Als je het over de waarde en het belang van de tricoloretrui moet hebben, dan schuilt er al heel veel achter deze titel. De tijd is al lang voorbij dat Belgische renners die voor niet-Belgische ploegen reden, niet echt mochten doorrijden of aan wie ronduit werd gezegd dat ze in die teams niet tevreden zouden zijn met de nationale kampioenentrui omdat de eigen sponsors dan minder uit de verf komen. Nee, er wordt zondag door elke renner aan de start gereden voor wat ie waard is: De Belgische trui is hen heel wat waard en die wordt ook naar waarde geschat binnen de ploeg.
Het valt toch op dat er de jongste jaren door Stijn Devolder, Jürgen Roelandts, Tom Boonen, Philippe Gilbert, Jens Debusschere of nog andere Preben Vanheckes met trots werd rondgereden in dat truitje, dat er sommigen effectief zeiden dat het in het peloton de meest aantrekkelijke is. Kampioen zijn van jouw land staat heel mooi op een palmares en voor sommigen hoort het er gewoon bij. Net als bij een WK is er die attractie: het moet op die dag gebeuren, op dat parcours – of het jou nu ligt of niet – en je moet hopen dat je die dag in vorm bent. Er wordt deze week ook naartoe geleefd, hé. Er zijn nauwelijks nog koersen – op Halle-Ingooigem en het BK tijdrijden na, dus je kunt je er als renner perfect op voorbereiden.
Ik geniet eigenlijk iedere keer op de motor van zo’n omloop van een km of 15: draaien en keren, veel volk langs de kant van de weg, barbecue’s in de voortuin en veel vlaggen en spandoeken om te supporteren. Want voor velen is het een unieke kans om al die coureurs eens van dichtbij een uur of 6 voorbij te zien komen. Gaat dat in Antwerpen anders zijn? Ik denk het niet en er wordt nu al door heel wat volgers – om Niko Eeckhout niet te noemen – voorspeld dat het een open koers gaat worden waar het ondanks het vlakke parcours geen massaspurt zal zijn. Dat was in 2006 ook niet het geval, al speelde het slechte weer daar ook een rol. En wees maar zeker dat ze destijds bij Chocolade Jacques heel content waren met die tricolore van Niko. Zeker als je die podiumfoto ziet, met op 2 Philippe Gilbert en op 3 Tom Boonen. Eeckhout heeft nog andere stoten uitgehaald, maar als je hem nu die foto toont, glimt ie nog van gelukzaligheid!
En de teams met veel renners maken er ook heel graag een afvallingskoers van om op het einde hun sterke manschappen naar voren te sturen. Of om zeker aanwezig te zijn in de vlucht(en). Want wees maar zeker, na al dat bochtenwerk, misschien de wind en die 14 keer over een dubbele kasseistrook: dat gaat in de koude kleren kruipen. Er zal een sterke renner Gilbert opvolgen – als hij het al zelf niet is, zo 1 week voor de Tour en met een ritzege in de Ronde van Zwitserland op zak. En ze zullen bij BMC zeker ook niet treuren mocht Greg Van Avermaet winnen – hij heeft niet veel ploegmaats, da’s waar, maar moet dat?
Noteer ook maar dat Wout Van Aert of andere veldrijders lang zullen meegaan, want dat optrekken na bochten is een cyclocross-onderdeel dat zij onder de knie hebben. Voor die ploegen is die trui misschien niet de eerste optie, want we gaan de crossers straks niet vaak meer zien op de weg. En wat met de spurters, want toch geen hellingen onderweg en een grote kans voor hen? Ja, maar … zomaar met een treintje naar de streep rijden, dat zal er allicht niet bij zijn. Dus heren Debusschere, Dupont, Jans, Van Lerberge en Dehaes: jullie hebben wel ploegmaats – soupeer ze dan niet te snel op. En heren Planckaert, Theuns en Van Asbroek: kruip maar ergens in de wielen want jullie – weinige – ploegmaats gaan de koers niet dragen of controleren.
Het wordt zondag sowieso weer een nerveuze bedoening, want opnieuw voelen velen zich geroepen en dat maakt er altijd een niet te voorspellen wedstrijd van. Er kan er maar 1 winnen en die uitverkorene zal maar wat graag op het hoogste schavotje gaan staan. Ploegen hebben er allicht zelfs een bonus voor over, want zeg nu zelf: als je een helikopterbeeld ziet van een peloton, welk trui valt er dan meest op? Welaan, dan!