27 lentes telt ze, en ze woont in Tollembeek, provincie Vlaams-Brabant. Fietsen doet Sarah Borremans louter voor haar plezier, maar ze is lang niet slecht. Op de weg verdedigt ze de kleuren van het Autoglas Wetteren Cyclingteam, maar voor WielerVerhaal doet ze een boekje open over haar trainingen.
Trainen: waar?
Sarah Borremans: “Ik train het meest in de streek van Geraardsbergen, niet te ver om naar toe te rijden en met leuke bergjes waar ik me op kan uitleven. Als ik eens wil afwisselen, ga ik al wat meer de streek opzoeken van Flobecq en Ronse. Heel af en toe ga ik ook eens trainen naar de Ardennen. Daar zou ik wel meer een gewoonte van willen maken, maar dat is niet zo gemakkelijk omdat het dikwijls in de vakantie of in het weekend moet. Tijdens de week is dit gewoon niet mogelijk en in het weekend zijn er dan koersen en dan wil ik die toch nog net iets liever rijden. Naar het buitenland ga ik eigenlijk niet zo vaak.”
Trainen: met wie?
Sarah Borremans: “Ik ga het liefst trainen met andere vriendinnen van de koers, meestal is dat Tara Gins of Shana Van Glabeke. Dan kan ik me toch nog net iets meer motiveren om lang te fietsen. In de winter of op koersvrije weekends organiseert mijn ploeg – Autoglas Wetteren Cyclingteam – teamtrainingen. Dat is altijd leuk, we kunnen kennis maken met eventueel nieuwe ploeggenoten, bijpraten met anderen, trainen in een grotere groep, etc.. Erna krijgen we dan de mogelijkheid om ons te douchen en praten we in de cafetaria van de sporthal nog wat bij over de training of gewoon andere dingen.”
“1 of 2 dagen in de week ga ik ook meerijden met een toeristengroep hier in de buurt, dan rij ik toch wat sneller dan dat ik alleen ga trainen. De kortere, intensievere trainingen doe ik wel alleen. Bij zo’n trainingen moet ik echt naar mezelf kijken, hartslag, trapfrequentie,… en als er dan iemand bij is, ga ik me automatisch toch aanpassen aan de andere.”
Trainen: met of zonder oortjes?
Sarah Borremans: “Af en toe train ik met oortjes. Dan zet ik mijn gsm op de radio, MNM of Q-music, zo moet ik niet zelf de liedjes selecteren, er zijn altijd wel goede liedjes te horen. Maar dikwijls ben ik zodanig bezig met mijn training dat ik de liedjes zelfs niet hoor of maar een klein stukje ervan. Tijdens het trainen kan ik mijn hoofd toch lekker vrij maken. Gewoon kijken naar de landschappen terwijl ik de kleine baantjes opzoek, zalig! Dat heb ik ook echt nodig na bijvoorbeeld een zware dag als leerkracht.”
Trainen: motivatie?
Sarah Borremans: “Soms is het niet evident om toch maar weer op die fiets te kruipen. Bijvoorbeeld wanneer het een ganse dag stralend weer is, maar het moment dat ik dan eindelijk kan trainen, begint het te regenen. Dan heb ik het toch wel moeilijk om buiten te gaan fietsen. Als ik dan met iemand heb afgesproken, dan moet ik gelukkig wel. (lacht) In de winter organiseert mijn trainer – Wim Blaton – ook rollentrainingen. Op rollen trainen vind ik echt niet leuk en zelfs saai, als je die trainingen dan in groep kan doen, wordt het plots een stuk leuker.”
Als ik merk dat ik na een aantal zware trainingsweken plots veel sterker geworden ben, of dat ik een bergje plots veel gemakkelijker kan oprijden, of een heel goede koers heb gereden, is toch ook een grote motivatie om zo verder te willen doen. Wat ook helpt om me te motiveren is de samenwerking met een trainer. Hij stelt mijn schema’s op en ik probeer me daar echt zoveel mogelijk aan te houden, als ik dan door omstandigheden een training niet kan doen, vind ik dat altijd zo jammer. Zo zijn er dagen dat ik spijtig genoeg gewoon geen tijd heb om op de fiets te kruipen, dat is dan in drukke periodes op school (wanneer er grote toetsen zijn, rapporten,….). Op die momenten vind ik het jammer dat ik niet kan gaan fietsen, maar het werk primeert want koersen blijft voor mij gewoon een hobby.”
Fotomateriaal: team, hdr, social media.