Op 17 maart 2019 sloeg het noodlot toe voor belofterenner Stef Loos in de GP Alfred Gadenne. In het tragische ongeval geraakte ook Ruben Apers betrokken. Anderhalf jaar na datum reed tijdritspecialist Apers op het Circuit van Zolder opnieuw een race tegen de klok. Voor zijn vader Johan Apers is dit zowat het einde van een zware cyclus.
Hoe heb jij het ongeval Ruben beleefd ?
Johan Apers: “Ik had Ruben op 17 maart 2019 weggebracht naar de GP Alfred Gadenne met start en aankomst in Dottenijs. Zoals altijd reed ik met de wagen het parcours rond met de bedoeling de renners zoveel mogelijk te zien. Ruben had in het begin van de koers als gevolg van een spaakbreuk een ander wiel moeten ophalen aan de ploegwagen en was hierdoor achterop geraakt. Er werd van in het begin vrij pittig gekoerst en als gevolg daarvan was het peloton in verschillende stukken gebroken. Ruben deed meer dan zijn best om met een opgeraapt pelotonnetje van een 30-tal renners terug te keren in de koers. Ik kon de evolutie goed volgen op de verschillende kijkpunten. Op de beklimming van de Col du Jubaru was het groepje renners waar Ruben inzat echter uit koers verdwenen. Ik begreep de situatie niet en ben toch naar het volgende kijkpunt gereden richting Dottenijs.”
“Daar kreeg ik telefoon van de ouders van Loran Cassaert dat Ruben betrokken was in een valpartij. Ik ben het parcours in tegenovergestelde richting teruggereden maar vond geen renners. Een 2e telefoontje leerde me dat het om een ongeval ging waarin 3 renners betrokken waren. Op dat moment sloeg de paniek toe en ben ik doelloos beginnen zoeken en rondrijden, ook nadat ik Loran zelf aan de lijn had gekregen. Ik kon de plaats van het ongeval niet vinden, ben dan naar Dottenijs gereden en heb daar de soigneurs van Lotto Soudal aangesproken. Zij wisten nog niks van het voorval. Na verschillende telefoontjes kreeg ik uiteindelijk te horen dat Ruben was overgebracht naar het ziekenhuis in Ronse. Ongeveer 2 uur na het ongeval heb ik Ruben dan teruggezien op de spoedafdeling in Ronse.”
Welke impact had het overlijden van Stef Loos daarbij voor jezelf ?
Johan Apers: “Ruben werd opgenomen in het AZ Glorieux en kwam op intensieve zorgen terecht, in afwachting van een operatie aan zijn opgelopen breuken. Ik had op dat moment al vernomen dat 1 renner er nog erger aan toe was en was overgebracht naar het ziekenhuis van Kortrijk. Maandagochtend vernam ik dat deze jongen was overleden en dat het om Stef Loos ging, een eerstejaarsbelofte van het Acrog-team. Dit nieuws had uiteraard een enorme impact op mij en ons gezin. Op dat moment beseften we, onafgezien van de toestand van Ruben dat hij enorm veel geluk had gehad.”
Hoe ging je daarmee om en wat waren daarbij de moeilijkste momenten ?
Johan Apers: “Eerst en vooral hebben we alles gedaan om onze eigen zoon te steunen en reden we dagelijks 2 keer op en neer van Vrasene naar Ronse om hem te bezoeken en bij te staan. De operaties werden enkele dagen uitgesteld totdat er zekerheid was dat de kleine hersenbloeding die hij had opgelopen geen gevaar meer betekende. Uiteraard kon ik de gedachte aan het leed van de ouders en familie van Stef niet van mij afzetten en heb ik contact opgenomen met Kris, de papa van Stef. Telefonisch hebben we mekaar gesteund en moed ingesproken. Dit was een zeer emotioneel gesprek waar ik veel kracht uit heb geput om Ruben in alle mogelijke opzichten bij te staan. Een zwaar en geladen moment was uiteraard het afscheid in de parochiekerk in Dessel. Het was een zeer aangrijpende plechtigheid waar Stef veel eer is bewezen.”
Hoe ging je om met de ernstige situatie van Ruben en hoe heb je hem zien groeien en kunnen bijstaan tijdens zijn revalidatie ?
Johan Apers: “Het ongeval en de lange revalidatie die hem te wachten stond was uiteraard een domper op de sportieve uitbouw en zijn voornemen om een goed seizoen bijeen te fietsen. De operaties waren goed verlopen en na een week op intensieve en een 2-tal dagen op een gewone kamer mocht hij het ziekenhuis verlaten en konden we hem overbrengen naar huis. Uiteraard hebben mijn echtgenote en ik hem ten volle gesteund in zijn eigen beslissing hoe hij zijn revalidatie ging aanpakken.”
“Onder begeleiding van David Bombeke en Leen Van Damme van het REV-team begon Ruben met veel moed aan de revalidatie. Hij was vastbesloten om te vechten, en om hier sterker uit te komen pakte hij zijn herstel dan ook met volle overtuiging aan. Een mooi moment was zijn eerste fietstochtje van een 60-tal km 8 weken na het ongeval, samen met David en mezelf.”
Heb je Ruben ooit gevraagd om te stoppen met koersen of gehint om iets ander te gaan doen?
Johan Apers: “Dat is uiteraard in mij opgekomen, maar de vraag heb ik nooit gesteld. Wij hebben Ruben zijn beslissingen altijd gerespecteerd en hem hierin ten volle gesteund.”
Hoe beleefde jij vorig najaar zijn comeback en afgelopen week in Zolder zijn eerste tijdrit ?
Johan Apers: “Zijn comeback in juli 2019, 4 maanden na het ongeval, was een koers in Noord-Frankrijk, in Perenchies. Ik was enorm fier dat hij opnieuw coureur was en dat uitrijden al een overwinning op zich zou zijn. Een week later in Reningelst ging het zelfs al een pak vlotter. Maar dan op 5 augustus kregen we een nieuwe domper te verwerken met het tragische ongeval van Bjorg Lambrecht in de Ronde van Polen. Ruben keek enorm op naar Bjorg. Door het overlijden van zijn maatje is Ruben mentaal gecrasht en is zijn comeback volledig in het water gevallen. Ook dit was opnieuw een zwarte periode voor ons als ouders en toen is er vooral mentaal oplapwerk aan te pas gekomen.”
“Het seizoen is dan ook in mineur geëindigd, maar in de winter kon Ruben de knop omdraaien en focussen op de voorbereiding van het nieuwe seizoen 2020. Na een geslaagde seizoensstart met een mooie 5e plaats in Brussel-Zepperen kwam het coronaspook roet in het eten gooien en is ook het volledige voorjaar en een groot deel van de zomer in het water gevallen. Afgelopen weekend kon hij zich eindelijk sinds lange tijd opnieuw uitleven in een tijdrit van niveau op het circuit van Zolder. Ruben had zijn ambities hoog gelegd en mocht best tevreden zijn met zijn 5e plaats bij de elites en beloften. Als ouder hoop ik uiteraard dat hij zijn droom om profrenner te worden alsnog kan laten uitkomen, al zal het moeilijk zijn om in deze barre coronatijden een plaatsje in het profpeloton te bemachtigen.”