Zondag, 12 uur. In het Antwerpse loopt mijn Vespa warm en snor ik met behoorlijke vitesse richting Chimay. De weg is lang en de temperatuur hoog. 2 uur later leg ik de motor stil onder de startboog van het autocircuit in Chimay. De rust valt hier op, maar wordt soms verstoord door motards die met duizelingwekkende snelheden het circuit op racen. Wielrenners zijn hier niet te bespeuren, of toch… in de verte komt de Rappende Casanova aangestormd. Met hem heb ik hier een date.
Victor traint eigenlijk maar sporadisch achter de Vespa, maar als het Belgisch kampioenschap tijdrijden in aantocht is, voel ik dat hij graag van mijn diensten gebruik maakt. Het parcours verkennen, snelheid maken en de bochten op wedstrijdsnelheid aansnijden.
We starten op het autocircuit: brede wegen, licht hellend. De snelheid is onmiddellijk hard. Het circuit draait naar rechts, wij gaan linksaf. Anders dan vooraf gedacht rijden we maar ongeveer 2 km op het circuit. De weg lijkt licht bergop te gaan, maar Victor vraagt de snelheid hoger te leggen. De wegen blijven zeer breed tot we rechtsaf gaan. Nu komen we in het smallere gedeelte. Dalen, dan weer een knikje bergop, een bocht op volle toeren, volle bak naar beneden en dan…
De Wout Van Aert-bocht: 180° slechte asfalt en direct steil omhoog. “Precies iets uit het veldrijden”, grijnst Victor. Dat hij met Yves Lampaert moet afrekenen, weet de regerende kampioen van België tegen de klok al lang, maar nu Wout Van Aert ook zijn zinnen heeft gezet op dit BK…. Tot wat is hij in staat? Er zijn weinig referenties, alleen weten we dat hij Tony Martin vorig jaar klopte in de proloog van de Baloise Belgium Tour, waar hij dit jaar ook een puike prestatie neerzette. 1 ding is zeker: Wout zal het BK mee kleur geven.
De andere bochten remmen de snelheid nauwelijks af, de wind heeft een vrije rol. Dan weer in het nadeel, soms in het voordeel. “Mooi en eerlijk parcours, al had ik het liever iets selectiever gehad”, dixit Victor. “De organisator verwacht een gemiddelde van boven de 50 km/h, maar dat lijkt me toch niet zo evident.”
‘Voor een tijdrit praat je met niemand, al is het je lief, je moeder, de paus of Eddy Merckx, je praat voor de start met niemand. Zo geraak je uit je concentratie en verlies je seconden. Je moet gefocust zijn, in een bubbel kruipen.’ Dat zei ooit wijlen Monsieur Chrono Jacques Anquetil. Kruipt Victor in die bubbel?
Belgisch kampioen worden is niet makkelijk, maar wanneer je de trui moet verdedigen, voel je toch nog een andere vorm van stress. Zal het secondespel van vorig jaar zich herhalen, toen Victor Lampaert klopte met 3 luttele seconden? Geen idee, maar dat het spannend wordt is een zekerheid.
Fotomateriaal: Campenaerts.