Zondag staat in de Tour de France 2020 de 15e etappe van Lyon naar de Grand Colombier op het programma. Onderweg moeten de renners ook de beklimming van de Selle de Fromentel zien te overleven. Niet al te bekend, onuitgegeven in de Tour, maar niet te onderschatten. Benieuwd of Bernal hier wel kan afgeraken van Roglic.
In de 15e etappe van de Tour zal het gros van de aandacht niet onterecht uitgaan naar de slotklim naar de top van de Grand Colombier, 17,4 km klimmen aan gemiddeld 7,1%. Ook de voorafgaande Col de la Biche klinkt niet geheel onbekend in de oren bij de meeste wielervolgers. Maar wie kent de ‘Montée de la Selle de Fromentel’, net als Col de la Biche een col van 1e categorie?
De Selle de Fromentel situeert zich in de Ain en behoort tot het Jura-gebergte. De beklimming start in Artemare, een dorpje van nauwelijks 4 vierkante km en 1.000 inwoners. Selle de Fromentel is 11,6 km lang en kent een gemiddelde stijgingsgraad van 8,1%, al is dat vooral te danken aan de doenbare aanloop.
Graslanden
De klim begint in het centrum van Artemare, waar je de D904 die Culoz en Virieu-le-Grand met elkaar verbindt, verlaat voor de D31 richting Vieu en Champagne-en-Valromey. De 1e 500 meter zijn in rechte lijn, waarna er wat brede bochten komen die je toelaten wat makkelijker hoogte te winnen tot in het dorpje Don. Vervolgens draait het opnieuw rechts op de D69 richting Virieu-le-Petit en Grand Colombier. De 1e 4 km komt het niet boven de 6,3%.
Op de D69 wordt het eerst nog iets pittiger, maar dan gaat de stijgingsgraad ongeveer een km liggen, tot gemiddeld 2,7%, redelijk vals plat dus. Hier rijd je tussen de natuurlijke graslanden en de maïskolven. De aansluitende km, van net voor tot net voorbije het dorpje Munet, krijgen we een rode zone van 7%. 700 meter is het 7% en vervolgens is er nog een piekje tot 8%.
Bomen
Bij het binnenkomen van Virieu moet je wel even aandachtig zijn omdat je 2 keer opeenvolgend rechts moet draaien om op de col te blijven. Negeer de D69F richting Champagne-en-Valromey die links aanhoudt en blijf dus rechts. Dat doe je ook wanneer de weg richting Lochieu gaat. Om op de col te blijven, volg je de D120C. Het stijgingspercentage is hier tussen km 6 en 7 gematigder (5,6%), voor de laatste keer trouwens. Dan gaat het plots op een veel minder vlak wegdek een stuk de hoogte in, en flirt voor het eerst met de 9% gemiddeld. Nog voor het bereiken van km-paal 8 moet je een knikje van 11% verteren.
Vervolgens is het nog 3,6 km afzien tot de top op 1.176 meter hoogte, je komt hier niet meer onder de 11,5%, al maakt het fietsen tussen de bomen de lijdensweg net iets ‘makkelijker’. Nog voor de laatste 2,5 km aanvangt, heb je een piekpassage van eerst 13% en vervolgens 16%. Het is hier al op de trappers lopen om toch een beetje in het ritme te blijven.
Karakteristieke top
De laatste bocht naar links kondigt het zwaarste stuk aan. Het is hier rechttoe rechtaan en gaat tot 22% omhoog. De aankomst in Fromentel oogt bijzonder karakteristiek. Wie door wil klimmen naar de top van de Grand Colombier (4 km à 8%) houdt rechts aan, wie liever een stukje afdaalt, kiest voor links. Onbekend is onbemind, maar deze klim hoort eigenlijk op elke bucketlist.