Ook Jelle Vermoote (22) is een neoprof die zich via lange ontsnappingen in de kijker probeert te rijden. Dat lukte de West-Vlaming van Bingoal WB in het Vlaamse voorjaar al 2 keer. In de Omloop Het Nieuwsblad fietste hij ongeveer 150 km in de spits. Met heel veel moeite geraakte hij ook in de E3 Saxo Classic in Harelbeke in een ontsnapping. Goed voor 93 extra vluchtkilometers.
À bloc in de vlucht
“Voor mij is dit de beste manier om me eens te laten zien”, verduidelijkt Jelle Vermoote z’n strategie. “In onze ploeg kreeg iedereen voor de start in Harelbeke de opdracht proberen mee te glippen in de vroege vlucht. Omdat de neutralisatie slechts 3 km lang was, startte ik vooraan het peloton. Ik besefte dat het meteen bijzonder hard zou gaan. In andere koersen, met een langere neutrale start, kan je starten in het midden van het pak en heb je even om uit te kijken naar het juiste moment om mee te springen.”
In de E3 Saxo Classic Harelbeke duurde het lang voor een ontsnapping een vrijgeleide kreeg. “In het 1e wedstrijduur reden we 51 km: aan die snelheid is het moeilijk om een gat te slaan”, weet Vermoote. “We raakten even met 10 man weg, ik vond dat het superhard ging, maar een paar ploegen die ook iemand in die vlucht wilden, waren niet mee en reden het gaatje dicht. Toen we toch met 10 voorop raakten, had ik al veel gegeven.”
In de E3 Saxo Classic komen de hellingen van de Vlaamse Ardennen al vrij snel en ook allemaal kort na elkaar. Bovendien kregen de vluchters niet meer dan 4 tot 5 minuten. “Dat ik heel diep was moeten gaan om mee te zijn in die ontsnapping voelde ik toen we in de bergzone kwamen”, zucht Vermoote. “Veel kopwerk heb ik niet kunnen doen ook. Ik zat echt à bloc in die vlucht.”
Hopen op Roubaix
In de Omloop Het Nieuwsblad was dat anders. “Daar waren we vrij snel weg, als je 5 of 6 keer moet proberen om weg te geraken, is dat anders. Dat kost bijzonder veel energie”, gaat de neoprof verder. “Toen Mathieu van der Poel en Wout van Aert passeerden, stond ik geparkeerd. Op de Stationsberg hing ik er nog even aan, daarna was het over. Ik voelde me helemaal leeg. In die omstandigheden was het niet aangewezen de laatste 40 km richting Harelbeke vol te maken. Ik had precies ook wat te veel gegeten onderweg. Na de Oude Kwaremont stapte ik in een auto van de ploeg. Het beste wat ik kon doen.”
Toch was het ondanks de slechte weersomstandigheden voor Jelle Vermoote een leuke dag. “Ik hoorde tijdens die ontsnapping vaak mijn naam roepen”, glundert hij. “Dat was plezant. Het lege gevoel dat ik aan die vlucht overhoud, is minder leuk. Ik vrees dat ik een paar dagen nodig heb om weer helemaal op mijn plooi te komen.”
Vermoote kan recupereren tot Dwars door Vlaanderen woensdag 27 maart 2024. Of tot de start van de Ronde van Vlaanderen volgende week zondag. Gent-Wevelgem staat niet op de kalender van Bingoal WB. “De ploegleiding wacht altijd tot 4 of 5 dagen voor de start van een klassieker om de selecties definitief samen te stellen”, verduidelijkt de renner uit Pervijze (Diksmuide). “Ik vermoed dat ik Waregem en de Ronde zal mogen rijden. Stiekem hoop ik ook de selectie voor Parijs-Roubaix te halen.”
Pech in Nokere en Criq
Want in de tocht door de Hel van het Noorden kan een ontsnapping vrij lang meegaan. “Je moet natuurlijk ook wat geluk hebben om in zo’n vlucht te geraken”, weet Vermoote. “Het is een beetje een loterij. Voorlopig is dit de manier waarop ik me moet laten zien. In de topklassiekers een resultaat rijden, is nog niet mogelijk. Daarvoor ben ik nog niet sterk genoeg.”
In een paar kleinere wedstrijden in maart leek Vermoote, die ook al in Spanje en Frankrijk in lange ontsnappingen zat, op weg naar een sterk resultaat. “Ik had al een paar uitslagen kunnen rijden, maar zowel in Nokere Koerse als in de Grote Prijs Claudy Criquielion zat het diep in de finale niet mee”, zucht de gewezen veldrijder. “In Nokere ben ik 5 km van de finish gevallen toen ik nog in de 1e groep zat en in de Criquielion ging een plaats in de top 15 verloren omdat ik 500 meter van de streep achter een valpartij zat.”
“In dergelijke wedstrijden voel ik dat een uitslag rijden mogelijk is”, besluit Vermoote. “Misschien kan dat ook in kleinere rittenkoersen. In de klassiekers is het verschil met wedstrijden bij de beloften bijzonder groot. De snelheid ligt telkens bijzonder hoog.”