Tijdens de kerstperiode zien we naar goede gewoonte ook heel wat buitenlanders in het veldritpeloton. Zo zijn de Amerikanen met een hele afvaardiging naar ons land afgezakt om hier de grote klassiekers te rijden en het ritme van de Belgische crossen gewoon te raken richting het WK. Kersvers Amerikaans kampioen Curtis White (27) is het inmiddels al gewend, want hij is er al voor de 11e keer bij: “Mijn volgende doel is om een keertje top 10 in de Wereldbeker te rijden”, geeft hij aan.
White Christmas
Grapjes over ‘a White Christmas’ zijn voor de Amerikaanse kampioen natuurlijk dagelijkse kost. “Momenteel ligt er in New York een flinke laag sneeuw, maar ik heb daar effectief een witte Kerst gemist”, legt de man van Duanesburg uit. “We kwamen immers net voor de feestdagen naar hier. Je moet veel opofferen om het te maken in het veldrijden. Toch vind ik het nog altijd een mooie ervaring en zou ik het voor geen geld van de wereld willen missen.”
Al sinds de junioren is White jaarlijks bij ons te zien. Enkel in zijn 1e jaar bij de elite sloeg hij een Belgisch tripje over. Als 2e jaars junior deed hij het bij ons overigens bijzonder goed, want in Namen werd hij knap 2e na landgenoot Logan Owen en in Loenhout volgde een nieuwe podiumplek na diezelfde Owen en winnaar Mathieu van der Poel. In eigen land hoopte hij in Louisville op een glansprestatie. Het werd toen een bemoedigende 11e plek.
Sinds de winter van 2013-2014 rijdt White in eigen land al tussen de profs en behoort hij tot de beste Amerikaanse veldrijders. Bij ons mocht hij nog bij de beloften rijden en slaagde hij er altijd wel in een aantal top 10-plaatsen te behalen. Inmiddels rijdt hij ook alweer 5 jaar bij de profs en daar is het moeilijker om zich te tonen. Op de wereldkampioenschappen doet hij het altijd wel verdienstelijk met een 21e plek in Bogense, een 18e plek in Dübendorf, een 20e plaats in Oostende en vorig jaar zelfs een knappe 12e plaats voor eigen volk in Fayetteville.
Stars and stripes
Enkele weken voor zijn afreis naar België werd White na 3 keer zilver te hebben behaald eindelijk kampioen van zijn land. In Hartford veroverde hij de Stars and Stripes ten koste van Eric Brunner. “Makkelijk was dat niet”, grijnst hij. “Eric is een sterke renner, wat hij ook bewezen heeft door eerder dit seizoen al 4e te worden in de Wereldbeker van Fayetteville. Bovendien is hij tactisch erg sterk en kan hij goed omgaan met slechte weersomstandigheden. Hopelijk kan hij dat de komende dagen ook in België tonen.”
Voor zijn prachtige Amerikaanse kampioenentrui kreeg White alvast wat complimenten van het Belgische publiek, maar hij hoopt ook met zijn prestaties op te vallen. “Mijn eerste wedstrijden zijn hier niet zo goed gegaan. We hebben veel gereisd. Eerst in Amerika om de wedstrijden daar allemaal te kunnen rijden en dan ook nog eens de lange trip naar België. Ik ben heel blij dat ik kampioen kon worden en mijn trui hier kan komen showen, maar nu hoop ik dat ik hier ook de beste versie van mezelf kan zijn.”
White werd 27e in Gavere en 32e in Zolder. “Het was ook een moeilijke combinatie. In Gavere was het een bijzonder lastige wedstrijd, terwijl we net van het vliegtuig waren gestapt. Een dag later in Zolder kregen we dan een hele snelle wedstrijd voorgeschoteld. Daarin moet je de flow meteen vinden, anders beland je achteraan. Dat is mij dus overkomen. We weten wel dat die eerste races altijd lastig zijn en daarom nemen we nu een klein beetje rust.” In Loenhout was het overigens al een pak beter, want White werd er knap 13e.
Programma richting WK
De Amerikaan sloeg dus afgelopen week Diegem over en werkt nu toe naar de veldrit in Baal. “Daarna rijd ik nog in Herentals, Gullegem en Zonhoven. Met de nationale kampioenschappen in Europa gaan we met de ploeg op stage naar Calpe. Ik rijd ook de Wereldbekermanches in Benidorm en Besançon en dan is er natuurlijk het WK.”
Hoewel White ook actief is op de weg en in de zomer wat gravelwedstrijden betwist, is hij toch in de 1e plaats veldrijder. “Op termijn wil ik me ook wel wagen aan het mountainbike. Voor mij zal het belangrijk zijn om mijn programma in de lente en de zomer te verbeteren richting het veldrijden. Jarenlang was Jonathan Page mijn mentor. Het is mijn droom om de volgende te zijn die op een dag op het WK-podium kan staan, maar ik heb nog een lange weg te gaan.”