De koersen in Ichtegem en Zandhoven waren vorig koersjaar voor Jochen Deweer zijn mooiste overwinningen. De 29-jarige eliterenner zonder contract uit Deerlijk maakte in 2019 liefst 10 keer het zegegebaar en wil ook dit jaar nog koersen én winnen.
Hoe blik je terug op 2019?
Jochen Deweer: “Ik mag van een schitterende en meer dan geslaagde campagne spreken. Al mijn doelstellingen had ik verwezenlijkt. Op de ploegvoorstelling begin 2019 zei ik dat ik heel tevreden zou zijn met een 7-tal overwinningen en top 3 in het eindklassement van de Beker van België. Als je achteraf ziet dat de zegeteller eindigt op 10 en ik 2e werd in dat eindklassement, dan kon ik eind oktober alleen maar een heel gelukkig man zijn. Ik onthoud vooral dat ik een heel regelmatig seizoen afwerkte. Ik stond er vanaf Gent-Staden tot en met de laatste koers, Deerlijk-Belgiek. In de zomerperiode reed ik een 4-tal zwakkere wedstrijden omdat ik niet optimaal presteer in de warmte. Die mogen dan weer snel vergeten worden.”
Welke overwinningen waren de mooiste?
Jochen Deweer: “Ik heb er 2. Met stip op 1 de interclub in Ichtegem in het najaar. Uit een kopgroep van 10 die vroeg in de wedstrijd was ontstaan, reed ik samen met twee Lotto Soudal-renners (Sander De Pestel en Belgisch U23-kampiroen Florian Vermeersch, red) weg op 20 km van het einde. Ze speelden heel vroeg het ploegenspel en begonnen om beurt te demarreren. Hun gedrag maakte me sterker. Iedere keer haalde ik 1 van de 2 terug. Uiteindelijk raakte niemand weg en gingen we zowaar sprinten met 3. Dat ik als 1e over de streep bolde en dat op de aankomstfoto zowel links als rechts 2 toekomstige profs stonden, maakte de vreugde nog intensiever. Dat ik de avond voordien met vrienden nog een leuke en late avond had én dat ik ’s morgens voor de wedstrijd nog gewerkt had van 8 tot 12 uur maakten het nog mooier.”
“Net eronder zet ik mijn straffe sprintzege in de Beker van België-manche in Zandhoven. Als ploeg controleerden we de koers van start tot finish. Iedereen deed wat er van hem verwacht werd in de wedstrijd. Mijn beste vriend én ploegmaat Ruben De Marez deed een ongelofelijke lead-out in de slotkilometer. Ik had zoiets nog nooit gezien van hem. Hij rolde de rode loper uit. Ik had maar uit zijn wiel te komen en het af te maken. De sfeer binnen de ploeg was nadien schitterend. Iedereen omhelsde iedereen. Ook de staf deelde mee in de vreugde. Dat was geen individuele overwinning maar een Dovy Keukens – FCC overwinning.”
Heb je dit jaar al gekoerst?
Jochen Deweer: “Ja, 3 wedstrijden. Ik was nog nooit zo goed aan een seizoen begonnen als in 2020. Ik had na mijn zege afgelopen jaar in Ichtegem mezelf nochtans 2 weken extra rust gegund. Hierdoor begon ik ook met wat achterstand aan de ploegtrainingen én de ploegstage in Spanje in januari en februari. Dat ik in het openingsweekend met Gent-Staden al 4e zou eindige,n was een verrassing. Ook in de interclub Brussel-Zepperen zat ik in de vroege vlucht en finaal in de beslissende ontsnapping. Ik eindigde er 15e. Mijn 3e en laatste koers was de kermiskoers in Templeuve, waar ik 3e werd.”
Hoe pak jij de coronaperiode aan?
Jochen Deweer: “Ik train 4 op 7 dagen. Dus ik neem 1 extra niet-trainingsdag ten opzichte van een normaal wielerseizoen. Ik onderhoud gewoon de conditie door 1 duurtraining af te werken per week. De 3 resterende dagen zijn korte ritjes van ongeveer anderhalf uur. Met 10 uren fietsen per week zou dat moeten volstaan.”
Had je ooit meer verwacht van je carrière als renner?
Jochen Deweer: “Ik denk dat iedere jeugdrenner zijn droom is om profwielrenner te worden. Sowieso wordt het ieder jaar moeilijker en moeilijker, want de ploegen slanken jaar na jaar af in rennersaantal. Ik had de tegenslag dat ik als 3e en 4e jaars belofte kampte met een kuitblessure. Als 3e jaars kreeg ik te maken met het compartimentssyndroom in mijn linker kuit. Dat zorgde voor een operatie en bijgevolg 2 magere jaren. Helaas ben je in België quasi afgeschreven eens je de beloftencategorie afgewerkt hebt. Ik heb nooit mijn studies verwaarloosd en heb ook nooit alles op het wielrennen gezet. Ik combineerde het, wat elke U23-renner eigenlijk zou moeten doen die verder studeert. Een diploma behalen anno 2020 is zoveel belangrijker, want de wielerwereld is zo onvoorspelbaar. Jaar na jaar moet je knokken voor je plaats.”
Je bent sales assistent bij Unilin. Hoe combineer je dat met trainen?
Jochen Deweer: “In het seizoen fiets ik 5 op 7 dagen. In de winterperiode werk ik op zaterdag en zondag een ploegtraining af. In het wielerseizoen zijn het vooral wedstrijden in het weekend. Op 2 weekdagen neem ik een rustdag. Dan resten nog 3 dagen waar ik na de werkuren afwisselend verschillende trainingen afwerk afhankelijk van de periode en het weer.”
Durf je voor 2020 nog een sportief doel uit te spreken?
Jochen Deweer: “Jazeker! Ik zie ons eind augustus de draad weer oppikken en koersen in september, oktober en november. Ik zou tevreden zijn als ikzelf 1 of hopelijk 2 keer het zegegebaar mag maken. Ik hoop ook dat mijn ploegmaats nog iets mooi realiseren. Ik weet dat velen van hen hard gewerkt hebben. We zijn een hecht team en gaan voor elkaar door het vuur.”