Hij had de hoop om prof te worden bijna opgegeven, toen hij op zijn 25e alsnog en voorstel in de bus kreeg van Cibel-Cebon. Zijn 2e jaar begon met veel vallen en opstaan, maar nu heeft Robby Cobbaert toch die mooie overwinning beet. In de sprint klopte hij afgelopen weekend al zijn tegenstanders in Dwars door de Vlaamse Ardennen. Het begin van….?
Wat de grote koersen betreft zien we veel DNF’s achter je naam. Om welke redenen?
Robby Cobbaert: “Ondanks een uitstekende winter en duidelijk betere waarden op testen en trainingen sukkelde ik sinds het seizoenbegin met een pijnlijke rug. De doorbloeding van de rug naar de benen toe liep niet goed, waardoor de benen sneller vol liepen en ook de rugspieren te veel moesten opvangen, met overbelasting tot gevolg. Dat heeft toch aangesleept tot bijna eind april, waardoor ik de 1e anderhalve maand van het seizoen regelmatig moest opgeven, of zelfs eens een weekend moest overslaan. Daardoor kon ik ook tijdens de week mijn geplande trainingen niet altijd even optimaal uitvoeren en dan hink je na een tijdje toch wat achterop ten opzichte van de anderen. Toch heb ik in die periode altijd geprobeerd mijn deel van het werk te doen voor de ploeg, ook al was ik niet 100% fit en had dat een DNF tot gevolg.”
“Als je teamgenoten dan enkele schitterende resultaten bij elkaar rijden, geeft dat heel veel voldoening en is een verre uitslag voor jezelf toch minder belangrijk. Het ploegbelang gaat voorop. Daarnaast wist ik dat dit werk voor mijn ploegmaats mezelf ook sterker zou maken om terug sneller op niveau te komen. Eind april – toen ik volledig verlost was na de juiste aanpassingen – voelde ik duidelijk het verschil. In de 5-daagse rittenkoers Flèche du Sud in Luxemburg begin mei behaalde ik voor het eerst een hoopgevend resultaat, nadat ik na een lastige etappe 3e werd in de 3e rit. Met de ploeg knapten we de dagen erna het werk op om de eindzege van Gianni Marchand en de podiumplaats van Jimmy Janssens veilig te stellen.”
Je kwam pas laat écht in actie…
Robby Cobbaert: “Ik stond inderdaad pas half maart aan de start van mijn 1e UCI-wedstrijden dit seizoen. In het begin van het seizoen reden we een enkel programma met de ploeg. Met de rest van de ploeg reden we vanaf begin maart ook enkele interclubwedstrijden en de profkoers in Wanzele. Zo hadden we allemaal genoeg koersritme voor wanneer de wedstrijden zich sneller zouden gaan opvolgen.”
Hoe groot is dan de voldoening om in te winnen?
Robby Cobbaert: “De voldoening was immens, zeker gezien de omstandigheden waardoor ik mijn seizoenbegin de mist in zag gaan. Zoals ik al eerder zei begon ik vanaf mei eindelijk mijn beste niveau te halen en werd ik wedstrijd na wedstrijd beter. Eind mei won ik dan de interclub GP Etienne De Wilde in Laarne en dan doe je toch direct nog wat extra vertrouwen op. Daarna stond eigenlijk alles in het teken van deze maand juni. Ik ben Dwars door de Vlaamse Ardennen 2 maal gaan verkennen. Ondanks dat ik regelmatig train op deze wegen wou ik exact weten wat er ons te wachten stond. Het parcours en de opeenvolging van de hellingen speelde wel in mijn voordeel, al is het altijd af te wachten op welke manier er gekoerst zou worden. Na de hellingen kwam er telkens veel volk terug, maar we reden we als ploeg de perfecte koers en hadden telkens iemand mee als er een ontsnapping kwam. We namen onze verantwoordelijkheid wanneer het nodig was.”
“Toen we met een vrij grote groep de plaatselijke ronden opdraaiden, spraken we af dat ik vol mijn kans mocht gaan als er een sprint zou komen. Ik kon op de steun van mijn ploegmaats rekenen en kan hen niet genoeg bedanken voor het vertrouwen. Ik ben fier dat ik deze zege voor de ploeg en mezelf heb kunnen behalen. De sfeer in de ploeg is super, de resultaten van gans de ploeg zijn daar het mooiste bewijs van. Iedereen gaat voor elkaar door het vuur en daardoor groeit iedereen naar een hoger niveau. We offeren ons voor elkaar op, zodat we als ploeg een zo goed mogelijk resultaat kunnen behalen. De ene week wint er iemand en de week erna rijdt hij zich de ziel uit het lijf voor iemand anders, dat is het mooie aan deze groep vrienden. En zo proberen we ook onze sponsor zoveel mogelijk in beeld te brengen.”
Het is pas je 2e seizoen als prof. In welke mate is je leven sinds je overgang naar Cibel-Cebon veranderd?
Robby Cobbaert: “Eens je op dit niveau geraakt, zijn er sowieso dingen die veranderen in je leven. Ik ben halftijds gaan werken. Ik ben nog professioneler gaan werken en leef nog meer voor mijn sport leven. Mijn trainingen moeten naar een hoger niveau. Details en procentjes kunnen een groot verschil maken. Je leert ook echt als team koersen, want alleen kom je niet ver tegen de sterke teams. Vorig seizoen heb ik voor het eerst echt die UCI-koersen leren kennen en dat was toch wel aanpassen aan het niveau en de manier van koersen. Al voelde ik deze winter wel dat het vorige seizoen me als renner sterker had gemaakt. Daardoor kan ik nu ook de zwaardere trainingen aan en ben ik als renner completer geworden.”
Wat deed je voordien in combinatie met het wielrennen? En wil je die draad na je carrière terug oppakken?
Robby Cobbaert: “Voordien werkte ik voltijds. Nu ik een deeltijds profcontract heb, werk ik als mecanicien nog steeds 3 dagen per week bij Fietsen Fieles in Zwalm. Ik ben die mensen dan ook heel dankbaar dat ze hierin zo meeleven en me alle kansen geven om deze 2 dingen zo optimaal mogelijk te combineren. De drukke periodes van het wielrennen en een fietsenzaak vallen samen, waardoor ze toch zelf ook heel wat opofferingen moeten doen. Ik doe deze job al een aantal jaar, dus ik denk dat ik dit na mijn carrière wel weer voltijds zal opnemen. Fietsen zal sowieso altijd een deel van mijn leven zijn.”
Prof op je 25, was dat net op tijd?
Robby Cobbaert: “Ik had de hoop en de droom eigenlijk al wat opgegeven, ook al bleef ik mijn best doen om zo goed mogelijk te presteren. Toen Cibel en Gaspard Van Peteghem met het voorstel kwamen heb ik natuurlijk geen seconde getwijfeld. Zonder deze ploeg stond ik niet waar ik nu sta. Ik ben blij dat ik met mijn zege iets heb kunnen terug doen voor de kans die ze mij vorig jaar gegeven hebben.”
Hoeveel rek zit er nog op Robby Cobbaert?
Robby Cobbaert: “Ik denk wel dat er nog rek op zit, want ik heb tot mijn 23e in het cyclocross gezeten en nam de weg erbij als voorbereiding. Toen ik in de cross geen toekomstmogelijkheden meer zag om door te groeien, heb ik de keuze gemaakt om me als elite zonder contract op de weg te gaan toeleggen. Stap per stap ben ik van ploeg naar ploeg gegroeid en elk jaar deed ik meer en meer ervaring op door het betere programma dat ik kon afwerken.
Mits ik ook een deeltijdse job heb, zit er zeker nog progressie op. Meer trainingsarbeid en meer rustmomenten tussendoor zouden mijn capaciteiten als wielrenner ongetwijfeld ten goede komen.”