Wie dit jaar de junioren in het veld volgt, kan niet om Yordi Corsus (17) heen. De jongeman uit Wiekevorst behaalde al een aantal knappe overwinningen, pronkt op de 7e plek in de UCI-ranking en is nauwelijks weg te denken uit de top 5. “Rond het EK heb ik het even rustiger moeten aandoen, die frisheid kan me later in het seizoen nog flink van pas komen”, geeft hij aan.
Overwinningen aan lopende band
De tiener uit de stal van Jurgen Mettepenningen begon meteen met een overwinning aan het seizoen, in de Kleeberg Cross in het Nederlandse Mechelen. En won daarna ook de Berencross in Meulebeke, de GP Oisterwijk, de Druivencross in Overijse en de Vestingcross in Hulst. Vorig weekend was hij de beste in de Robotland Cyclocross in Essen. “Dat was zeker geen ‘walk in the park”, onderstreept hij.
“Al vroeg in de wedstrijd kon ik wegrijden met Senna Remijn”, gaat Corsus verder. “We bleven een aantal ronden samen en pas nadat ik rondenlang druk bleef zetten, kon ik een kloofje slaan. Vervolgens lukte het om hem op afstand te houden en solo naar de meet te rijden.”
De Antwerpenaar kan met dergelijke overwinningen wel spreken van een geslaagd seizoen. “Ook vorig jaar was het al goed en ik ben tevreden met de gang van zaken deze winter. Het enige minpunt was mijn valpartij in Tábor. Bij de start raakte ik een paaltje en maakte ik een flinke smak. Puur op adrenaline kon ik daar nog naar een 4e plaats rijden, maar vervolgens moest ik een weekend rust nemen omdat ik te veel last had van mijn blessures.”
Tegenvallend EK
In Namen stond Corsus dus met twijfels aan de start. “Ik moest er op de beklimmingen snel gaan zitten en had geen opperbeste dag. Daardoor viel het resultaat (28e) zwaar tegen. Ik nam nog een extra week rust en pas toen voelde ik me hersteld van die valpartij in Tábor. Dat maakt wel dat ik misschien ook nog wat frisser ben dan andere jongens.”
Terwijl de eliterenners momenteel een mooie reis door Europa maken met uitjes naar Dublin en Val di Sole zit Corsus in de Belgische vrieskou. “Hopelijk kan ik binnenkort een paar jaar met die jongens mee”, lacht hij. “Nu kies ik voor een normaal programma. De Wereldbeker is voor mij erg belangrijk, ook al heb ik door het missen van Maasmechelen nog maar weinig uitzicht op de overwinning in het eindklassement.”
Tijdens de kerstperiode zal Corsus ook geregeld aan het werk te zien zijn in de klassiekers die dan allemaal op het programma staan. “Ik wil het ritme vasthouden en op die manier ook mijn conditie behouden. Ik studeer houtbewerking en maandag en dinsdag heb ik examens. Verder kan ik mijn trainingen wel blijven doen, dus moet ik ook mijn vormpeil kunnen behouden. Natuurlijk zal ik ook wel eens aanschuiven bij de feesttafel, maar ik zal me daar wat inhouden.”
Kampioenschappen
Natuurlijk spoken de kampioenschappen ook al door het hoofd van de 2e Belg op de UCI-ranking (1 puntje na Viktor Vandenberghe). “Fayetteville vorig jaar was een serieuze tegenvaller. Ik werd er 11e en was voor meer naar de Verenigde Staten getrokken. De hele week was het er heel koud en in het weekend veranderde het plots naar warm en droog weer. Ik heb zelf last van de pollen en mogelijk kon ik door die allergie niet op mijn normale niveau presteren. Dit jaar heb ik er dus wat goed te maken.”
Wie er straks op het WK als favoriet zal starten bij de junioren is moeilijk te zeggen. Het is een generatie met renners die aan elkaar gewaagd zijn. “Dat Guus van den Eijnden – brons op het EK – het goed doet, had ik ergens wel verwacht. Vorig jaar was hij ook al een sterke renner”, aldus Corsus. “De Fransman Léo Bisiaux is voor mij dan weer een onbekende. Ik had voor dit seizoen nog nooit van hem gehoord, maar hij is erg sterk, won het EK en staat ook aan de leiding van de UCI-ranking.”
De renner uit Wiekevorst is in de 1e plaats veldrijder. Op de weg reed hij deze zomer wel eens naar een 15e plaats in Menen-Kemmel-Menen, maar zijn prioriteiten liggen elders. “Al zou ik volgend jaar toch mijn grenzen eens willen aftasten op de weg”, bekent hij. “Het valt nog af te wachten of ik daar ook succesvol kan zijn.”