Het veldrijden is zondag gestart zonder Elle Anderson. De Amerikaanse die zich de voorbije jaren opwerkte tot een vaste top 10-crossster is er eind vorig seizoen mee gekapt. Ze is intussen met haar Oostendse echtgenoot definitief teruggekeerd naar Vermont, haar heimat in de VS. Maar hoe is het zover kunnen komen?
Waarom ben je gestopt met cyclocross, Elle?
Elle Anderson: “Toen het voorbije cyclocrossseizoen in februari op zijn einde liep, voelde ik dat er iets belangrijks voor mij was veranderd. Of het nu ging om een burn-out, het verlies van de passie, frustratie door ziekte of al het bovenstaande samen, ik had niet langer meer de motivatie om te crossen. Het afgelopen jaar stopte ik met werken bij mijn deeltijdse baan bij Strava en besteedde ik al mijn tijd, aandacht en moeite aan de fiets. Ik trainde harder dan voorheen en reed de best mogelijke voorbereiding. Toen ik in november ziek werd met mono (klierkoorts), betekende dit het einde van mijn seizoen. Alles waar ik zo hard voor had gewerkt, was voor niets. Ik denk dat de teleurstelling op dit punt in mijn carrière te veel was. Ik voelde dat het tijd was voor iets nieuws.”
Waarom ben je teruggegaan naar de VS?
Elle Anderson: “Ik heb de afgelopen vijf jaar veel tijd ver weg van mijn familie doorgebracht, vooral de laatste 2 jaar, toen ik bij mijn man Niels woonde. Het was echt handig voor mij om bij de familie van Niels in Oostende te wonen, maar toch miste ik mijn thuis. Het was altijd ons plan om aan het einde van mijn crosscarrière dicht bij mijn familie te gaan wonen, dus het kwam gewoon eerder dan we verwacht hadden.”
Wanneer heb je die beslissing genomen en wanneer ben je effectief verhuisd?
Elle Anderson: “Er was geen exact moment dat ik plots wilde stoppen. Het was een lang proces waarin ik veel tijd doorbracht met mijn gedachten en emoties, in een poging om erachter te komen wat ik wilde in mijn leven. In die tijd, van maart tot mei van dit jaar, woonde ik bij Niels op de Canarische eilanden, in Fuerteventura, Spanje. Het was een kans voor mij om te ontsnappen aan de crossomgeving in België, om de ruimte te hebben om na te denken en om bezig te blijven met andere activiteiten zoals wandelen, snorkelen, paddleboarden en mountainbiken. Langzaamaan, in het voorjaar, realiseerde ik me dat ik niet langer de passie of de motivatie had om een toprenster in het cyclocross te zijn. In juli zijn we naar Vermont verhuisd.”
Hoe ziet je leven er nu uit?
Elle Anderson: “Het heeft even geduurd om mijn volgende stap te vinden. Ik ben erg verheugd dat ik de kans krijg om fietscoach te worden bij Killington Mountain School. Het is een kans voor mij om met de jeugd in de sport te werken en mijn kennis en ervaring met de volgende generatie te delen. Killington Mountain School is een sportacademie in Vermont met een junior raceprogramma. Het is niet zo ver weg van mijn familie en het voelt geweldig om terug te zijn in mijn thuisstaat Vermont, waar ik ben opgegroeid.”
Heb je plannen om in de toekomst België te bezoeken?
Elle Anderson: “Uiteindelijk wil ik ook reizen plannen voor het Killington Mountain School wielerteam om in België te racen. En daarvoor zal ik zeker terugkeren om vrienden en familie te bezoeken.” Hoe kijk je terug op je tijd in Vlaanderen? Elle Anderson: “Ik zal nooit spijt krijgen van mijn keuze om in Vlaanderen te wonen en cyclocross op het hoogste niveau te ervaren, op de plaats waar wordt gezegd dat dit het hart van de sport is. Ik hield van elke minuut met de toeschouwers, en de modder, en de uitdagende parcours, en ja, zelfs de regen en wind. Mijn ervaring als crossster in België blijft me mijn hele leven bij. Ik ben mijn fans en de Vlamingen dankbaar dat ze me thuis deden voelen in Vlaanderen.”
Welke zaken zullen je het langst bijblijven?
Elle Anderson: “Ik zal me mijn beste races het meest herinneren, en de momenten waarop ik blij was met mijn prestaties. Ik zal mijn favoriete wedstrijden zoals Spa-Francorchamps, Diegem, de Koppenberg, Valkenburg en Gavere onthouden. Ik zal me het gevoel herinneren dat mijn benen door de diepe modder brandden, dat ik mijn vuile trui na de cross proper maakte en de modder in mijn ogen voelde steken. De modderigste races waren altijd mijn favoriete crosses. Dat zal ik nog het meeste missen.”