Met zijn 18 jaar en 308 dagen is Cian Uijtdebroeks dit jaar de jongste renner in de WorldTour. Een leuke statistiek, al wil het niet erg veel zeggen. Bij zijn voorgangers zitten immers enkele grote namen, maar ook een aantal renners die nooit erg bekend werden. Met andere woorden: de jonge Belg verdient alle tijd.

Andy Schleck
In de beginjaren van de nieuwe eeuw waren de jongste renners in het profpeloton geen hoogvliegers. Bobbie Traksel heeft als renner en later als co-commentator wel nog enige bekendheid verworven, maar renners als Arkaitz Duran, Nico Keinath en Efrem Salvi zijn niet bepaald ver geraakt. De uitzondering op de regel is natuurlijk Andy Schleck. In het najaar van 2004 werd hij stagiair bij CSC, waar zijn oudere broer Fränk al actief was. Op zijn echte doorbraak was het toch nog even wachten. Pas toen hij in 2007 2e werd in de Giro, was hij helemaal vertrokken.
Vanaf 2009 waren de jongelingen in het peloton iets succesvoller. Al was het toch nog altijd lastig om de torenhoge verwachtingen in te lossen. Adam Blythe kwam als groot talent binnen bij Silence-Lotto, maar bleef er een eeuwige belofte. Guillaume Van Keirsbulck won in 2009 nog Parijs-Roubaix bij de junioren en draaide de zomer erna al mee bij de Quick.Step-formatie. Hij zou uiteindelijk vooral een goede knecht worden.
Wonderkinderen
De afgelopen jaren groeiden er geregeld ‘wonderkinderen’ door bij de profs. In 2014 werd Matej Mohoric bij Cannondale prof. Geen verrassing, want de Sloveen was in Valkenburg wereldkampioen geworden bij de junioren en deed dat kunststukje een jaar later over bij de beloften in Firenze. Mohoric is inmiddels een kanjer, al had hij toch enkele jaren nodig om in het profpeloton zijn weg te vinden.
Ook voor zijn opvolger Filippo Ganna duurde het wel even om de hardrijder te worden die hij vandaag is. Hij mocht eventjes proeven van het grote werk bij Lampre en zou later via UAE bij INEOS belanden. Zijn 1e overwinning volgde pas in de Tour de la Provence in 2019, 4 jaar na zijn debuut bij Lampre.
Geen haast
Max Kanter was in 2018 al de jongste prof toen hij zowel bij Team Giant-Alpecin als bij Team Sunweb een tijdje stage mocht lopen. Sinds 2019 is hij volwaardig prof bij Sunweb, deze winter maakte hij de overgang naar Movistar. Ook bij de Duitser is het nog wachten op de grote doorbraak, al kan die wel eens voor dit jaar zijn. Vorig jaar sprintte Kanter al mooi naar 2 top 10-plaatsen in de Giro.
De laatste jaren doen de jongste renners het met wisselend succes. Remco Evenepoel had weinig aanpassing nodig, Quinn Simmons doet het ook al meteen vrij behoorlijk, terwijl Mark Donovan en Marco Brenner nog wat tijd nodig hebben. Ook Cian Uijtdebroeks toonde in zijn 1e wedstrijden in de Saudi Tour meteen potentieel, zonder al echt uitslagen te rijden. Hij krijgt bij BORA-hansgrohe sowieso alle tijd, want zijn contract loopt nog tot eind 2024. Geen haast dus!