Geen druk meer! Gerrit Delfosse, de Vlaams-Brabantse mountainbiker van vele succesvolle oorlogen, werd enkele maanden geleden 47. De inwoner van Herent doet voortaan wat hij graag doet en legt de lat niet meer zo hoog als vroeger. Behalve voor het WK Gravel dat anno 2024 in eigen streek wordt betwist. Dat WK start in Halle en maakt aankomst in de universiteitsstad Leuven.

Zege in Aachen
“Ik kijk uit naar het WK Gravel in eigen streek!” Gerrit Delfosse klinkt bijzonder enthousiast als hij het vertelt. Vorige zaterdag proefde hij van de manche van de Gravel World Series in het Duitse Aachen. Met succes! In de leeftijdscategorie 45 tot 49 jaar greep hij na 3 uur 56 minuten en 40 seconden gravelbiken de zege. Nipt voor Marx Torsten. De Duitser finishte in het zog van Delfosse.
“Achteraf heb ik z’n naam zitten googelen”, geeft Delfosse toe. “Blijkbaar is hij in het mountainbiken prof geweest. Dus niet de 1e de beste. Ik trok naar Aachen om te zien hoe zo’n internationale gravelwedstrijd in elkaar steekt. Hoe er gestart wordt? Hoe er gekoerst wordt? Hoe hard gereden wordt? Ik wilde het aan den lijve ondervinden. Ik moet zeggen dat ik het heel plezant vond. Dankzij de overwinning in mijn categorie mag ik naar het WK in Veneto eind dit jaar. Of ik die verplaatsing zal maken, weet ik nog niet.”
Delfosse liet zich voor de start niet verrassen. “Ik had bij andere renners mijn licht opgestoken”, blikt hij terug. “Om uit te vissen hoe lang je voor de start ter plaatse moet zijn om een goeie positie te hebben. In het mountainbiken moet je ook 15 tot 20 minuten voor aanvang paraat staan. Bij het gravelen is dat nog een stuk vroeger. Zowat 3 kwartier voor het startuur stond ik aan de lijn waar mijn leeftijdscategorie moest verzamelen. Als je vooraan wilt eindigen, moet je zo vroeg in de startbox gaan staan.”
Opgewarmd
Wat indruist tegen alle regels inzake opwarming. “Klopt, maar je kan niet anders”, benadrukt de pion van Mountainbiketeam Langdorp. “In Aachen was het zaterdag goed weer. Circa 15 graden en volop zon. Als het koud is, dan is dat iets anders. In Rotem werkte ik een manche van de Flanders Cup af. Daar was het slechts 3 tot 5 graden. Normaal ben ik een snelle starter, heel explosief, daar was dat niet het geval. In Aachen wel. De aanhef was vlak. Tegen dat we de 1e klim bereikten, waren we opgewarmd.”
De masters 45 tot 49 jaar startten samen met de 40- tot 44-jarigen. “Aanvankelijk was ik mee met Thijs Zonneveld (winnaar 40-45-jarigen, red) en, ik denk, een Spanjaard”, gaat Delfosse verder. “Dat duo ging te hard, ik moest hen laten rijden. Even reed ik alleen, maar aan het einde van de 1e ronde hing plots 8 tot 10 man aan mijn wiel. Vooral mannen uit de lagere leeftijdscategorie. We bleven voortdurend andere renners oprapen. Ik merkte dat in mijn groep maar 1 van mijn leeftijd zat. Een Duitser, maar plots zag ik die Marx Torsten niet meer.”
In de finale dook z’n enige concurrent toch weer op. “Op de laatste klim trok hij stevig door, daar zat ik echt tegen mijn limiet”, geeft Delfosse toe. “Op circa 1 km van de finish vroeg hij toch om over te nemen. Dit is mijn moment, dacht ik bij mezelf. Zo fors ik kon, nam ik over. Hij kwam niet meer over mij. Zo kon ik deze gravelwedstrijd winnen.”
Pittig parcours
Delfosse schakelt nu weer over naar de mountainbike. Op 29 mei 2023 rijdt hij in Genk een manche van de Nations Cup. “Dit seizoen doe ik wellicht nog Houffa Gravel”, verwijst hij naar de Belgische Wereldbekermanche van 26 augustus. “Ik leg mezelf veel minder druk op dan vroeger. Denk dat ik mag zeggen dat ik 25 jaar op hoog amateurniveau koerste. Enkel op het WK Ggravel van volgend jaar probeer ik mij zo goed mogelijk voor te bereiden.”
Hij zal onder de WK-deelnemers vermoedelijk de beste parcourskennis hebben. “Want het wereldkampioenschap gaat door op de wegen waar ik altijd train”, besluit Delfosse. “In de streek rond Overijse wordt het heel pittig. Hallerbos en Zoniënwoud worden eerder lichtlopend. De omloop zal niet te technisch zijn. Eerder iets voor mountainbikers. Dus iets voor mij.”