Tegen de absolute wereldtop waren de Belgische vrouwen ook op het Europees kampioenschap in Plouay niet opgewassen, maar Lotte Kopecky verzilverde een beresterke wedstrijd in een door het weer geteisterde koers toch met een zeer verdienstelijke 7e plaats.
Bondscoach Ludwig Willems hield vooraf rekening met andermaal sterke tegenstand en hoopte dat zijn Belgische vrouwen Lotte Kopecky en/of Julie van de Velde toch mee de finale zouden kunnen rijden. Met een 7e plaats van Kopecky kan iedereen tevreden zijn, zeker als je de namen voor haar bekijkt: Van Vleuten, Longho Borghini, Niewiadoma, Blaak, Cordon-Ragot en Brennauer. Stuk voor stuk vrouwen met een serieus internationaal palmares. Bovendien klopte Kopecky in de sprint nog Marianne Vos, Elena Cecchini en de uittredende Europese kampioene Amy Pieters, ook niet bepaald pannenkoeken.
Kopecky deed wat van haar verwacht werd en knokte zich op een bepaald moment terug uit een verloren positie. “Ik werd inderdaad 2 keer opgehouden en moest telkens terugkomen”, zegt ze. “De 2e keer moest ik alles toegooien en dat zorgde voor wat tijdverlies. Ik heb de aansluiting nog kunnen maken, maar het vergde een enorme inspanning om terug te komen bij de kopgroep. Vandaag had je eigenlijk de ballen nodig om zelf aan te vallen.”
Zware inspanning
Dat die aansluiting lukte, was eigenlijk al een succes op zich. “In het begin van de koers voelden mijn benen wat slap aan, maar door die inspanning te leveren, voelde ik plots toch de power. Ik heb toch wat kilometers, bijna een hele ronde, nodig gehad om te recupereren van die inspanning”, bevestigt Kopecky nog eens. “Als ze dan nog eens doortrekken op een stuk vals plat, dan doet het echt wel zeer in de benen. Maar ik voelde me best goed, tot die achtervolgende groep terugkeerde en de Nederlanders slag om slinger begonnen te demarreren. Toen wist ik wel dat het beste eraf was.”
Het was een enorm zware koers. “Je moest eigenlijk constant voorin rijden”, klinkt het. “Zeker de stukken met veel draaien en keren maakten het niet makkelijk. De steile stukken en het daaropvolgende vals plat was lastiger dan het eruit zag. Ik heb echt alles gegeven, maar ik ben zeer gelukkig dat ik het heb kunnen afmaken met een 7e plaats.”
Topvorm
Kopecky is duidelijk in topvorm. “De conditie is inderdaad heel goed”, beseft ze. “De lockdownperiode heeft me eigenlijk heel goed gedaan. Ik had al lang de weg en de piste gecombineerd en dat was alles samen toch een druk programma. De paar maanden zonder koersen hebben me bevrijd, zowel fysiek als mentaal.”
De Belgische kopvrouw maakt zich nu op voor La Course met haar werkgever Lotto Soudal. Daarna volgt de Giro d’Italia. “Ik hoop vooral dat ik mijn goeie vorm kan doortrekken naar de klassiekers in oktober”, besluit Kopecky.