het keurslijf van het knechtendom ook van zich kon afschudden. Hij had het echt wel in de benen: het kopmanschap woog net te zwaar voor hem, maar een rol als pure waterdrager in dienst van de leider was ook niet aan hem besteed. Hij zwom er zo wat tussendoor, maakte geregeld kans op een overwinning maar botste al te vaak op een net iets sterkere opponent.
‘Duud’ doen
Serge Baguet gaf mij altijd – gek misschien – een weemoedig gevoel. Waarom? Het is moeilijk uit te leggen. Het lag vooral aan zijn profiel als renner. Een doodeerlijke mens die zijn graantje wou meepikken in het snoeiharde peloton. Je gunde het hem zo hard als hij in aanmerking kwam voor een vette prijs, net omdat hij bijna nooit in aanmerking kwam. Zoals die spurt tegen Wilfried Nelissen op het BK voor nieuwelingen. Een millimetersprint, een kwak links, een duistere finishfoto, een herkansing in de sprint tegen een ondertussen uitgeruste springveer als Nelissen en na dat alles… de 2e plaats. Dat paste – in mijn beleving – bij het profiel van Baguet. Het mocht net niet lukken…
Baguet gaf er een tijdje de brui aan en ging als dakwerker aan de slag. Gewoon, een nobel vak, dakwerker. Jef Braeckevelt haalde hem Peter Koelewijn-gewijs van zijn dak en praatte hem een 2e carrière als wielrenner aan. En toen klaarde de hemel helemaal open, alsof de dakwerker vanop zijn hooggeplaatste positie zelf de hemel had opengespleten. In de Tour van 2001 verkocht hij de Italiaanse wieltjeszuiger Lelli een lel in een sprint met 3 en hij legde zijn concurrenten aan de rekker. Het interview achteraf was goddelijk. Een huilende Baguet kon amper bevatten wat hem overkwam. In alle emotie verklaarde hij dat hij Lellie ‘duud’ zou gedaan hebben als hij gewonnen had. Tekenend voor Baguet: natuurlijk meende hij dat niet letterlijk. Het symboliseerde gewoon de simpele eerlijkheid waarmee Baguet naar het leven keek: “Loon naar werken… en ik heb ervoor gewerkt. Punt!”
Grinta en karakter
Een andere triomf volgde nog in 2005, toen hij het BK won. Ironisch genoeg gebeurde dat op nagenoeg dezelfde wijze als het verloren BK tegen Nelissen, maar deze keer won Baguet wél. Opnieuw een millimetersprint tussen twee uitgemergelde renners – Baguet en Kevin Van Impe, een kwak van vermoeidheid en haast per ongeluk duwde Baguet zijn wiel als 1e over de meet. Schitterend voor hem, maar zelfs deze overwinning was zo typisch voor Serge Baguet. Niet met de vingers in de neus… Neen, er moest geknokt worden tot de laatste centimeter om dat ene gouden graantje te kunnen meepikken. En deugd dat het deed!
En nu… Veel te vroeg zit de 47-jarige renner in de hemel die hij voor zichzelf had geopend. De dakwerker zit op het grootste dak van de wereld en kijkt toe wat zijn opvolgers ervan bakken. Als ze de grinta, vista en het karakter van Baguet hebben geërfd, dan komen ze er wel.
Serge, het ga je goed!
Fotomateriaal: YouTube