Van dinsdag 24 tot en met zondag 29 mei 2022 neemt Intermarché-Wanty-Gobert Matériaux voor het eerst sinds 2018 weer deel aan de Tour of Norway. De Belgische WT-formatie zet vooral in op thuisrijder en voormalig winnaar Alexander Kristoff. Die lijkt sinds zijn overstap deze winter wel in een nieuwe gedaante rond te rijden.
Veel beklimmingen
De 11e editie van de Ronde van Noorwegen wordt geopend in Bergen, waar Alexander Kristoff in 2017 vicewereldkampioen werd, daags nadat Julius Johansen de regenboogtrui bij de junioren veroverde.
In de eerste 3 ritten ter hoogte van deze 2e grootste stad van het Scandinavische land moet er heel wat geklommen worden. Zowel dinsdag als donderdag wordt er na een heuvelachtige rit bergop gefinisht. De openingsrit eindigt op een muur naar Voss (2,7km aan 6,6%) en de aankomst van de 3e etappe ligt op de top van Stavsro (12,1km aan 7,6%), een steile slotklim met pieken boven de 20%. Woensdag ligt het zwaartepunt halverwege het 124 km lange parcours met een 28,5 km lange beklimming naar Dyranut (4,3%), een berghut op 1.240 meter hoogte.
De 2e helft van deze 6-daagse in het uiterste zuiden van het land wordt gekenmerkt door een heuvelachtig terrein en pittige finales op plaatselijke circuits. Vrijdag wordt de langste rit van 233 km naar Kristiansand afgesloten met een dubbele beklimming van Gimlekollen (1,4km aan 4,9%) in de laatste 15km. Daags nadien in Sandness is een 800 meter lange beklimming (10,4%) de kuitenbijter die 3 keer beklommen moet worden en op de slotdag siert een driedubbele beklimming van Grisabakken (0,6km aan 6,6%) het laatste wedstrijduur in Stavanger, de woonplaats van Alexander Kristoff.
20 minuten vliegen
Naast zijn eindzege in 2019 won Kristoff tijdens zijn 5 deelnames eveneens 8 ritten in de Ronde van Noorwegen. Onder de sportieve leiding van Aike Visbeek krijgt de voormalige Europese kampioen de Belg Laurens Huys, de Deen Julius Johansen, de Fransman Adrien Petit en de Italiaan Simone Petilli aan zijn zijde. “Ik kijk uit om met Intermarché-Wanty-Gobert voor de 6e keer aan de ronde van mijn thuisland deel te nemen”, vertelt Alexander Kristoff. “Een vliegtuigreis van 20 minuten naar Bergen, langer was ik niet onderweg naar de start van deze koers. Het is sinds mijn eindzege in 2019 dat de Tour of Norway meer naar deze noordelijke regio trekt om langere beklimmingen op te zoeken. In deze editie komen ze voor in de eerste 3 ritten, vooral de 3e etappe is erg zwaar.”
“Daar bovenop verwacht ik dat de weersomstandigheden een grote uitdaging gaan vormen. Er wordt regen en kou voorspeld en het zou wel eens kunnen sneeuwen op de beklimmingen. Toch hoop ik op een sprintkans op woensdag. Het is moeilijk in te schatten hoe het peloton de 28 km lange klim naar Dyranut gaat benutten en misschien draait het wel in ons voordeel uit.”
Goed in zijn vel
Maar bovenal kijkt Kristoff het meest uit naar het slotweekend. “De laatste 3 ritten liggen me uitstekend, het wordt mooi weer en bovendien zijn de aankomsten in Sandnes en Stavanger op een kwartiertje van bij mij thuis”, klinkt het gemotiveerd. “De finales zijn best pittig, maar zowel in Kristiansand als in Stavanger heb ik de voorbije jaren met ereplaatsen getoond dat een overwinning binnen mijn mogelijkheden ligt. Mijn grootste concurrent voor de etappezeges is wellicht Mads Pedersen, die mij vorig jaar in Jørpeland net vooraf ging voor de ritzege.”
“Ik heb echter een beter gevoel dan vorig seizoen te pakken en dat uit zich vooral in vlakke wedstrijden en in de sprint. Niet enkel op fysiek vlak voel ik een verschil, ik beschik ook over uitstekend materiaal en voel me gewoon goed in mijn vel in het team. Ons collectief succes werkt motiverend. Ik heb genoten van de overwinningen van onze andere sprinters Biniam Girmay en Gerben Thijssen en ben erg onder de indruk van Domenico Pozzovivo in de Ronde van Italië.”
