Zijn EK in Plouay werd een maat voor niets, na een val aan 63,5 km/u waarbij hij op zijn hoofd terechtkwam. Maar Xandro Meurisse probeert de knop snel om te draaien en vooruit te kijken. De Waalse klassiekers worden een hoofddoel in het najaar. En anno 2021 wil hij eindelijk de stap zetten naar een WordTour-ploeg. “Mijn manager levert goed werk”, knipoogt hij.
Over zijn EK in Plouay kan Meurisse relatief kort zijn. “Ik voelde me in het begin van de koers best goed en wilde me net doortrekken op het klimmetje richting de aankomst toen we tegen de vlakte gingen. We zaten met 8 Belgen in een lijn, ik zat voorlaatste en Jasper Philipsen kwam nog achter mij. Plots kwam er een wave in het peloton en lag ik samen met Jasper tegen de grond. We konden geen kant op.”
Weer tegenslag
Meurisse reed 63,5 km/u op het moment van de val, zegt hij. “Tegen zo’n snelheid abrupt tot stilstand komen, heeft natuurlijk een serieuze impact”, beseft de renner. “Ik kwam ook op mijn hoofd terecht, dus ik voelde me toch nog even lichtjes in de kop, zoals wij dat zeggen. Ook mijn heup staat behoorlijk dik en is gehavend, want toen ik neerkwam reden ze ook nog eens in mijn rug. Ik ga vanavond (woensdag, red) naar huis en ga voor alle zekerheid nog onderzoeken laten doen. Hopelijk komt de koers in Overijse niet in het gedrang. Misschien blijkt straks dat het best is om volledig te herstellen en die koers toch te laten vallen.”
Voor de Zwevegemnaar slaat het zo weer eens tegen. “Sinds de lockdown is het elke koers iets”, grijnst Meurisse. “In de Strade Bianche werd ik gepakt door de warmte, in Sanremo tikte iemand mijn achterwiel aan op de Poggio waardoor ik uit de pedalen moest en in Lombardo reed ik lek in de voorlaatste ronde. In de Dauphiné was ik dan weer niet 100%: last van de maag, onderrug geblokkeerd en in de 3e rit werd ik bij een valpartij met Higuita in de gracht gekatapulteerd. En hier op het EK had ik de beste benen sinds de hervatting. Pijnlijk om mijn ploegmaats niet te kunnen helpen. Het zal wel eens keren, zeker?”
Honger
Meurisse won in het voorjaar al een rit en het eindklassement in de Vuelta Ciclista a la Región de Murcia (2.1), maar zijn honger is nog lang niet gestild voor dit seizoen. “En na de pech van de voorbije weken is die alleen maar groter geworden”, klinkt het. “Ik zet nu alles op de Waalse klassiekers. Met de Ronde van Luxemburg en het BK heb ik de perfecte voorbereiding om goed te zijn in Waalse Pijl, Luik, Brabantse Pijl, Amstel én Ronde van Vlaanderen. Die 2 weken wil ik top zijn, want ze kunnen mijn seizoen goedmaken. Daar ga ik nog eens 110% voor leven.”
Meurisse wil de ploeg in dit bizarre coronajaar nog iets teruggeven. “Dat is belangrijk, denk ik. En we zijn zeer goed op dreef. Aimé De Gendt was bijvoorbeeld ijzersterk in zowel Sanremo als de Bretagne Classic. De Waalse klassiekers liggen binnen mijn mogelijkheden en ik wil er zelf in mijn 4e profjaar vol voor gaan. Die druk leg ik mezelf wel op, want dat is toch nodig. Ik kijk er echt naar uit.”
Geen Tour
Dat hij er straks niet bij is in de Tour de France – omdat zijn team Circus-Wanty Gobert-Tormans niet werd uitgenodigd door organisator ASO – viel zwaar op Meurisses maag. “Klopt”, zegt hij. “Ik heb de knop toen snel weer omgedraaid, maar nu de Tour zo dichtbij komt, begint het toch weer te steken. Hier bij de nationale ploeg zie ik Greg (Van Avermaet), Oli (Naesen) en Jasper (Stuyven) naar Nice vertrekken, dan wringt het toch een beetje. Maar we hebben het noch als renner noch als ploeg in eigen handen, het is ASO die beslist. Daar moet je je bij neerleggen.”
Voor 2021 heeft Meurisse net als veel van zijn collega-renners nog geen duidelijkheid, maar we merken dat een WorldTour-ploeg heel welkom is. “Het zou voor mij vooral een hele geruststelling zijn als ik aan het begin van het seizoen zeker weet dat we dat jaar 3 grote ronden kunnen rijden. In het verleden heb ik altijd gezegd dat ik slechts naar de WorldTour wilde als ik er klaar voor was en niet om er het 5e wiel aan de wagen te zijn en het C-programma te rijden.”
Weinig woorden
“Ik ben nooit de man geweest om van de daken te schreeuwen dat ik naar de WorldTour wilde, want dat is nog een heel ander niveau”, besluit Meurisse. “Maar het moment om de stap te zetten, is gekomen. Ik heb bewezen dat ik dat waard ben. Het is nu nog wat afwachten, want mijn manager Yannick Prevost is ermee bezig. Hij weet wat ik wil en wat niet. Ik vertrouw hem volledig, hij levert al een tijdje prima werk. Wij hebben weinig woorden nodig om elkaar te verstaan, dan weet je dat het goed zit. Maar hij kan natuurlijk zelf mijn contract niet opstellen.”