Opmerkelijke transfer in wielerland: Lars Boom keert terug naar Nederland en gaat het komende seizoen voor LottoNL-Jumbo rijden. Maar we zien de wereldkampioen van 2008 in Treviso ook terug in het veld. De geboren Noord-Brabander gaat liefst 4 crossen rijden én hij wil winnen. “Van der Poel en Van Aert zijn te sterk voor mij, maar met de rest doe ik mee.”
In 2009 begon de wegcarrière van Boom pas echt: hij werd dat jaar Nederlands kampioen op de weg én tegen de klok. In de jaren die volgden ontplooide Boom zich tot kasseispecialist. In Parijs-Roubaix reed hij zowel anno 2012 (6e) als anno 2015 (4e) top 10. “Ja, Roubaix is aankomend seizoen het grote doel”, beaamt hij. “Maar het voorjaar is meer dan enkel die Franse klassieker. Eigenlijk is elke koers belangrijk. Als ik er 1’tje kan winnen, zal ik heel tevreden zijn. In principe kan mijn seizoen dan niet meer stuk.”
De factor Vanmarcke
De focus is er alvast. “Het is fijn om terug in Nederland te zijn. Zeker op praktisch vlak, maar ook gevoelsmatig. Ik ben meer en dichter bij mijn gezin en op sportief vlak is het makkelijker communiceren met de teamleiding en de ploegmaats. Ik heb weer veel contact met mensen waar ik vroeger heel close mee was. Dat is fijn. De gesprekken met LottoNL-Jumbo verliepen van meet af aan heel vlot. We wisten snel hoe we over elkaar dachten en dat zorgde voor een goeie match. Het belangrijkste issue was Sep Vanmarcke. Zou hij blijven of weggaan? Als Vanmarcke was gebleven, dan had ik wellicht een andere keuze gemaakt. Het is belangrijk dat ik in de klassiekers de enige kopman ben. Alleen dan krijg ik de steun die ik nodig heb en kan ik vol naar mijn ambities toeleven.”
Stappen zetten
Net geen 9 jaar geleden is het dat Lars Boom in Treviso wereldkampioen werd. Straks komt hij terug. “Ik ga wellicht 4 crossen rijden: de wereldbeker van Heusden-Zolder, de Internationale Centrumcross in Surhuisterveen, de wereldbeker in Rome en tussendoor natuurlijk ook het Nederlands kampioenschap. Ik ga niet zomaar meedoen. Top 20 moet ik zeker kunnen rijden, maar ik hoop ook mee te kunnen doen in de kop van het peloton. Dan zal ik pas weten hoe goed mijn benen zijn. Vroeger was ik een heel goeie crosser, maar ik moet nog wel wat stappen zetten om opnieuw dat niveau te kunnen halen.”
Het niveau van Mathieu van der Poel en Wout Van Aert schat Boom nog in als onhaalbaar. “Ik heb niet meer de techniek om die gasten te volgen”, bekent hij eerlijk. “Ik vind de tweestrijd die ze elke cross opnieuw laten zien bijzonder fijn om naar te kijken. Dat het er spannend aan toe gaat om de winst, is goed voor de sport. Ze zijn allebei enorm sterk, maar het is moeilijk in te schatten of dat niveau hoger is dan toen Sven Nys, Bart Wellens, Zdenek Stybar en ikzelf op topniveau reden. Maar sowieso kijk ik enorm uit naar mijn comeback in het veld.”
26 december 2016 (WB Heusden-Zolder) staat alvast genoteerd!
Fotomateriaal: WielerVerhaal.