Jasper Philipsen reed niet het voorjaar dat hij voor ogen had bij zijn debuut tussen de grote jongens, maar dat hij 1 van de coming men is van het Belgische wielergild staat buiten kijf. In Parijs-Roubaix kwam hij zonder persoonlijke aspiraties aan de start, maar hij moest er na de 2e bevoorrading onverbiddelijk tussenuit.
“Ik wil vooral genieten van deze nieuwe ervaring”, antwoordde Philipsen ons voor de start in Compiègne op de vraag met welke verwachtingen hij zijn 1e Parijs-Roubaix bij de,elite zou aanvatten. “Bedoeling is dat ik Alexander Kristoff (de kopman bij Team Emirates, red) zo ver mogelijk ga afzetten zodat hij zo fris mogelijk aan de finale kan beginnen. Vanaf welk punt ik echt zal moeten beginnen werken, zal wat afhangen van het koersverloop.”
Philipsen wist vooraf wel waar op en waar af in Parijs-Roubaix. Bij de juniores reed hij 2 keer top 5 en ook bij de beloften finishte hij 1 keer bij de beste 5 – op 2 deelnames by the way. “Ik verwacht niet zo’n groot verschil”, wilde hij aan het startpodium nog kwijt. “Alleen de afstand is wat groter, maar voor de rest kunnen ze mij niet te veel meer verbazen, denk ik.” Zijn eigen resultaat vond hij niet belangrijk, de performance op zich natuurlijk des te meer.
“Als ik er op de laatste strook richting Hem nog bij ben, zal ik wel tevreden kunnen zijn”, had de vorige maand 21 geworden Limburger nog meegegeven. Zo ver geraakte hij uiteindelijk niet. De 2e bevoorrading was Philipsen al rillend voorbijgekomen, laat zijn ploeg ons weten aan de bus, terwijl de renner zelf aan het douchen was. Hij voelde zich niet goed en wenste ook nadien niet naar buiten te komen. Kort na die passage verdween hij dus uit koers. Ziek of niet, dat was rond de klok van 7 nog niet duidelijk.
De Hel spaart niemand, ook geen Belgisch toptalent. Maar wedden dat hij sterker dan ooit terugkeert naar het Noorden?