Straffe toebak afgelopen zondag in de MerXem Classic, de voorlaatste manche van de Lotto Cycling Cup. De wedstrijd eindigde op een massasprint en daarin trok Lotte Kopecky aan het langste eind. In haar zog finishte ene Charlotte Kool, 2e jaars belofte bij het Nederlandse clubteam Jan van Arckel, vóór een wereldtopper als Coryn Rivera….
Charlotte Kool mag dan al ettelijke jaren koersen, ze combineerde het lang met schaatsen. “Ik heb als kind op hoog niveau geschaatst”, vertelt Kool. “Nadat ik als 1e jaars juniore in de 2e etappe van de Energiewacht Tour in Duitsland naar de 2e plaats sprintte achter een fenomeen als Lorena Wiebes, heb ik daar een punt achter gezet en voluit voor een carrière op de fiets gekozen. Als juniore heb ik wel vaker laten zien over een paar snelle benen te beschikken. Ook mijn 2e jaar bij de junioren was behoorlijk succesvol, waardoor ik mijn debuut in de beloftencategorie kon maken bij Jan van Arckel.”
Dat haar prestatie in de MerXm Clssic als een verrassing wordt anazien, kan ze best begrijpen. “Ik heb mij nog niet echt laten zien in België en zelfs in Nederland heb ik zo’n stoot nog niet kunnen uithalen”, bekent Kool. “Hoewel ik vorig seizoen aan het einde wel goede resultaten heb geleverd, was daar zo’n uitschieter als die in Merksem nog niet bij. Dat ik ook Coryn Rivera zou kunnen kloppen in een sprint had ik natuurlijk ook nog niet verwacht.”
Van haar progressie is Kool minder verrast. “Ik voelde mij de afgelopen weken erg sterk, maar ik had vooral erg veel pech”, vindt ze. “Vorige week in de Erondegemse Pijl bijvoorbeeld zat ik erg goed gepositioneerd in de laatste bocht, maar toen werd ik in de hekken gereden. In Merksem zat gewoon alles een keer mee. Het is ongelofelijk mooi maar ook wel een beetje bizar dat dat dan plots tot een 2e plaats leidt.”
Als belofte bij een clubteam krijgt Kool nog niet vaak de kans om grote koersen te betwisten. Dat vindt ze wel een beetje jammer. “Ik ben nog heel jong en moet nog veel ervaring opdoen. Die heb ik inderdaad nog niet in zo’n grote wedstrijden. Sprinten en manoeuvreren in het peloton kan ik best wel goed, maar er zijn ook werkpunten voor mij de komende maanden en jaren. Enerzijds wil ik mezelf ontwikkelen als een renster voor de zwaardere wedstrijden en anderzijds wil ik ook graag meer tijd en energie steken in het tijdrijden.”
De ambities van Charlotte Kool uit Kortenhoef – bij Hilversum – zijn niet min. ” Mijn ambities om hogerop te gaan zijn heel groot”, zegt de studente Bouwtechnische bedrijfskunde aan de Hogeschool van Amsterdam. “Ik vind het wielrennen het leukste wat er is en zou heel graag richting de toekomst beroepsrenster willen worden en grote wedstrijden willen winnen. Gelukkig heb ik nog alle tijd en daarom probeer ik nu nog mijn studie te combineren met de koers.”