Kevin Hulsmans koerste tot en met 2015 vooral in dienst van een kopman en ging na zijn carrière aan de slag als ploegleider. Bij Home Solution-Soenens heeft hij een team beloften onder zijn hoede en ook thuis lopen er met zonen Senne en Ferre 2 jonge coureurs rond. Wij trokken met onze Horon-camper van Yoepie! Camperverhuur naar het Circuit van Zolder, stilaan Hulsmans’ 2e thuis, voor een uitgebreide babbel.

De voormalige luxeknecht van Tom Boonen vindt zijn draai wel als ploegleider bij een beloftenploeg. “Het is leuker werken dan bij een continentale ploeg, waar je vaak renners hebt die toch een beetje hun eigen ding willen doen”, lacht de geboren Lommelaar terwijl hij zijn zoon Ferre voorbij ziet flitsen tijdens diens training op het Zolderse autocircuit. “Beloften willen zich ook bewijzen, maar ze aanvaarden makkelijker de kennis die je hen probeert mee te geven. Daarom weet ik ook niet goed of ik zou willen doorstromen naar de profs. Wellicht zou ik het niet uitsluiten, maar ik wil wel benadrukken dat ik hier goed zit. Met jongeren werken is altijd mijn ding geweest, dat merkte ik al toen ik zelf nog koerste. Ik heb destijds als belofte ook veel opgestoken van Eric Vanderaerden. Ik vind het leuk dat ik nu zowat hetzelfde kan doen, daar amuseer ik me wel mee.”
Hulsmans heeft zelf een rijke carrière bij elkaar gekoerst. “Sommige renners vragen wel naar mijn ervaringen van vroeger, maar niet iedereen is zo open”, bekent hij. “Gilles De Wilde, die nu prof is geworden bij Sport Vlaanderen-Baloise, is bijvoorbeeld wel zo iemand. Die wil echt alles weten om er zelf het beste uit te halen. Maar bij anderen heb je soms het gevoel dat je tegen de muur praat. Die steek ik dan voor een koers een papier onder de deur van hun hotelkamer met een lijst van winnaars uit het verleden. Dan zien ze mijn naam zo wel vaak passeren. (lacht) Sommige renners reageren dan enthousiast en dat is wel leuk, maar zelf ga ik er niet mee pronken. Een hoge hoed opzetten is niet aan mij besteed. Dat is ook allemaal passé, het zijn zij nu die het moeten doen.”
Verloren jaar
De coronaperiode was ook voor Hulsmans wat aanpassen. “Ik heb vooral via telefoon en sms contact gehouden met de renners en daarnaast hebben we 2 keer een videomeeting gehouden. Maar het was niet zoals samen trainen. Dat hebben we nu terug opgestart en dan zie je meteen het enthousiasme in de ogen van die jongens. Ze kunnen mij er nu ook weer afrijden, dat vinden ze altijd plezant, hé. Qua motivatie is het wel altijd goed geweest, geen enkele renner had het moeilijk om te trainen. Gelukkig, want het is mooi weer geweest en we zijn altijd buiten mogen blijven fietsen in België. Meer moet je als jonge renner toch niet hebben?”
“Langs de andere kant vind ik dit wel een verloren jaren voor alle jonge renners. Ze hebben een hele winter getraind om goed te zijn, en dan kan je je niet bewijzen. Da’s mentaal een domper. Er mag deze zomer en in het najaar nog gekoerst worden, het voorjaar hebben ze gemist. En dan heb je mensen die zeggen dat dat niet zo erg is, dat ze nog veel kunnen inhalen. Sorry, maar ik geloof daar niet in. Je hebt als coureur die wedstrijden nodig om te kunnen groeien, om écht coureur te kunnen worden. Als je dit geen verloren jaar vindt, kan je beter uit de koers stappen.”
30.000 euro
Hulsmans zou door 2020 gewoon een dikke streep trekken. “Ik had op scoiale media geopperd voor een extra jaar in je categorie, maar in de praktijk is zoiets heel moeilijk te verwezenlijken. Voor sommige jongens kan dat echter wel cruciaal zijn. Sommige jongens hebben na hun 3e beloftenjaar bewust gekozen om nog geen prof te worden, maar die zien in hun laatste jaar beloften de U23 Road Series in het niets verdwijnen, waardoor het moeilijk wordt om zich te tonen aan de profteams. Voor hen had ik wel nog graag een kans gehad in de vorm van een extra seizoen bij de beloften. Hun toekomst hangt er toch van af, hé.”
“Maar ik heb mijn oproep vooral gelanceerd om de clubs uit de nood te helpen”, zegt Hulsmans er direct bij. “Voor clubs zou het betekenen dat ze hun kledij grotendeels kunnen behouden voor 2021, met behoud ook van de sponsors en andere partners. Want kledij voor jeugdrenners kost handenvol geld. De meeste clubs hebben verschillende categorieën en dan kom je toch al snel op 30.000 euro aan kledij. Dat zou nu verloren zijn en heel wat clubs zouden het daarom moeilijk krijgen om te kunnen blijven bestaan. Veel sponsors gaan wegvallen, denk ik, maar het zal heel moeilijk zijn om nieuwe bedrijven te vinden die hun centen in de wielerclubs gaan willen of kunnen steken. Veel clubs hebben ook al veel geld uitgegeven in het begin van het seizoen en dat zijn ze kwijt. Dat kan voor velen een lastige situatie worden.”
Talent
Er zit wel wat talent bij Home Solution-Soenens. “Wesley Vercamst zet al de stap naar de continentale opleidingsploeg Bingoal-Wallonie Bruxelles en ook Davide Bomboi is een groot talent. Rune Herregodts, die bij Lotto Soudal U23 heeft gereden, is kandidaat om Belgisch kampioen tijdrijden te worden. En op de 2e lijn acteren jongens als een Brent Van Mulders, hij heeft de kwaliteiten om prof te worden. Ook Trystan Fivé schat ik hoog in. En dan zijn er nog wat jongens die nog wat moeten rijpen maar er ook wel zullen komen.”
Tot slot, zit Hulsmans thuis met een opvolger? “Senne is nu 1e jaars junior, maar het is te vroeg om te zeggen dat hij mijn opvolger gaat worden. Hij is iets sneller dan mij op die leeftijd en hij toont ook wat trekjes van mij. Bij de nieuwelingen won hij vorig jaar 10 koersen, terwijl ik maar 7 keer won. En hij toont dezelfde gestage progressiemarge. Als papa zie ik het wel in hem, maar als ploegleider zeg ik: bewijs je maar vanaf de beloften.”
“Hij zou 1 kwaliteit moeten hebben waarin hij heel goed is”, beseft de vader. “Als je wat vanalles kunt, dan word je knecht, zoals ik. Bij Patrick Lefevere mocht ik zelf kopman worden, maar dan was het na een jaar wellicht gedaan met mij. Of ik kon 10 jaar luxeknecht zijn voor Tom Boonen – naar het voorbeeld van Fitte Peeters die dat was geweest voor Museeuw. Boonen zou ik zelf wellicht toch maar zelden zou kloppen. Ik heb dus voor het 2e gekozen en die zekerheid is goed uitgedraaid. Dus waarom zou mijn eigen zoon geen knecht mogen worden van een zeer goeie kopman? Dat mag best, maar kopman worden mag ook, hé”, besluit Hulsmans met een knipoog.