Dinsdag moeten de renners in de Giro klimmen naar de Monte Bondone en dan komen we automatisch uit bij Charly Gaul. De ‘Engel van het Gebergte’ zorgde hier in 1956 voor een legendarische ommekeer. In barre weersomstandigheden reed hij over een tijdspanne van 9 uur naar de overwinning en maakte hij 16 minuten goed in het klassement. Gaul won dat jaar, net als 3 jaar later, de Ronde van Italië.

83 vertrekkers, 42 finishers
De wat jongere lezers vragen zich misschien af wie Charly Gaul was. Kenners beschrijven hem als 1 van de beste klimmers die het wielrennen ooit gekend heeft en plaatsen hem in het rijtje met Federico Bahamontes en Marco Pantani, een renner die de Luxemburger op zijn oude dag zou adoreren. Logischerwijze herinnert het grote publiek hem omwille zijn eindzege in de Tour van 1958, al was het huzarenstukje dat hij opvoerde op de Monte Bondone nog van een andere grootheid.
Toen Alasdair Fotheringham een werk schreef over het leven van Bahamontes hield hij zijn adem in bij de verhalen over die epische dag. Ook toen al werd de Giro immers geteisterd door rotweer en dat was die dag niet anders. 83 renners zouden zich nog in gang trekken in Merano, 242 km later zouden amper 42 van hen aankomen. Zij trotseerden die dag niet alleen stortregen, maar ook hagelbuien en sneeuwstormen.
Voor leider Nino de Filippis was de rit ondoenbaar. Met bevroren vingers kwam hij tot stilstand en viel hij samen met zijn fiets pardoes tegen het wegdek. Bahamontes zou hetzelfde doen en gelooft niet dat er collega’s waren die zonder het gebruik van wagens de hoge toppen hadden bereikt. Hij vertelde Fotheringham dat hij met zijn landgenoot Jesus Galdeano ergens was gaan aanbellen en met de pyjama over de wielerkleren op zoek ging naar een beetje warmte.
Warm bad
Wat de Adelaar van Toledo ook mag beweren, volgens de geschiedenisboeken won Charly Gaul die dag de etappe. Na een koffiepauze en een kledingwissel reed hij op de slotklim in korte mouwtjes naar de ritzege. Zijn voorsprong was echter zodanig groot dat hij plots ook in aanmerking kwam voor het roze. Nadat hij een half uur in een warm bad had gelegen en zich amper nog iets kon herinneren van zijn laatste minuten op de fiets, werd hem verteld wat hij had gerealiseerd.
Wat er die dag allemaal precies gebeurd is, zal voor altijd een raadsel blijven. Charly Gaul zal het ook niet meer vertellen, hij overleed vlak voor zijn 73e verjaardag aan een longembolie. 2 jaar na zijn bewuste eindwinst in de Giro schreef hij ook de Tour op zijn palmares. Opnieuw deed hij dat in slecht weer in de Chartreuse. De Engel van het Gebergte was ook de koning van de regen.
Nog steeds staat de Monte Bondone bekend als de berg van Gaul. Na zijn dood werden er zelfs Granfondo’s georganiseerd ter nagedachtenis van de Engel. Op de top staat er ook een gedenkplaatje van hem, met bijhorende foto. Een prachtig aandenken voor toeristen die deze pittige beklimming – hopelijk in betere weersomstandigheden – weten te temmen.
Nieuw succes voor Luxemburg?
Wie zou zich dinsdag kunnen laten inspireren door de Luxemburgse grootheid? De meest logische keuze is misschien wel Bob Jungels. De landgenoot van Charly Gaul won vorig jaar al een lastige etappe in de Tour en zegevierde in 2017 in de Giro. Tot dusver was zijn Ronde van Italië nog geen groot succes. Dat heeft te maken met zijn voorjaar dat niet liep zoals verhoopt. Hij had eigenlijk willen scoren in de Ronde van Vlaanderen, maar kende wat probleempjes en moest zijn agenda herschikken.
Een andere naam die spontaan te binnen schiet voor dit soort etappes is die van Thibaut Pinot. De Fransman is bezig aan zijn laatste profseizoen en wil duidelijk de show stelen. Een prachtige solo op de Bondone zou in dat verhaal zeker op zijn plaats zijn. En als het een spel tussen de favorieten wordt? Dan is Eddie Dunbar misschien wel een gokje waard. De Ier rijdt een opmerkelijke Giro voor eigen rekening en lijkt met de dag beter te worden. Misschien dat ze ergens onderweg nog wel een achtergebleven renner uit 1956 tegenkomen.