eam LottoNL-Jumbo stelde vorige week zijn ploeg voor in een bedrijfsgebouw in ‘s Hertogenbosch. Dat gaf ons de kans om eens te luisteren bij de 4 Belgen wat hun doelstellingen zijn voor de komende maanden. Branden van ambitie, doen ze. Zo wil Sep Vanmarcke eindelijk die klassieker, zal Maarten Wynants hem daarvoor mee te pleuris rijden, denkt Tom Van Asbroeck eindelijk zijn visitekaartje af te geven na een desastreus debuutjaar en wil Victor Campenaerts zich ontwikkelen op het hoogste niveau om een absolute tijdrittopper te worden.
Sep Vanmarcke : “Het openingsweekend laat ik schieten”
“De voorbije winter heb ik nog meer structuur gebracht in mijn voorbereiding en nog beter op mijn voeding gelet, waardoor ik scherper sta dan vorig seizoen op dit tijdstip. Ik werkte al heel professioneel maar heb nu ook die laatste stap gezet. De grootste verandering met de voorgaande jaren is dat ik het openingsweekend zal laten schieten. Terwijl mijn collega’s Omloop Het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne zullen rijden, zal ik op stage trekken. Op die manier hoop ik rustiger aan de start van de belangrijke klassiekers te komen. Vanaf Milaan-Sanremo wil ik echt goed zijn, om vervolgens dat niveau door te trekken tot de Amstel Gold Race. Als ik één klassieker kan winnen, zal mijn jaar al geslaagd zijn, ook al is dat dan een zogezegd minder grote naam als Gent-Wevelgem of E3 Prijs. Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix zijn natuurlijk monumenten, maar ik moet eerst de stap zetten naar die kleinere klassiekers.”
“Het verlangen om zo eentje te winnen is natuurlijk groot, en zoals elk jaar opnieuw blijf ik proberen. Ik vind niet dat de ploeg echt versterkt is, maar het is wel de bedoeling dat er tot dieper in de finales mij een mannetje zal bijstaan. De voorbije jaren kwam ik vaak te vroeg voorop. Na het voorjaar zal ik knechten in de Tour, wellicht voor de sprinterstrein en dus Moreno Hofland. In het najaar zal ik wat meer mijn eigen ding mogen doen. Koersen als Eneco Tour, de wedstrijden in Canada, Tour of Britain en dan natuurlijk het WK. Dat wordt dan in een helpende rol, maar daar kan ik me wel naar schikken. De ploegentijdrit wordt trouwens ook nog belangrijk.”
Tom Van Asbroeck : “Ik wil pieken in Omloop Het Nieuwsblad”
“In 2014 had ik de Europe Tour nog gewonnen, maar vorig jaar was echt een pechseizoen. Door een val in de Driedaagse van West-Vlaanderen begon ik te sukkelen met heup en rug, waardoor ik onder meer Tirreno en de Primavera mistte. Vervolgens ben ik weer te snel begonnen en bleef het aanmodderen. Een moeilijk jaar, zeg maar, zowel op fysiek als mentaal vlak. Ik heb heel veel gehad aan het thuisfront. Mijn vriendin en dochtertje hebben me er bovenop geholpen. Ik wil de voorbije maanden het liefst zo snel mogelijk vergeten, maar onbewust neem ik dat toch wat mee in het nieuwe seizoen.”
“Ik begin met koersen in Qatar en Oman, dan volgen de Tirreno, Milaan-Sanremo en de klassiekers. Daarna zullen we evalueren. Ik ken de grote lijnen wel, maar dat kan nog omslaan. In het openingsweekend ligt mijn eerste piek. We hebben een paar jongens die in Omloop Het Nieuwsblad hun kans zullen mogen gaan. Ik ben in ieder geval veel fitter dan vorig jaar, dat hebben de testen in december ook uitgewezen. Al heeft dat ook wel wat te maken met het feit dat ik de Vuelta in de benen heb. Met deze opbouw en conditie moet ik zeker top 10 kunnen rijden in Het Nieuwsblad. In de klassiekers erna is Sep kopman en moet ik me schikken. Hij zal daar in ieder geval het laatste woord hebben.”
Victor Campenaerts : “Ik wil dit jaar absoluut Belgisch kampioen worden”
“Na mijn goede resultaten van vorig seizoen bij Topsport Vlaanderen-Baloise was LottoNL-Jumbo het eerste team dat contact opnam. Na het eerste gesprek wist ik meteen dat mijn toekomst hier zou liggen. Het team heeft namelijk een plan met mij en werkt heel wetenschappelijk. Iedereen wordt ook echt au sérieux genomen. De bedoeling is dat ik mij als renner beter ontwikkel in het bergop rijden. Op die manier kan ik doorgroeien naar een vaste pion in de klassementstrein. Dat past ook perfect in mijn persoonlijke ambities, want hoe harder ik bergop kan rijden, hoe beter ik zal worden als tijdrijder, wat toch mijn specialiteit blijft. Het wordt dit seizoen dus zaak om meer wattages te trappen. De aanpassing aan het WorldTour-niveau zal niet klein zijn, het is afwachten hoe ik dat ritme zal verteren. Vorig jaar heb ik op het hoogste niveau immers enkel Waalse Pijl en Eneco Tour gereden. Hier ligt het niveauverschil tussen de renners toch lager dan op continentaal niveau. Als ik me vlot aanpas, kan ik gaan mikken op een goed eindklassement in kleinere rondes als Ronde van België en Eneco Tour.”
“Mijn seizoen start nu in Valencia en gaat via Ronde van Algarve richting Parijs-Nice. Dat wordt dan al meteen een waardemeter om te zien hoe ik zo’n belangrijke ronde verteer. Na een rustpauze doe ik dan Ronde van het Baskenland en Ronde van Romandië, waarna met de Giro mijn eerste grote ronde op het programma staat. Het is een doel om daar aan de start te staan, want de Giro opent met een tijdrit in Nederland, een mooie kans om me te laten zien. Ik kan dus makkelijk gaan verkennen en ook voor de supporters is dat leuk. Goed presteren in die tijdrit is dus een doel op zich, zeker ook omdat in de ploeg heel veel aandacht wordt besteed aan het tijdrijden. Ik hoop dan goed uit de Giro te komen en vervolgens een sterk BK tegen de klok te rijden. Ik heb maar één doel daar en dat is Belgisch kampioen worden.”
Maarten Wynants : “We moeten meer overwinningen pakken”
“Vorig jaar hadden we wat geëxperimenteerd met nuchter trainen, maar dat heeft niet de gewenste resultaten afgeleverd. Ik ben blij dat we het deze winter opnieuw met de oude principes aanpakken. De grote lijnen zijn voor mij dezelfde als voorgaande jaren. Ik begin het seizoen met een paar openingswedstrijden in Qatar en Oman en hoop in de belangrijke klassiekers op mijn topniveau te zijn om Sep zo lang mogelijk bij te staan in de finales. De wedstrijden zullen wel uitwijzen hoe we dat precies gaan aanpakken. In de 1.1-wedstrijden – zoals Dwars door Vlaanderen – hoop ik dan mijn eigen kans te kunnen gaan. De kansen die ik krijg, wil ik verzilveren. Daarna volgt de Tour. Onze trein zal wel beter op elkaar ingesteld zijn, dus ik verwacht er wel iets van in de sprintetappes. We hebben geen topsprinter, maar wel een heel goed team. Vorig jaar hadden we maar 8 zeges, maar ik ga er vanuit dat het nu beter wordt. We hebben grote winstkansen in Vlaanderen en Roubaix, maar we moeten ook in de kleinere wedstrijden zeges proberen pakken. Iedere overwinning telt. Als we elkaar goed steunen en geen verwijten maken, moet dat lukken.”
Fotomateriaal: Team LottoNL-Jumbo