Plots kwam zijn naam bovendrijven uit de modder van Merksplas. Tussen de vele bekende renners die we haast wekelijks horen vernoemen, blonk Wout Janssen (21) uit Rijkevorsel op de 16e plaats. Een knap resultaat dat de Antwerpenaar moet vooruit stuwen om zijn droom te realiseren: crossprof worden.

Merksplas
Het zou wel eens een gamechanger kunnen zijn voor Wout Janssen, dat 16e plekje in de Superprestige in Merksplas. Schijnbaar uit het niets nestelde hij zich op een zichtbare positie in de uitslag. Vóór Tom Meeusen en Daan Soete bijvoorbeeld en vlak na Thijs Aerts, Yordi Corsus en Mees Hendrikx. We kennen de voorgaande namen allemaal omwille van hun crossverleden of het feit dat ze in jongerencategorieën al opvielen. Maar dat is dus niet het geval voor Wout Janssen, die pas zaterdag 19 november 2023 de neus aan het venster stak.
“Ik ben erg tevreden met wat ik in Merksplas liet zien. Ik vond het straf dat ik het zo lang kon volhouden”, trapt de laatste jaars belofte een open deur in. “Ik reed eerst rond op plek 15 en dat klonk nog een beetje beter. Maar door een foutje in de laatste ronde kwam Hendrikx er nog over. Bij het verlaten van de materiaalpost, een zware loopstrook, kwam ik in een diepe put terecht. Dat was even herzetten, maar ik slaagde er niet meer in om dat verloren plaatsje goed te maken.”
“Dat neemt uiteraard niet weg dat ik een goede race reed”, geniet de Rijkvorselnaar nog na. “Eigenlijk loopt het al het hele seizoen behoorlijk. Het zat er wel in, maar het moet er natuurlijk ook nog uit komen. Veel heeft natuurlijk ook te maken met de startrij. In het begin van het seizoen moest ik een paar internationale crossen gaan rijden om UCI-punten te scoren. Dat lukte goed, waardoor ik zowel aan de start- en bijgevolg ook aan de eindstreep wat plaatsen kan opschuiven.”
Toon Aerts
Het grote voorbeeld van Wout Janssen is dorpsgenoot Toon Aerts, om meerdere redenen. “Ik heb het inderdaad wel voor Toon Aerts, dat kan ik niet ontkennen”, vertelt de 21-jarige belofte. “Hij komt uit de buurt, leeft ondanks zijn schorsing nog altijd als een prof en… hij was mijn atletiekcoach bij de plaatselijke club. Toen ik kreeg af te rekenen met knieproblemen, moest ik stoppen met lopen en voetballen. Op dat moment was ik ook al bezig op de fiets en Toon raadde me aan om eens in Nederland te gaan trainen. Daar is veel veranderd.”
“Terwijl ik nog niet top top naar Nederland trok, voelde ik vrij snel de nodige progressie. Ik ontdekte dat ik het vooral had voor de zware intervalcrossen. Je kent dat wel: parcoursen zoals Merksplas, maar vooral ook Lille, Herentals en de Koppenberg spreken me erg aan. Zware ondernemingen met het nodige loopwerk. Wat niet betekent dat ik niet uit de voeten kan op snellere omlopen.”
“Ik moet wel toegeven dat er nog niet de nodige regelmaat in mijn resultaten zit. In de Jaarmarktcross in Niel bijvoorbeeld, ook een zware moddercross, klokte ik pas af op plaats 35. Het ging me die dag gewoon niet goed af. Er waren daar onder meer schuine kantjes waar ik technisch gezien niet goed genoeg was. Dat zijn nog leermomenten, om uiteindelijk een betere renner te worden.”
Jens Adams
De man die van Wout Janssen die betere renner moet maken, heet Jens Adams, een crossdier dus. Hij was tot vorig seizoen ploegmaat én coach van Janssen bij Chocovit, maar dit jaar rijden trainer en leerling bij andere teams. “Klopt. Vorig jaar moesten we beiden op zoek naar een nieuw team, toen sponsor Chocovit stopte. Ik kwam vrij snel terecht bij het Van de Plas – Hepa Cycling Team, dat wel mogelijkheden in me zag.”
“Jens houdt erg goed rekening met mijn dagprogramma”, verklaart de student podologie. “Ik zit nog op school en daar steek ik veel tijd in. Ik ben vooral bezig met loopanalyses, het aanmeten van steunzolen, enzovoort. Heel interessant, vind ik, omdat het uiteraard ook over het menselijk lichaam gaat. De stages die ik moet doen, zijn mee een verklaring waarom ik soms onregelmatig presteer, zeker in het begin van het seizoen. Maar Jens plant mijn dagelijkse trainingen mooi rond mijn uurrooster.”
“Mijn ultieme doelstelling is uiteraard crossprof worden”, sluit Janssen af. “Ik ben nu 21 jaar en geef mezelf nog enkele seizoenen de tijd om door te breken. In dat opzicht volg ik het verhaal van Gerben Kuypers heel aandachtig. Hij is ook een renner die een tijdje nodig had om door te breken. Daar trek ik me aan op. Ik hoop dit seizoen nog een aantal keren een resultaat te rijden zoals in Merksplas, zodat de grotere crossploegen me scouten.”
Win een ABUS-racehelm én je eigen reportage op WielerVerhaal!