Voor ons laatste hoofdstuk van de ŠKODA Road Cycling Challenges 2022 trokken we naar Spa, waar voor de Flèche de Wallonie een startdorpje op poten werd gezet. We kozen voor het parcours van 87 km met 1.700 hoogtemeters. Dat leek even voldoende na onze onverhoopte mindere voorbereiding van de afgelopen weken. Gelukkig was onze partner ŠKODA van de partij voor een VIP-pakket mét parking aan de startboog!
Ongelukkige start
Na het vertrek in Spa krijgen we als opwarmertje al na 3 km de westkant van de Col du Rosier voorgeschoteld. We zijn nog maar net gestart aan deze beklimming wanneer de deelnemer voor ons met een zwalpende beweging op een eigenaardige manier de kant in duikt. De man blijft liggen en reageert niet, waarna we onze fiets even aan de kant zetten. Hij hapt naar adem en heeft geen polsslag meer. We beseffen meteen dat hij zwaar in de problemen zit. De hulpdiensten worden verwittigd en alle omstaanders helpen waar mogelijk bij de reanimatie in afwachting van hulp. Na 5 minuten zijn de eerste hulpverleners ter plaatse en horen we ook de helikopter van de urgentiearts. De mobiele urgentiegroep slaagt er gelukkig in om de man te stabiliseren voor transport naar het ziekenhuis. Hopelijk is het goed afgelopen.
Met een zwaar gemoed vertrekken we opnieuw. Voor een keer moeten we niet meteen naar onze laagste versnelling grijpen, aangezien deze helling gezapig start aan zeg maar vals plat. Stilletjes aan stijgt het percentage naar een nog goed doenbare 5%. Eigenlijk de ideale klim om te starten met tussendoor prachtige zichten, een voorproefje voor de rest van de wat achteraf een prachtige route blijkt te zijn.
Limousins
Ook de 2e klim, Ancienne Barrière, met een gemiddeld stijgingspercentage van 5% over bijna 5 km, loopt lekker voor onze benen, die in het algemeen toch een vlakker parcours gewoon zijn. Op de top vind je het gelijknamige café en de camping L’Ancienne Barrière. Tijdens onze 1e Ardennen-ervaring moesten we hierboven nog wat bekomen, ondertussen lijken we dit type beklimming toch beter te verteren en kunnen we boven meteen verder naar de 3e helling van de dag. We beginnen even te denken misschien nog klimster te worden, al zullen een paar hellingen verder op het parcours ons opnieuw stevig met onze voetjes op de grond zetten.
Waar in Luik-Bastenaken-Luik de Côte de Saint-Jacques niet geclassificeerd werd als helling, wordt dit nu wel degelijk als een klim aanzien. We dachten in La Doyenne nog dat het aan ons lag, maar hier wordt toch bevestigd dat deze helling, van in totaal toch ook weer bijna 5 km, wel zeker een vermelding waard is. Hier mogen we voor een 1e maal ons kleinste verzet bovenhalen en al meteen bij de voet, waar je al de steilste hellingsgraad (9%) krijgt.
Na pakweg 600 meter neemt de hellingsgraad lichtjes af en, op een paar steilere knikjes na, blijft de klim verder onder de 5%. We zijn opnieuw versteld van hoe goed we deze klim afhaspelen en kunnen volop genieten van de mooie uitzichten en dieren die we onderweg tegenkomen. De melkkoeien staan buiten te grazen en enkele jonge Limousins zien we onderling dollen op de uitgestrekte weilanden, maar we spotten ook een eekhoorn, ezels, paarden en schapen.
Parcourskennis
Bijna hebben we de 1e bevoorrading in Dairomont gemist, maar gelukkig staat er een attente meneer te zwaaien dat je niet meteen de splitsing mag volgen voor de 87 km, maar eerst 100m verder moet rijden, de hoek om, achter de kerk, om van een verfrissing te kunnen genieten. Ook hier is er zoals bij de andere cyclo’s van deze reeks een toilet specifiek voor vrouwen voorzien, wat toch echt wel geapprecieerd wordt. Met gevulde drinkbussen hervatten we vol goede moed onze tocht.
Ongeveer in de helft van het parcours, op 43 km, bevindt zich de 1e echte kuitenbijter, de Wanneranval. Gelukkig herinneren we ons de aanvang van deze helling nog van La Doyenne. We weten meteen dat we bij het links opdraaien nog net voor het begin van de echte klim niet moeten twijfelen om onmiddellijk het kleinste blad op te leggen. Enige parcourskennis heeft toch wel degelijk zijn voordelen bij dit soort ritten. Het is niet de langste klim – 1,6 km – maar wie dit niet voelt in de benen, moet een niveautje hoger schakelen. Met een gemiddeld stijgingspercentage van 9,5% en een maximum van 13,5% zijn we weer blij wanneer we op de top in Wanne aankomen. Ondanks het afzien op de klim, kunnen we boven opnieuw genieten van betoverende vergezichten.
Op tijd remmen
Aansluitend krijgen we de Thier de Coo voorgeschoteld, voor het eerst in onze bijzonder bescheiden carrière voor onze wielen. Voor ons fietsgezelschap gaat het bij het opdraaien van deze klim meteen mis. In plaats van lager te schakelen, gaat de ketting onverbiddelijk het hoogste blad op. Gelukkig kan deze fout nog tijdig recht gezet worden door rechts een vlak plateautje op te draaien, maar dit is geen ideaal begin voor de benen op deze klim van toch bijna 3 km lang en een gemiddeld stijgingspercentage van 8,5%. Het begint meteen aan een pittige 10%. De volgende kilometer blijft het stijgingspercentage schommelen tussen de 7 en 14%, waarna we de tegen dan duizelingwekkende maximale 16% mogen verteren. Op dit punt is het even twijfelen tussen omvallen, voet aan de grond zetten, of toch maar even rechtstaan op de pedalen om wat extra kracht te genereren.
Onze wilskracht geeft gelukkig de doorslag en het beest wordt wel degelijk overwonnen. Gelukkig vlakt deze klim nadien even uit, zodat de hartslag toch een paar slagen kan dalen om vervolgens opnieuw een steil knikje van 13% te verwerken. De laatste 800 meter gaan niet meer boven de 5%, maar tegen dan is het toch harken om boven te raken. De bemoedigende woorden van een mededeelnemer “Als je op tijd remt, kan je al zeker niet achteruit bollen” zorgt voor een vrolijke noot tijdens het afzien. De opeenvolging van de Wanneranval en de Thier de Coo zorgt toch opnieuw voor een lesje nederigheid.
Eenmaal boven is er opnieuw een prachtig uitzicht. Ditmaal over Stavelot, waar we na een leuke afdaling aan de welgekomen bevoorrading komen. Die ligt ditmaal niet in het centrum van het dorp zelf, maar aan een idyllisch kasteeltje dat bereikt wordt na een korte gravelpassage. Met ‘slechts’ 26 km te gaan, starten we vol goede moed aan het laatste stuk van de tocht met voor de voor ons ondertussen bekende laatste 2 hellingen.
Aangenaam gezelschap
De Haute Levée is een beklimming met een venijnige start waarbij de eerste 600 van de 3.600 meter continu rond de 11% draait. Waarschijnlijk was dit ons in Luik niet opgevallen door het grotere deelnemersveld, maar deze keer is er toch best veel verkeer in de S-bocht, waardoor het niet de meest veilige klim van het parcours blijkt. Eenmaal op het rechte stuk van de klim zakt het stijgingspercentage en is het lekker klimmen. Jammer genoeg liet ons geheugen ons wel wat in de steek. Eenmaal aan de rotonde dachten we dat we het einde bereikt hadden, maar er bleek toch nog ongeveer anderhalve km klimwerk te gaan. Gelukkig is dit meer vals plat dan echt klimmen en kunnen we zelfs nog een babbeltje doen met enkele mensen die we tijdens de tocht al een paar keer zijn tegengekomen en die telkens even goedlachs en vrolijk een begroeting gaven. Altijd leuk voor de goede spirit onderweg!
Als afsluiter werd de oostkant van de Côte de Rosier voorzien, een prachtige klim door de bossen van ongeveer 4,4 km lang. Het steilste deel van de beklimming (9%) zit hem opnieuw in het 1e deel. Ongeveer in de helft van de klim, ter hoogte van Andrimont, zit er opnieuw een steiler knikje van 7% in, waarna het gelukkig weer uitvlakt. Al is deze uitvlakkende 5% ondertussen relatief voor onze benen aangezien die nog 2 km aanhoudt. Eenmaal boven op de T-splitsing draaien we af naar rechts en zijn we dankbaar dat de laatste 10 km voornamelijk in dalende lijn zijn.
Vegetarisch worstje?
Eenmaal aangekomen aan de finish in Spa kunnen we met een dubbel gevoel terugblikken op een geslaagde rit. Deze laatste is voor ons misschien wel de mooiste, met prachtige uitzichten en mooie beklimmingen. Al dwalen onze gedachten ook onvermijdelijk af naar de onfortuinlijke man in het ziekenhuis, fingers crossed voor hem.
Stiekem zijn we toch ook wel een beetje trots op het succesvol afronden van onze 1e ritten in de Ardennen. We kunnen niet ontkennen dat het hier en daar pijn heeft gedaan, maar dit was het zeker waard; ze gaan ons hier zeker nog terugzien! Om af te sluiten kunnen we misschien een kleine tip meegeven voor de catering bij aankomst, in ons fietsgezelschap zit een vegetariër (ongetwijfeld niet de enige die deelneemt aan deze tochten), die altijd moet toekijken hoe we smakelijk onze hotdog naar binnen spelen. Misschien kan er in de toekomst ook een vegetarisch worstje voorzien worden?
Bedankt ŠKODA voor de VIP-behandeling in Luik-Bastenaken-Luik, Philippe Gilbert Classic en deze Flèche de Wallonie. Tot volgend jaar!
1 comment
Als je dit soort verhalen schrijft, zorg dan ook dat het klopt. De 4e klim van de dag was niet de Wanneranval, maar de cote de Wanne, gemiddeld wat makkelijker, maar ook met een stuk afdaling. Ook het stuk over de Thier de Coo klopt niet. Hiervan is alleen de eerste 1,3 km gereden, daarna wordt er afgedraaid, de klim vlakt dan ook niet af voor de laatste 800 meter.