Op een leeftijd van 19 jaar heeft Remco Evenepoel al getekend voor 1 van de meest succesvolle ploegen in de wereld. Na zijn wereldtitel bij de junioren maakte hij meteen de stap naar de WorldTour en rijdt hij voor Deceuninck-QuickStep. Een gesprek in aanloop naar zijn debuut in de Hammer Series, dit weekend in het Noorse Stavanger.
Velen verbaasden zich over de grote stap die je zette om na je juniorentijd meteen prof te worden. Hoe verwelkomden je nieuwe ploeggenoten jou op het 1e trainingskamp?
Remco Evenepoel: “Ik moet zeggen dat iedereen mij een een warm welkom heeft gegeven. Ze behandelden me niet anders dan de andere nieuwe renners, al hebben ze me wel degelijk getest om te zien hoe mijn niveau was. We deden wat testen tijdens de training en ik was zelfs in staat om ze een beetje pijn te doen. Dat was leuk.”
Voelde je extra druk om te laten zien dat je sterk genoeg was?
Remco Evenepoel: “Ik was zeker gemotiveerd om te laten zien dat ik tijdens het trainingskamp al in goede conditie verkeerde. Misschien dat ik daarom iets beter in vorm was dan wie tot dan nog niet zoveel getraind had. Toch dacht ik niet dat mijn niveau zo hoog zou zijn.”
Maar je maakte wel meteen indruk in de 1e koers met de ploeg…
Remco Evenepoel: “Dat klopt. Het was speciaal om zo te beginnen in Argentinië. Zeker in de tijdrit (waarin hij 3e werd, red). Toen ik in de hot seat zat, dacht ik: ‘Wow, misschien kan ik hier zelfs winnen’. Helaas veranderde de windrichting nog waardoor de late starters een groot voordeel hadden. Toch ben ik nog zeer tevreden met de podiumplaats. Dat was de eerste keer dat ik voelde dat ik op dit niveau meekan, al heb ik wel nog veel werk aan de winkel.”
In de UAE Tour beleefde je een nieuw hoogtepunt tegen toprenners…
Remco Evenepoel: “Ja, ik hoopte op een top 20 in de 1e bergetappe en werd 15e, op slechts een minuut van Valverde. Daar was ik zeer gelukkig mee. De favorieten reden vanaf het begin een heel strak tempo op de laatste beklimmingen. Zo’n tempo kan ik nog niet aan, dus ik besloot mijn eigen tempo te rijden waardoor ik langzaam terug kwam en de ene na de andere renner voorbij reed. Het was een mooie uitslag. Ik denk zelfs dat het 1 van mijn beste uitslagen van het hele seizoen zal zijn.”
Wat is de grootste verandering vergeleken met de juniorenkoersen, de snelheid niet meegerekend?
Remco Evenepoel: “Het leven van een profrenner is heel anders dan dat ik gewend was. Vorig jaar zat ik nog op school en was ik de hele dag druk bezig. Nu heb ik veel meer tijd, ik sta op, maak misschien nog een ritje voor het ontbijt, dan eet ik wat en vertrek ik voor nog een trainingsrit. Toen ik nog op school zat en ik in de middag moest trainen, was mijn dag voorbij na zo’n rit. Nu ben ik al rond 3-4 uur terug en heb ik geen verplichtingen meer. Dit zijn de momenten waarop je je rust moet pakken en moet herstellen. Dat was zeker in de 1e maanden nog wat moeilijk. Ik ben nog jong, waardoor ik nog moet wennen aan dit nieuwe leven. Ik heb in het begin dan ook nog wat fouten gemaakt door af en toe niet voldoende rust te pakken.”
Hebben je ploeggenoten je advies gegeven over hoe je om moet gaan met de nieuwe levensstijl?
Remco Evenepoel: “Ja, het advies dat het belangrijk is om een goede thuisbasis te hebben met mijn familie en goede vrienden dicht bij me te houden. Maar ook dat je niet altijd thuis moet blijven wanneer je niet hoeft te koersen. Wanneer je bijvoorbeeld terugkomt van een koers en je hebt wat dagen waarin je niet hoeft te fietsen, om dan wat leuks te gaan doen met vrienden om zo even niet te hoeven focussen op het wielrennen en het hoofd leeg te maken. Dat is iets wat ik nog moet leren om meer van het leven te kunnen genieten.”
Wat is dit jaar je beste moment op de fiets geweest?
Remco Evenepoel: “Dat is een goeie vraag. Mijn prestaties in Argentinië en Turkije niet meegerekend, zou ik zeggen: een dag in de UAE Tour. Die dag stond er heel veel wind en waren er waaiers. Het was echt oorlog en het peloton was in 2 gespleten. Ik werd opgehouden door een valpartij en verzeilde in de 2e waaier. Ik voelde dat het tempo niet hoog genoeg lag, dus ik demarreerde en reed naar de 1e waaier.”
“Toen ik kwam aansluiten was er weer een valpartij waar ik weer achter zat. Dit keer met Elia Viviani, met wie we die dag voor de winst gingen. Tom Dumoulin zat ook in die groep. Ik deed kopwerk voor Viviani en reed 10 minuten volle bak om zo het gat te dichten. Uiteindelijk kwamen we terug en toen het rustiger werd, kwam Dumoulin naar me toe en zei ‘Wow, je bent echt goed. Goed gedaan!’ Dat was een speciaal moment voor me, dat de winnaar van de Giro en wereldkampioen tijdrijden zoiets tegen me zei. Het was het mooiste moment van het seizoen tot nu toe.”
Wat vind je van het opzet van de Hammer Series, het kort en intensief koersen?
Remco Evenepoel: “Ik heb naar de Hammer Series gekeken op Youtube en ik bereid me voor op een oorlog. (lacht) Voor mij is het veel beter om een zware koers van 2 uur te hebben waarin er volle bak gereden wordt, dan een koers van 4 uur waar er heel rustig gereden wordt. De klimmetjes zijn misschien wat kort voor mij, maar als je die elke ronde opnieuw naar boven moet, gaat dat ook wel doorwegen. Ik denk dat deze manier van koersen mij wel ligt.”
Met jouw vastberadenheid en agressieve manier van koersen lijken de Hammer Series op jouw lijf geschreven….
Remco Evenepoel: “Daar ben ik het mee eens. Vooral de Hammer Climb past goed bij mijn manier van koersen. Het wordt een zware wedstrijd. Mijn ploeggenoten hebben me al verteld dat het 1 van de zwaarste koersen van het jaar is.”
Vind je het speciaal dat een team wint en niet een individuele renner?
Remco Evenepoel: “Zeker. Dat is eigenlijk wel het mooiste aan de Hammer Series. Als ploeggenoten hebben we elkaar nodig in deze koersen en moeten we slim zijn. Zo moet bijvoorbeeld iemand van de ploeg demarreren om punten te pakken en zich dan terug laten zakken. Dan is het aan een andere renner van ons, die dan nog fris is, om aan te vallen. Zo kunnen we onze benen een beetje sparen en gebruik maken van de sterkte van onze ploeg. Je moet als team anders denken in deze koersen. Het is een nieuwe vorm van wielrennen en dat vind ik erg leuk.”