Op Pinkstermaandag wordt de 74e editie van de Ronde van Limburg verreden. Het is de 2e keer dat Flanders Classics betrokken is bij de organisatie. Het parcours onderging een heuse metamorfose. Dat betekent dat er een aantal nieuwe beklimmingen op de route komen. WielerVerhaal ging alvast eens op ontdekking.
Primeur voor natuurgebied
De afgelopen jaren moesten de renners altijd over de bekende kasseien van Manshoven en Op de Kriezel. Door ingrijpende wegenwerken in Heks behoort die lus dit jaar niet meer tot de mogelijkheden. Wel nieuw is de lus langs het Nationaal Park Hoge Kempen en ook in Borgloon ontdekken we enkele nieuwe kuitenbijters.
Vertrekken doen de renners op 6 juni 2022 aan Quartier Blue in Hasselt. In de Limburgse provinciehoofdstad kunnen liefhebbers alvast een jenever komen drinken – de specialiteit van de stad – en zien ze de toppers van dichtbij. Vervolgens gaat het over brede wegen naar het Nationaal Park Hoge Kempen, een gigantisch natuurgebied dat voor het eerst een wedstrijd op bezoek krijgt. Ook onze route begint hier, meer bepaald aan recreatieoord Kikmolen in Opgrimbie, waar plaats genoeg is om rustig van start te gaan.
Duivelsberg
In Maasmechelen ligt de onheilspellend klinkende Duivelsberg. De renners nemen deze helling van 1.100 meter aan 3,5% gemiddeld en 7,2% maximum over de grote baan. Dat is voor wielertoeristen niet mogelijk, maar het alternatief is zo mogelijk zelfs beter. Het losliggende fietspad gaat immers door een prachtig stukje natuur met een weergaloos uitzicht. De Kikbeekbron bezichtigen is volgens ons een beter idee dan de toptijden aanvallen.
De renners rijden via Lanaken en Bilzen richting Zuid-Limburg, wij doen het op onze verkenning even in omgekeerde richting. Zo zijn de benen nog relatief fris om de finalelus van 25 km in Tongeren en Borgloon te verkennen. De 1e van de 4 hellingen op dit rondje is de Grootloonberg, die vorig jaar ook al in het parcours lag. Dit is een strook van 900 meter aan 4% gemiddeld en aan 6% maximum. Deze loopt eigenlijk evenwijdig met de onverharde weg richting het Doorkijkkerkje. De wind zit hier vaak slecht en het is moeilijk om een tempo te vinden op deze verraderlijke knik.
Zoals de Wijnpers
In Borgloon laat de wedstrijd de Burchtheuvel dit jaar voor wat ze is, wat voor toeristen geen slechte zaak is. Het is tijdens het jaar immers geen sinecure om deze helling te verkennen. In plaats daarvan gaat het achter de rotonde naar de nieuwe Kogelstraat. Deze ontdekking van de parcoursbouwers is 600 meter lang aan 3,8% gemiddeld en 7,3% maximum. Het is een helling die ons een klein beetje doet denken aan de Wijnpers in Leuven. In feite is het 1 rechte strook tussen de huizen, waar je op de grote plaat het verschil kunt maken.
De renners rijden even terug naar het noorden om vervolgens de Colenberg aan te vatten. Nieuw is deze helling niet helemaal, want ze zat ook in 2018 al in de omloop. Het gaat om een stukje van 1.200 meter aan 3,4% en maximum 7%, al valt dit behoorlijk tegen. De helling loopt vervelend lang door, in ruil krijg je wel een pittoresk uitzicht over Haspengouw. Niet ver hier vandaan ligt overigens ook het bekende Café Coureur, waar een pauze altijd mogelijk is.
De laatste helling op het lokale rondje is de Kolmontberg in Tongeren. 900 meter lang gaat het aan gemiddeld 4% en maximum 6%. De helling loopt quasi gelijk met de Zammelenberg, die voor heel wat toeristen net iets bekender is. De Kolmontberg is een soort S-bocht, die wat doet denken aan de gelijknamige plek in Overijse. In principe is het de laatste helling van de wedstrijd. In de koers trekken de renners dan naar de Eeuwfeestwal, maar op een gewone dag is daar behoorlijk veel verkeer. Brent Van Moer-gewijs slaan we deze over en gaan we terug naar Bilzen.
Kasseien op landcommanderij
In Bilzen doen de renners maandag 3 keer de Keiberg, 2 keer de Letenberg en trekken ze ook 2 keer over de kasseien van de Maastrichterallee. Dat wordt wel de moeite, want deze ligt op het landcommanderij van Alden Biesen. Ook daar geraak je niet altijd even gemakkelijk op, maar wie tijd heeft, moet het zeker eens proberen.
De Keiberg in Bilzen is misschien wel de allerbekendste helling in Limburg met een gemiddeld van 4,7% over 600 meter en stijgingspercentages tot 12%. Deze behoort eigenlijk in een 2-luik met de Letenberg, ook nog eens goed voor 500 meter aan gemiddeld 7% en maximum 12%. Deze combinatie zat ook vorig jaar in het parcours.
Via een stukje Albertkanaal rijden we via het Nationaal Park terug naar de start. Daarbij fietsen we overigens quasi langs ‘Fietsen door de Heide’, maar omwille van het toeristische aspect is het met de koersfiets niet altijd interessant om dat lusje erbij te nemen. In Opgrimbie aangekomen tellen we net 100 km en 700 hoogtemeters. De nieuwe hellingen zijn een leuke ontdekking en doen ons alvast reikhalzend uitkijken naar de Ronde van Limburg 2022. Het worden vast weer prachtige beelden van een mooi stukje Vlaanderen!
Download WielerVerhaal Fietsroute Ronde van Limburg 2022 – 100 km!