Het nieuws raakte wat bedolven onder de exploten van Nederlandse en Belgische renners in de Tour. Een complete verrassing was het ook allerminst, aangezien hij al vaker het einde van z’n wielercarrière had aangekondigd. Op je 38e je racefiets aan de wilgen hangen, is eigenlijk heel gewoon. Niet iedereen is Alejandro Valverde.
Maar Laurens ten Dam is allesbehalve heel gewoon. Wellicht kennen de meeste mensen hem van z’n talloze en indrukwekkende crashes. Niemand smakte zo vaak en gretig tegen het asfalt als Laurens ten Dam. Op beeldmateriaal van Ten Dam zijn opmerkelijk vaak bloed, verband en wonden te zien. Vorige week ging hij nog eens tegen de vlakte in de Ronde van Oostenrijk. Was dat de valpartij te veel? Wie zal het zeggen?
Ten Dam trok ongelukken aan als geen ander. Zo werd hij ooit geraakt door een rondvliegend dranghek in de Vuelta, wat hem een scheur in z’n bekken bezorgde. In datzelfde jaar brak hij 2 rugwervels en z’n pols in een afdaling en werd hij kort nadien aangereden door een auto. Overstekende katten, een hoogbejaarde autobestuurder met een houten been,.… Het leek soms alsof alles en iedereen het op Laurens gemunt had.
Toch verdient Laurens ten Dam veel beter dan het etiket van brokkenpiloot. Z’n cv is een hele boterham: een diploma bedrijfseconomie op zak, hoofdredacteur van een online wielermagazine, CEO van z’n eigen bedrijf dat MBT-tochten organiseert, een master in coaching van het Johan Cruyff Instituut en maker van z’n eigen podcast ‘Live Slow Ride Fast’, een naam die hem typeert als geen andere.
De man die zowat elk botje in z’n pezige lijf minstens een keer heeft gebroken, is bovendien een bovenmenselijke bikkel. In de Tour van 2011 crashte hij snoeihard in de afdaling van de Col d’Agnès. Met 8 hechtingen in z’n taaie kop en ingebakerd als een mummie reed hij verder. Het leverde onwaarschijnlijke foto’s op.
In de Tour van 2015 schoot z’n schouder uit de kom tijdens een zware val in het peloton. “Abandon Ten Dam”, verspreidde de Tourorganisatie, terwijl Laurens zich liet verzorgen in de ambulance. Wisten zij veel dat opgeven niet tot het vocabularium van Laurens ten Dam behoort. Hij stapte gewoon weer op z’n fiets en reed verder. Die avond moest hij door z’n ploegmaats gevoederd worden.
Cultheld
Die buitenissige taaiheid leverde hem veel bewonderaars op. Maar het hoogtepunt van z’n populariteit kwam er in 2014, toen Laurens en Bauke Mollema vriend en vijand verbaasden door op 6 juli als 4e en 5e (en voor Alberto Contador) aan te komen op een loodzware col, en door dat exploot de 4e en 5e plek in het klassement innamen. De Nederlandse wielerfans werden gek. Laurens zou uiteindelijk als 13e eindigen. In 2014 haalde hij zelfs de top 10 door als 9e te finishen.
Andere redenen voor zijn status als cultheld zijn z’n eigenzinnigheid, z’n onverzettelijkheid en de openheid die hij vertoonde in de strijd tegen doping. In 2013 schreef Ten Dam een boek over zijn carrière als wielrenner. In dat boek getuigt hij over de schaamte en de verwarring die een renner met liefde voor zijn vak voelt in dopingtijden, en vertelt hij even openhartig over z’n trainingsschema’s en bloedwaarden als hij z’n ongezouten mening geeft over collega’s en sportjournalisten.
Santa Cruz
Toen Ten Dam in 2015 in Californië ging wonen en trainen – bij Giant-Alpecin – om enkel de grote rondes te rijden in Europa, werd daar wat smalend en neerbuigend over gedaan in en rond het peloton. De verhuis leek immers verdacht veel op een fin-de-carrière. Maar Ten Dam dacht nog niet aan stoppen. Het ging hem om tijd met z’n gezin, de zon en het buitenleven.
Santa Cruz was de gedroomde standplaats voor een man die altijd in een vintage Chevy-van rondtuft en niets liever doet dan barbecueën. In Santa Cruz raakte hij in de ban van ‘grasshoppers’ (80 km door rivieren waden en over hekken klimmen met je fiets in je nek, heuvel op, heuvel af) en lange graveltochten. Zijn motto ‘Live Slow, Ride Fast’ was en is hem op het geblutste lijf geschreven.
Dat Laurens Ten Dam stopt met fietsen is jammer, maar onvermijdelijk. Toch heb ik zo’n vermoeden dat we hem weldra terugzien als coach of ploegleider. Iets om naar uit te kijken.