Naast de Italiaanse Alpen heeft Italië nog wel enkele fietsparadijzen. 1 daarvan is de streek rond Cesenatico, het geboortedorp van Marco Pantani. Wie de streek wil leren kennen, moet zeker deze passages op zijn bucket list zetten!
Monte Barbotto – piek tot 18% in slotkilometer
De Monte Barbotto is de moeilijkste en meest fantastische uitdaging van de mythische Granfondo Nove Colli, de oudste granfndo ter wereld en 1 van de meest populaire in Italië. De klim is in totaal 5,5 km lang en heeft een gemiddeld stijgingspercentage van 6,9%. Er valt een hoogteverschil van 372m te overwinnen.
Vertrekkend vanuit Cesenatico richting de voet van de Barbotto – in de gemeente Mercato Saraceno – zijn er 43 km lekker op te warmen voor wat komen gaat. Maar het is beter om je niet te veel te laten meeslepen door enthousiasme. Hoewel de klim niet extreem lang is, begint die de 1e 300 meter met een stijging van 9 à 10%. Probeer het omringende landschap te bewonderen met de glooiende heuvels, rijk aan landbouwgrond en prachtige vegetatie, voordat de weg omhoog begint te lopen.
Een 39×25 wordt aanbevolen om niet zonder energie in de benen te zitten voor de beruchte en verwoestende laatste km van de klim. De 1e 400 meter van die laatste km klim je aan 14% – er zijn 5 bochten in dat stuk. Uiteindelijk kom je bij een echte muur om tegen op te boksen, met een helling van 18%.
Monte Carpegna – Cippo Pantani
De Monte Carpegna staat in de regio bekend als de Piratenberg, genoemd naar de geliefde en onvergetelijke Marco Pantani, die er zijn vaste trainingsroute had. Het is hier dat Il Elefantino zijn overwinningen voorbereidde: 6 km van de stad Carpegna – 750m boven de zeespiegel – met een gemiddeld stijgingspercentage van 10%. De laatste 2 km zijn steil, ongeveer 12%, en worden de ‘Cippo’ genoemd.
Het dorp Carpegna, met iets meer dan 1.600 inwoners en een enorm landschapserfgoed, zat al 4 keer in de Giro d’Italia. Het dennenbos fluistert nog steeds de adem van de grootste klimmers. De legende luidt dat de mythe van de piraat er zweeft, maar ook die van grote kampioenen uit het verleden, zoals die van Eddy Merckx.
Eenmaal in de buurt van de Cippo-kiosk stopt de weg voor het verkeer en kan je een monument ter ere van Pantani bewonderen. Het standbeeld van Il Pirata werd gemaakt door beeldhouwer Franco Tigli om zijn heldendaden te eren. Het is de bestemming geworden van een eindeloze bedevaart van fietsers die elk jaar hulde komen brengen aan de piraat en zijn berg. Er wordt gezegd dat Pantani – in plaats van een verkenning van de etappes van de Giro of de Tour, zoals andere renners deden – graag alleen op de Carpegna reed.
Marco Pantani sprak ooit deze legendarische woorden over de Monte Carpegna. “Als ik alleen ga trainen, zit de Monte Carpegna bijna altijd in mijn rondje. Tot San Marino is er niets bijzonders, maar vanaf daar begint de schoonheid. Rustige straten, nerveus pad. Met continue ups en downs, en een paar zware pieken. De 1e is die na Montemaggio, omhoog naar San Leo. En van daar naar de Madonna di Pugliano en de volgende pas. In ongeveer 10 km ga je bijna 1.000m omhoog.”
“Dat is echter niet de meest uitdagende beklimming. Dat is die van de Monte Carpegna vanuit Caturchio. In het begin is het niet erg steil, tussen de 6 en 8%. Het moeilijkste stuk komt voorbij het dorp Carpegna. Er zijn 6 à 7 km met een gemiddeld stijgingspercentage van 10%. De laatste 2 km onder de top, op 1.360m boven zeeniveau, noemen we de Cippo en dat zijn de steilste kilometers, met 12%. In dat traject gebruik ik de 39×19/21. Natuurlijk is het geen klim zoals in de Alpen die me beroemd heeft gemaakt, maar om te trainen is de Carpegna goed genoeg voor mij.”
De ultieme uitvalsbasis om de Monte Barbotto of de Monte Carpegna te gaan beklimmen, is fietshotel Lungomare**** in Cesenatico, de geboorteplaats van wijlen Marco Pantani. Check zeker hier hun website eens. Zeer makkelijk te bereiken met de trein vanuit de luchthaven van Bologna.